Dat besloot de werkgroep dinsdag aan het einde van een studiedag in Nijkerk. Woordvoerder ds. G. H. Abma uit Gouda verduidelijkte dat op dit moment weinig projecten in Israël gesteund worden. „De Protestantse Kerk ziet veel projecten als politieke steun aan Israël, iets wat zij niet wil.”De werkgroep sprak zich ook uit voor meer aandacht voor Israël tijdens de kerkelijke opleiding. Dat zou een mogelijkheid zijn om te komen tot een concentratie op de Bijbelse boodschap aangaande Israël in de prediking.

De werkgroep is van mening dat God christenen er op dit moment toe uitnodigt om Israël te vertroosten, naar woorden uit Jesaja 40, „omdat nu de beloften in vervulling gaan. God vertroost Israël en mensen moeten zich in die beweging laten meenemen.”

Onder de indruk was de werkgroep van rabbijn David Brodman uit Savyon (Israël). „Mensen kunnen een volk dat zo veel geleden heeft, niet echt troosten; dat kan alleen God.”

Hij verwees naar de voortdurende smaad die het volk ten deel gevallen is: de vele oorlogen die het in zijn korte bestaan gevoerd had, de recente uitspraak van de Iraanse president dat Israël van de kaart geveegd moet worden.

Ook haalde hij een recent voorval aan van een directrice van een Nederlandse school die zei dat de Joden wel een Grote Verzoendag hebben, „maar dat ze de rest van het jaar erge dingen doen tegen de Palestijnen.” Brodman: „Dan kun je alleen nog maar huilen.”

Rabbijn Brodman wees erop dat de profeten hebben getuigd van de vele verwoestingen die zullen komen. Die gekomen verwoestingen zijn voor hem des te meer een bewijs dat de beloften van de profeten ook uit zullen komen. „Gods Woord is een draaiboek dat zich ontwikkelt. Laat de Messias komen. Het is mijn verlangen dat de gojim samen met ons de komst van de Messias bewerkstelligen.”

Hij riep de mensen op om achter Israël te staan door overal waar dat mogelijk en nodig is de waarheid over Israël te spreken. „Maar er is meer: Christenen moeten niet alleen achter de Joden staan, maar ook alles doen om hen te helpen. Christenen en Joden moeten elkaar liefhebben.”

Even daarvoor had Herman Goudswaard van Near East Ministry (NEM) schuld beleden. „Wie zijn wij dat wij het volk Israël mogen troosten? Christenen hebben God op het hart getrapt. Wij zijn als christenen de hoofdschuldigen van alle haat en laster die de Joden moeten dragen. Wij hebben het kruis aan de korte kant vastgepakt om er een zwaard van te maken. We hebben ons mandaat bijna verspeeld.

Het is nodig om Israël te troosten om zelf verlost te worden van de eigen schuld. Het gaat niet om algemene waarheden, maar om het hart. Je moet schuld herkennen en erkennen, dan is er vergeving en bevrijding. Welke kerk noemt in het belijden van schuld werkelijk man en paard?”

Een praktische invulling van de verzoening tussen Joden en christenen gaf de Stichting Boete en Verzoening, die ’s middags in de persoon van Piet van ’t Hoog acte de présence gaf. De stichting probeert door het schoonmaken van graven van Joden iets goed te maken van wat de christenen de Joden hebben aangedaan. Recent bood de stichting ook hulp bij het onderhoud van synagogen in Utrecht en Haarlem en op de joodse school het Cheider te Amsterdam.

Ook het Ebenezer Noodfonds liet zien wat christenen voor Joden kunnen doen. De organisatie, die zich presenteerde in de persoon van Ben van der Putte, helpt Joden bij de terugkeer vanuit de Oekraïne en andere landen naar Israël.