Buitenland

EU-leiders houden grondwet kunstmatig in leven

De EU-leiders willen het onvermijdelijke nog niet accepteren, in ieder geval niet openlijk. Zij hebben besloten tot een bezinningsperiode over de grondwet. Aan het einde daarvan zal vrijwel zeker de conclusie luiden dat die in de huidige vorm in de prullenbak verdwijnt, maar dat verzwijgen zij voorlopig.

A. A. C. de Rooij
17 June 2005 21:51Gewijzigd op 14 November 2020 02:40

De feiten rechtvaardigen slechts één conclusie. De juridische spelregels schrijven voor dat het nieuwe verdrag alleen van kracht kan worden als elk van de 25 lidstaten er zijn goedkeuring aan hecht. Inmiddels hebben er twee nee gezegd. Dus moeten we vaststellen dat invoering ervan onmogelijk is.

Het valt diverse hooggeplaatste politici binnen Europa moeilijk dat te erkennen. Er staat tenslotte veel prestige op het spel. En voorts horen we van de Luxemburgse premier Juncker, huidig voorzitter van de Unie, en van anderen de overtuiging: „Een betere versie is niet denkbaar. Er rest ons geen alternatief.” Hij en zijn collega’s houden de grondwet kunstmatig in leven en halen op dit moment alleen een streep door de geplande introductiedatum van 1 november 2006. Zij hopen blijkbaar op een wonder dat de weg opent naar inwerkingtreding op een later tijdstip.

Een wonder, want niemand weet hoe de beoogde constitutie na de ingelaste fase van reflectie valt te redden. Een tweede referendum zou een uitweg bieden, dezelfde aanpak als na de verwerping van ’Maastricht’ door de Denen en van ’Nice’ door de Ieren. Die ontsnappingsroute zit er ditmaal echter niet in. Balkenende heeft dezer dagen immers tegenover zijn ambtgenoten benadrukt dat Den Haag het electoraat niet opnieuw naar de stembus zal roepen. Dat zou ook minachting betekenen van de kiezer en de kloof tussen de politiek en de achterban eerder vergroten dan verkleinen.

Aanvoerder Barroso van de Europese Commissie sprak donderdagavond na beëindiging van het overleg op de top van de regeringsleiders in Brussel zijn tevredenheid uit over wat hij noemde „de consensus in deze moeilijke kwestie.” Hij had het verder over „een constructieve en intelligente oplossing.” Uiteraard waren hij en Juncker eropuit een beeld van eensgezindheid aan de buitenwacht te presenteren, in een poging de crisis die voortvloeit uit het afwijzende oordeel van de Franse en de Nederlandse bevolking in te dammen.

Maar ondertussen ontbreekt een echt gezamenlijk recept. De lidstaten geven elkaar de vrijheid om de komende tijd elk voor zich te bepalen hoe ze in reactie op de ontstane situatie zullen handelen. Wel of niet de goedkeuringsprocedure vervolgen, al of niet met een referendum; op welke wijze een discussie organiseren met de burgers en welke onderwerpen daarbij aan de orde stellen; het zijn allemaal zaken die ieder land afzonderlijk mag regelen.

Pasklare antwoorden konden we natuurlijk, zo kort na het echec, niet verwachten. Een denkpauze inlassen, lag inderdaad voor de hand. De Britse premier Blair heeft er vanaf het eerste moment op aangedrongen, terwijl de Franse president Chirac en de Duitse bondskanselier Schröder, die aan gezag inboeten en die de regie kwijtraken, aanvankelijk pleitten voor gewoon voortzetting van het ratificatieproces, alsof er niets was gebeurd. Maar het zou eerlijk zijn geweest tevens de huidige versie van de grondwet meteen definitief af te schrijven. Een overweging om dat niet doen, is trouwens dat dit niet elegant zou zijn tegenover de tien landen die inmiddels ermee hebben ingestemd.

De politici beloven een intensieve discussie over Europa, met gedachtevorming over fundamentele keuzes. De Belgische premier Verhofstadt verwoordde het afgelopen donderdag zo: „We moeten nadenken over waar we naartoe willen. Bouwen we de EU uit tot een daadkrachtige politieke unie of gaan we verder met alleen een vrijhandelszone?” Balkenende pleitte voor beraad over de taakverdeling tussen Brussel en de lidstaten en Chirac op zijn beurt meldde de voortgang van de uitbreiding, met in dat kader op 3 oktober het begin van de toetredingsonderhandelingen met Turkije, als agendapunt aan.

Over een jaar, als Oostenrijk het voorzitterschap bekleedt, wordt de balans opgemaakt. Pas dan zullen er mogelijk inhoudelijke beslissingen vallen over hoe de EU de recent ontstane impasse denkt te doorbreken. Dan zal iedereen naar verwachting gewend zijn aan het idee dat de grondwet definitief van de baan is. Dat vergemakkelijkt het voor de leiders om de boodschap uit te sturen dat het ambitieuze project inderdaad is mislukt. Het bloedt met de nu op de top uitgezette koers de komende maanden langzaam dood.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer