Frans probleem over expositie Anne Frank
De Anne Frank Stichting heeft in de Franse stad Dijon aarzelingen van de onderwijsautoriteiten ondervonden over een tentoonstelling voor scholieren. Volgens de stichting hangen de aarzelingen samen met het opkomende rechts-extremisme in Frankrijk en de situatie in het Midden-Oosten.
Een woordvoerder van de stichting zei zondag dat de onderwijsautoriteiten in Dijon zich afvroegen of het wel raadzaam was scholieren naar een expositie over de Jodenvervolging te sturen. In verband met de opkomst van de extreem rechtse Franse presidentskandidaat Jean-Marie Le Pen, vonden de autoriteiten dat de tentoonstelling een te sterke politieke lading had gekregen, aldus de woordvoerder.
Hij zegt ook dat de strijd tussen Israël en de Palestijnen ertoe heeft geleid dat Dijon begon te aarzelen. De Anne Frank Stichting benadrukt volgens hem echter altijd dat haar exposities niets met politiek te maken hebben, maar gericht zijn op handhaving van de mensenrechten en democratie. De tentoonstelling in de Franse stad gaat woensdag voor het publiek open.
De woordvoerder beweert dat de situatie in Frankrijk vergelijkbaar is met eerdere ervaringen in Spanje, Italië en Turkije. In Istanbul ging in april een tentoonstelling in een synagoge op het laatste moment zelfs niet door omdat men daar bang was voor problemen.
Het is volgens de Anne Frank Stichting opmerkelijk dat in Oost-Europa juist meer begrip voor het werk van de Nederlandse organisatie ontstaat. In onder meer Roemenië, Letland en Litouwen heeft zij positieve ervaringen opgedaan met jonge historici van na het communistische tijdperk, die volgens de woordvoerder het belang van het verhaal van de holocaust inzien.