Tijdens de zitting twee weken geleden eiste de officier van justitie een taakstraf van 240 uur en een voorwaardelijke gevangenisstraf van zes maanden tegen de man. Het misbruik zou al in het begin van de jaren tachtig zijn begonnen, toen N. een kamer huurde in huize Van L. Op dat punt verklaarde de rechtbank het Openbaar Ministerie niet ontvankelijk omdat het misdrijf verjaard is.

Voor wat betreft het latere misbruik achtte de rechtbank het geweld of de dreiging met geweld door Van L., niet bewezen. De verklaring van het slachtoffer is geloofwaardig, aldus de rechtbank.

Het staat wel vast dat N. de contacten niet op prijs stelde en dat ze slechts op zoek was naar warmte en troost na traumatische ervaringen in haar jeugd. Daarin werd zij weer teleurgesteld door Van L., die dat niet aanvoelde. De rechtbank vond echter dat daarmee verkrachting niet was bewezen en sprak Van L. vrij.