Politiek eensgezind over verkiezingen
Politiek Den Haag heeft zich dinsdag eensgezind opgesteld achter het kabinetsbesluit om de kamerverkiezingen van 15 mei niet uit te stellen. Ook SP-leider Marijnissen, die nog het langst voor uitstel van de verkiezingen pleitte, heeft zich bij de kamermeerderheid aangesloten.
In de beslissing de verkiezingen op de afgesproken datum door te laten gaan, speelde voor de Tweede Kamer, net als voor het kabinet, het gevoelen van de top van de Lijst Pim Fortuyn (LPF) een belangrijke, zo niet doorslaggevende rol, verklaarde kamervoorzitter Van Nieuwenhoven dinsdagmiddag.
CDA-lijsttrekker Balkenende noemde drie overwegingen om de verkiezingen niet uit te stellen: „Naast de gevoelens van de Fortuyn-aanhangers, zijn dat ook het staatsrecht en de werking van onze democratie. Het staatsrecht geeft hoogstens ruimte voor uitstel tot 12 juni. De vraag is of dat uitstel een meerwaarde heeft. Vervolgens zijn wij van mening dat het functioneren van onze democratische rechtsstaat niet mag wijken voor geweld. Als je voor uitstel kiest, zet je als het ware een premie op geweld.”
Eerder dinsdagmiddag legde premier Kok voor de pers al een verklaring af, waarin hij aangaf dat het kabinet ervoor koos de ’normale’ democratische weg te bewandelen door de verkiezingen zoals afgesproken op 15 mei te houden. „Ik ben mij ervan bewust dat deze campagne onbeschrijflijk afwijkt van een normale campagne, waarin onze bevolking zich voorbereidt op een keuze voor de komende vier jaar. Dat trekt een zware wissel, denk ik, op het vermogen om zeer afgewogen oordelen te vormen”, aldus de premier.
Toch meent hij „dat wij dit goed kunnen dragen. Onze bevolking kan veel aan. Ik denk ook dat het een belangrijk signaal is als de democratie blijft functioneren, ondanks het grofste geweld.”
Om halfdrie legde Kok een verklaring af in de Eerste Kamer. „Wat maandagavond is gebeurd, druist in tegen alles wat ons heilig is en heilig moet blijven. Woede en verslagenheid strijden om voorrang”, stelde de premier, die zijn medeleven uitsprak met Fortuyns nabestaanden.
Maar één ding staat voor hem vast: „De democratie en de nagedachtenis van de heer Fortuyn dienen we het best door de democratie voluit haar werking te laten hebben.”
Senaatsvoorzitter Braks noemde Fortuyn dinsdag in zijn toespraak „een speelse en sierlijke politicus van een groeiend formaat. Zijn gedrevenheid sprak velen aan die ons land bedekt meenden te zien door een grauwsluier en gesloten netwerken.”
Braks maakte zelfs een voorzichtige vergelijking met Erasmus, eveneens een Rotterdammer, en diens discussietechniek in het boek ”Lof der Zotheid”. De overeenkomst zou gelegen zijn in het vaardige gebruik van het wapen van spot en uitdaging.
Op verzoek van Braks nam de Eerste Kamer enkele minuten stilte in acht ter nagedachtenis van Fortuyn. Een wat ongebruikelijke gebeurtenis, gaf Braks zelf toe, omdat het parlement normaal gesproken alleen oud-kamerleden, oud-ministers en dergelijke officieel herdenkt. Het herdenkingsmoment werd in de Senaat gehouden, omdat de Tweede Kamer momenteel in het geheel niet vergadert.