Volgens Ankara heeft Brussel die voorwaarde eerder nooit gesteld. De Franse premier Dominique de Villepin stelde dinsdag deze eis aan Turkije.

Bij de EU-top van afgelopen december was afgesproken dat Ankara Cyprus slechts indirect moet erkennen in een douane-unie. Turkije denkt dan ook niet dat de uitspraak van de Franse regeringsleider het begin van het toelatingsoverleg, voorzien voor 3 oktober, kan vertragen.

Villepin verklaarde in een interview: „Het lijkt mij onvoorstelbaar dat enig onderhandelingsproces kan beginnen met een land dat niet elk land van de Europese Unie erkent.” Volgens hem gaat het om „een principe dat verdedigd moet worden.”

Turkije weigert nog steeds de internationaal erkende Grieks-Cypriotische regering van het eiland te erkennen, hoewel Cyprus vorig jaar bij de Unie kwam. Dat betekent dat Ankara, dat heel graag bij de EU wil, een van de EU-lidstaten niet erkent. Onder meer Griekenland en Cyprus vinden dat een dwaze situatie.

Ankara tekende vorige week een verdrag met de tien nieuwe EU-landen over de openstelling van grenzen voor elkaars handel. Daarmee zou Ankara dus feitelijk Cyprus erkennen, maar van dit laatste nam de Turkse regering in een aparte verklaring juist nadrukkelijk afstand. De Britten, die momenteel het EU-voorzitterschap waarnemen, bestuderen nog of dat wel door de beugel kan.

De Griekse premier Karamanlis heeft dinsdag besloten een voor deze maand gepland bezoek aan Turkije uit te stellen. Dat heeft zijn woordvoerder meegedeeld. Redenen zijn niet gegeven, maar het uitstel heeft vermoedelijk te maken met de kwestie Cyprus.

Een woordvoerder van de regering in Nicosia verwelkomde dinsdag de Franse stap als „bijzonder positief.”

Griekenland is het moederland van Grieks-Cyprus. De Grieks-Cypriotische regering vertegenwoordigt het eiland in de EU. Turkije steunt Turks-Cyprus, maar staat daarin helemaal alleen. Turkije bezette het noordelijk deel van het eiland in 1974 en stichtte er later een eigen republiek die alleen door de Turken wordt erkend.