Het onderzoek werd verricht door de Evangelische Landeskirche in de deelstaat Baden. De 1,3 miljoen leden tellende kerk registreerde in de afgelopen tien jaar meer dan 92.500 uittredingen. In dezelfde periode sloten ongeveer 25.000 mensen zich bij de kerk aan. De helft van die 25.000 mensen waren voormalige kerkleden, de anderen kwamen voor het grootste deel uit de Rooms-Katholieke Kerk. Een gering deel was afkomstig uit een vrije evangelische kerk. Jaarlijks werden ongeveer 1000 volwassenen door de doop lid van een evangelische kerk.

De reden om zich weer bij de kerk aan te sluiten, is in drie van de vier gevallen de behoefte van mensen om zaken op orde te stellen in het leven. Het verlaten van de kerk motiveerden zij destijds door aan te geven dat hun toenmalige gezinssituatie kerkgang niet toeliet. Ook werden wel sociale of psychische factoren genoemd. Voor 37 procent was de kerkbelasting reden de kerk vaarwel te zeggen, 17 procent had problemen met de predikant en 10 procent verliet de kerk na het overlijden van een familielid. Twee van de vijf ondervraagde kerkverlaters ondervond daarna „een gevoel van leegte”; 8 procent voelde zich daarentegen opgelucht.

Door een terugkeer wilde men met zichzelf of met de familie (meestal de ouders) „in het reine komen.” Bij 13 procent gaf een langdurige ziekte de doorslag om opnieuw naar de kerk te gaan. Schokkende gebeurtenissen, zoals de aanslagen van 11 september 2001 in New York en overstromingen in het oostelijk deel van Duitsland, leidden slechts bij 4 procent tot terugkeer naar de kerk.