Meditatie: Verborgen in God
Kolossenzen 3:3
„Want gij zijt gestorven, en uw leven is met Christus verborgen in God.”
De Zaligmaker noemt het goed met nadruk een schat in de hemel (Lukas 18:22). En Petrus: een kroon der heerlijkheid (1 Petrus 5:4). Hij geeft er ook mee te kennen dat dit goed alsnog bedekt en voor het oog onzichtbaar en verborgen is. Een goed of erfenis daarom dat in volle kracht bewaard wordt en opgesloten blijft voor de eeuwigheid. Hierom zegt ook Paulus van de gelovigen dat hun leven, en dus ook hun goed, met Christus verborgen is in God (Kolossenzen 3:3). En Johannes zegt dat het nog niet geopenbaard is wat wij zijn zullen (1 Johannes 3:2). Terwijl ook Petrus ons verklaart dat die openbaring eerst zal geschieden in de laatste tijd (1 Petrus 1:5).
Ja, maar dit wegleggen sluit hier ook in de duurzaamheid van dit goed, als zijnde een bestendig wezen (Spreuken 2:7). Dus de veilige bewaring ervan. Zodat geen satan noch helse machten in staat zijn des Heeren gunstgenoten van dit goed te ontzetten. Nee! Het is een erfenis die in de hemelen voor hen bewaard wordt (1 Petrus 1:4). En dat goed ligt dus buiten en boven het bereik van hun vijanden. Waarom Paulus terecht ook zei: „Ik weet wie ik geloofd heb, en ik ben verzekerd dat Hij machtig is mijn pand, bij Hem weggelegd, te bewaren tot die dag” (2 Timotheüs 1:12).
Petrus Nahuys, predikant te Monnikendam
(”Verzameling van veertien uitgezochte en stichtelijke afscheids- als intree- en andere predicatiën”, 1766)