Open Doors wil lijdende kerk blijven zoeken
ZWOLLE - Vieren, gedenken en danken. Dat waren de ingrediënten van de jubileumdag van Open Doors. Zo’n 6000 mensen waren zaterdag naar de IJsselhallen in Zwolle gekomen om te horen hoe Open Doors al vijftig jaar lang vervolgde christenen over de hele wereld ondersteunt.
In 1955 bezocht Anne van der Bijl de hoofdstad van Polen. Hij wilde zien hoe zijn broeders het daar maakten. Om daar te komen, liet hij zich inschrijven bij een communistische jeugdgroep. Hij ontdekte daar de nood van de kerk en ontving er zijn roeping zich in te zetten voor de lijdende kerk.Vele reizen naar Polen en andere landen achter het ijzeren gordijn volgden. In een verbouwd Volkswagen-busje smokkelde hij ontelbare Bijbels naar landen achter het ijzeren gordijn. Hij verwierf daarmee de bijnaam ”Gods smokkelaar”.
Vanaf 1980 zijn vervolgde christenen door Open Doors voorzien van 16 miljoen Bijbels, 28 miljoen christelijke boeken en 20 miljoen andere materialen. Inmiddels werkt Open Doors in vijftig gesloten en bedreigde landen.
„Denk niet dat er geen mensen meer vervolgd worden om hun geloof”, zo waarschuwde Van der Bijl. Hij vertelde dat er in Indonesië nog drie huismoeders gevangenzitten omdat ze kinderen van de Heere Jezus vertelden.
„Dit is de bron”, zei Anne van der Bijl, terwijl hij zijn Bijbel omhoog hield. „Daarin lees ik dat God alle tranen van de ogen zal afwissen. Het is een grote menigte die komt uit de grote verdrukking. Een beschrijving van de lijdende kerk. Maar ze zijn op weg naar een nieuwe hemel en een nieuwe aarde. En God woont bij hen.”
Tjalling Schotanus, directeur van Open Doors Nederland, riep de bezoekers van de jubileumdag ertoe op zich te vereenzelvigen met hen die lijden.
Johan Companjen, die als internationaal directeur de coördinatie tussen de kantoren van Open Doors wereldwijd verzorgt, overdacht wat Paulus aan Timótheüs schreef over Onesifórus: Hij heeft mij dikwijls verkwikt, zich mijn ketenen niet geschaamd en mij in de gevangenis bezocht. „Dat is het werk van Open Doors”, aldus Companjen.
Dick Langeveld (”Broeder Dick”) jarenlang de contactpersoon van Open Doors met de vervolgde christenen in Oost-Europa en Rusland, vertelde hoe de vorige week overleden Roemeense predikant Ferenc Visky tijdens zijn gevangenschap werd geslagen en gemarteld om zijn geloof. Terwijl hij de klappen geduldig droeg, stonden de criminelen om hem heen te trillen op hun benen. Hij stelde ze echter gerust, want zei hij: „Ik neem jullie slagen op me.” „Dat is toch wel het beeld van Jezus”, aldus broeder Dick.
Elias Taban, kerkleider in Zuid-Sudan en nauw betrokken bij het trainingscentrum dat door Open Doors in samenwerking met de kerken wordt opgezet, vertelde hoe hij veertig jaar verdrukking heeft ondergaan. Zeven dagen heeft hij gelopen naar een plek waarvan gezegd was dat hij daar een Bijbel kon vinden. „Na zeven dagen vond ik Open Doors. Jan Peter Balkenende faalt met zijn ontwikkelingshulp in Zuid-Sudan”, aldus de Sudanees. „Maar waar mensen falen, daar heeft Jezus succes.”
In de middagbijeenkomst vertelde de Rus Alexander Ogorodnikov, die jarenlang om zijn geloof heeft gevangengezeten, hoe hij de warmte van de gebeden en het medeleven had ervaren.
Zijn landgenoot Nikolai Popov zat tien jaar gevangen om zijn geloof. Regelmatig gaat hij naar de Ryazan-gevangenis om daar minderjarige gevangenen te bemoedigen. De Jordaniër broeder Victor vertelde over zijn werk als evangelist in de moslimwereld.
Ten slotte hield Anneke Companjen korte interviews met vier vervolgde christenen: Johnny Li uit China, Abdoel Masih uit het Midden-Oosten, Esther Amado uit Centraal-Azië en Richard Luna uit Latijns-Amerika.