Is stap naar Rome geen verraad aan wie werden vervolgd?
Hoe vaag moet het worden om de eenheid te kunnen vinden?
Het Platform Rome-Reformatie gaf op 24 januari een verklaring uit. Een weloverwogen uitnodiging om de weg naar eenheid in te slaan. Het is een verleidelijke en sympathieke tekst. De verklaring is ontstaan in een jarenlange ontmoeting tussen rooms-katholieke en protestantse theologen. Op dat niveau werd een verbondenheid gevoeld, waardoor verlangen naar eenheid groeide. Het verbaast me niet dat dit initiatief is ontstaan in een groep hoogopgeleide mensen. Zij zijn er goed in om het abstractieniveau te verhogen als het moeilijk wordt en om juist die ene passende, verbindende formulering te vinden. Woorden zijn nodig om de werkelijkheid van je verlangen te scheppen. Academici zijn nodig om het geloof te doordenken.
Toch loop ik in deze weken tegen de verklaring aan. Samen met alle gelovigen herdenken we het onbevattelijke offer van Jezus Christus. Zijn leven was een lijdensweg, die Hij stap voor stap aflegde tot aan zijn bittere en smadelijke kruisdood. Hij heeft volgehouden. Dwars door Gethsemane en alle angsten van de hel heen. Doof voor de omstanders die Hem spottend uitdaagden. Hij stelde zijn gezicht als een keisteen. Volhardend onder de toorn van God. Tot de laatste seconde. Het is volbracht. De onmenselijk hoge prijs is betaald.
Als je mediteert over dit offer van onze oudste Broeder, dan snap je de heftige woorden over de vervloekte mis in de Heidelbergse Catechismus. De officiële rooms-katholieke leer is dat God door de eucharistie opnieuw wordt verzoend en daardoor genade en vergeving kan schenken. Gezegd moet worden dat we deze zienswijze niet terugzien in bijvoorbeeld ”De nieuwe catechismus”, maar het is betekenisvol dat de Rooms-Katholieke Kerk er niet expliciet afstand van neemt. Het sacrament van de eucharistie is een offer. Er staat een altaar.
Een positieve relatie opbouwen met iemand die het levenswerk van zijn vriend, ook al is dat alleen officieel, schoffeert, is ongepast. De suggestie „dat het Christus’ verlangen is dat nu Rome en Reformatie bij elkaar komen”, klinkt arrogant. Niet iedere kerk is een ware kerk.
In dit kader moet ook de vraag onder ogen gezien worden of deze stap naar Rome geen verraad is aan broeders en zusters die 500 jaar geleden zwaar werden vervolgd. De verklaring spreekt uit dat het bij de Reformatie ging om verschillen „die met wezenlijke elementen van de expressie en vormgeving van het geloof te maken hadden”. Wat zouden reformatoren van deze formulering vinden? Gaven de martelaren hun leven om uiterlijke aspecten van het geloof of had het ook iets met de inhoud te maken? De verklaring stelt dat God 500 jaar geleden een weg met Rome ging en dat de kerken van de Reformatie „het apostolische getuigenis op een andere manier hebben voortgezet”. Wat moet ik hiermee? Hoe vaag moet het worden om de eenheid te kunnen vinden?
Ik worstel met deze dingen. Het verlangen naar wereldwijde eenheid van de kerk van Jezus Christus is ook mijn verlangen. Er zit beweging in de dogma’s van de Rooms-Katholieke Kerk. Maar laten we in deze tijd van tolerantie alert zijn op aspecten van de leer die waar en vals afgrenzen.
De auteur is mediator, coach en ondernemer.