Woensdag bleek dat de rechtbank in Dordrecht vorige week al vaststelde dat de gemeente niet vervolgd kan worden en daarom terecht beroep heeft aangetekend tegen de ingediende strafzaak. Eerder werd een soortgelijk beroep van de gemeente afgewezen.Justitie vindt dat de gemeente zich schuldig heeft gemaakt aan het verontreinigen van oppervlaktewater en het opzettelijk inbrengen van schadelijke stoffen in de bodem. Vandaar dat ze beroep aantekent bij het gerechtshof in Den Haag tegen het besluit van de rechtbank in Dordrecht om de gemeente niet te vervolgen.

De affaire dateert al van 1985 toen de Ameidese familie A. Krouwel een stuk grond kocht waar zich ook een gemeentelijke riooloverstort bevond. Omdat de gemeente lange tijd alle verantwoordelijkheid afwees, verwijderde de familie in 2001 op eigen kosten 80 ton ernstig vervuilde grond uit sloot en achtertuin.

Na langdurig onderzoek en het verhoren van vele getuigen besloot het OM de gemeente te vervolgen wegens een „welbewuste overtreding van de kernvoorschriften.” Bovendien vindt justitie dat de gemeente door haar halsstarrige opstelling de familie de afgelopen jaren „evident onrecht” heeft aangedaan.

Burgemeester F. Koen van Zederik reageert ingetogen op de voorlopige overwinning van de gemeente. Volgens Koen ziet justitie in deze kwestie een testcase om de veronderstelde immuniteit van overheden ter discussie te stellen. „Het wordt een soort proefproces. Een juridisch steekspel waar gemeente en familie eigenlijk buiten staan.”

De familie Krouwel betreurt het dat de gemeente weigert haar verantwoordelijkheid te nemen en via procedurele foefjes een inhoudelijke beoordeling probeert te boycotten. „De gemeente heeft al meer geld uitgegeven om aan strafvervolging te ontkomen dan de hele sanering heeft gekost. Betreurenswaardig dat men zo veel gemeenschapsgeld over de balk smijt om via immuniteit hun verantwoordelijkheid te ontlopen.”