Geen tucht in Grote-Bosaffaire
De Samen op Weg-kerken nemen geen tuchtmaatregelen tegen vijf kerkelijke medewerkers die wisten van een pedofiliezaak. In drie gevallen waren hiervoor geen aanknopingspunten, één betrokkene had weliswaar „niet adequaat” maar ook niet „onzorgvuldig” gehandeld en een vijfde betrokkene had „niet toelaatbaar” gehandeld. Hij heeft zijn excuses aangeboden.
Dat hebben de SoW-kerken maandag bekendgemaakt. Vier jaar geleden werd een kerkelijk werker (voormalig jeugdwerker in Rotterdam en recreatieleider in het recreatiecentrum Het Grote Bos in Doorn) tot tweeënhalf jaar cel veroordeeld wegens seksueel misbruik van vier kinderen. Het Grote Bos viel tot 1973 onder de hoede van de Hervormde Kerk.
Uit de rechtszaak bleek dat vijf kerkelijke ambtsdragers en functionarissen op de hoogte waren van de kwalijke praktijken van de dader. Zij hadden volgens een speciaal daartoe ingestelde SoW-commissie de dader „kunnen en moeten laten stoppen met seksueel misbruik.” In totaal heeft A. B. gedurende 25 jaar tussen de veertig en de zestig jongens misbruikt, aldus de commissie.
Een tweede commissie onder leiding van de gereformeerde synodevoorzitter ds. J. W. Doff heeft vervolgens de bevoegde organen gevraagd of er tuchtmaatregelen tegen de vijf medewerkers moesten worden genomen. Die bekleedden verschillende functies en vielen onder verschillende instanties.
Volgens die instanties was er geen reden tot het nemen van tuchtmaatregelen. Zoals in de SoW-kerken gebruikelijk is, is een commissie niet verplicht openbaar te maken waarom zij tot een bepaalde conclusie is gekomen. Ook wilde ds. Doff niet zeggen wat de man die „niet toelaatbaar” heeft gehandeld, heeft gedaan of nagelaten.
De commissie-Doff kwam tot de conclusie dat de procedure kan worden verbeterd en versneld als soortgelijke kwesties door slechts één kerkelijke instantie worden behandeld. Dan wordt het de slachtoffers bespaard dat zij meer dan eens een getuigenis moeten afleggen.
De procedure moet voor verbetering tegen het licht worden gehouden, zegt M. Grandia-Feddema, die slachtoffers van seksueel misbruik begeleidt. Als een kerkelijk werker niet meer in de kerk mag werken (zoals A. B.), wie houdt dat dan in de gaten? De SoW-kerken hebben geen bisschop, bij wie het gezag centraal is geregeld. Grandia is voorstander van centrale registratie van daders van seksueel misbruik.
Verder vindt Grandia dat de hervormde en gereformeerde procedures gelijk moeten worden getrokken.