Geweld laait weer op in Macedonië
In een plotselinge oplaaiing van geweld in Macedonië zijn zondag drie agenten gedood. Ongeveer honderd mensen die ongeveer tegelijkertijd waren ontvoerd of gegijzeld, kwamen gistermiddag vrij. Dit heeft minister van Binnenlandse Zaken Ljube Boskovski gisteren gezegd.
De drie omgekomen agenten behoorden tot de “Leeuwen”, een speciale eenheid die was begonnen een omvangrijk gebied rond de noordwestelijke stad Tetovo af te zetten. Twee andere agenten raakten zondag zwaargewond toen hun eenheid bij het dorp Trebos, niet ver van Tetovo, in een hinderlaag liep.
In een gisteren uitgegeven verklaring heeft een Albanese rebellenorganisatie de verantwoordelijkheid voor de moord op de politieagenten opgeëist. „De regering in Skopje herneemt haar terreur en beschouwt oorlog als het enige antwoord op de Albanese eisen", luidde de verklaring. De beweging spoorde Albanese politici aan Macedonische instellingen te boycotten en in plaats daarvan politieke contacten met internationale vertegenwoordigers te onderhouden.
NAVO-secretaris-generaal George Robertson, die gisteren een bezoek bracht aan Slovenië, riep alle betrokkenen op de kalmte te bewaren. Na gesprekken met de Macedonische president en de NAVO-bevelhebber in Macedonië zei hij: „Ik denk dat de situatie zich heeft gestabiliseerd na een periode van extreme spanning gedurende de nacht."
Het geweld en de ontvoering volgden op de stationering van een omvangrijke politiemacht in het gebied Tetovo, waar een of meer massagraven worden vermoed. Het zou onder meer gaan om de lijken van minstens zes Slavische Macedoniërs die eerder dit jaar door etnische Albanezen werden ontvoerd. Minister Boskovski had aangekondigd dat de graven deze week worden blootgelegd.
Parlementsvoorzitter Stojan Andov deelde gistermiddag mee dat alle ontvoerden en gijzelaars rond het middaguur waren vrijgelaten. Hij had het nieuws ontvangen van de gezant van de Europese Unie in Macedonië, Alain le Roy. Ongeveer veertig personen waren ontvoerd, terwijl zestig anderen werden gegijzeld in het dorp Semsovo.
Onnodige provocatie
Een westerse diplomaat uitte anoniem kritiek op de omvang van de politiemacht rond Tetovo. „Dit is een eenzijdige en geheel onnodige provocatie. Het gaat om een buitensporig grote eenheid", aldus de diplomaat.
Tetovo was een van de haarden van de etnisch Albanese opstand, die in augustus bedwongen leek te zijn met een plan voor politieke hervormingen in de van Joegoslavië afgescheiden republiek. De uitvoering van de op 13 augustus gesloten vredesovereenkomst is echter in het slop geraakt door onenigheid in het parlement, waar beide partijen elkaar ervan beschuldigen dat zij hun beloften niet nakomen.