Hoe Jack en Jolanda Keijzer hun beide zoons verloren
Jack Keijzer en zijn vrouw Jolanda verloren hun twee zoons. Pascal werd vermoord toen hij 16 jaar was, de psychisch zieke Remy bracht zichzelf op 22-jarige leeftijd om het leven. „Hartzeer bestaat echt”, schrijft Jack Keijzer in zijn recent verschenen boek over beide drama’s.
„Het was of een betonnen vloer werd opgeschoven. De grond werd weggeslagen. Ik stond op lucht. Het was als een klap. Ik voelde me terstond verslagen, versuft, verdoofd (…). Mijn hart, dat deed zo’n enorme pijn.” Zo beschrijft Jack Keijzer (1957) uit het Noord-Hollandse Hoogkarspel zijn gevoelens als „twee ernstig kijkende agenten” hem op de vroege ochtend na Koninginnedag 2007 vertellen dat zijn 16-jarige zoon Pascal is overleden. De jongen is in Zwaagdijk-Oost vermoord bij een ruzie in het drugscircuit. Emiel T., de tot vijftien jaar cel veroordeelde hoofdverdachte, stak in op Pascal en reed met een auto over het lichaam van de jongen heen. Medeplichtige Michel van B. kreeg zes jaar cel.
„Dat laatste kwartier, wat heel vaak door mijn hoofd flitst, moet toch voor dat jochie zwaar zijn geweest”, noteert Jack Keijzer in zijn onlangs verschenen boek ”Nu ben ik mijn kinderen kwijt” (uitgeverij boek.scout). „Hoe voelde hij zich, alleen in zijn doodsstrijd? Dacht hij aan ons, aan zijn lieve moeder, zijn broertje? Hoeveel pijn had hij? Hij moet geknokt hebben (...). Als ik daaraan denk, voelt het soms alsof ik gek word. Tranen springen me dan in de ogen. Elke keer weer”, schrijft Keijzer, die voorzitter is van de Federatie Nabestaanden Geweldslachtoffers en op scholen leerlingen waarschuwt voor drugs.Verdrietige ogen
Als Pascal zo’n 11 jaar is, merken Jack Keijzer en zijn vrouw Jolanda dat hun zoon worstelt met zichzelf. Hij trekt zich terug in zijn kamer en krijgt „wat verdrietige” ogen. „Pascal werd steeds vaker nukkig en geïrriteerd (…). Hij kon onenigheid maar moeilijk van zich afzetten.” Het overlijden van zijn opa in 2003 raakt de jongen hard. „De man die hem begreep, was er niet meer.” Op school is hij onhandelbaar en hollen de cijfers achteruit.
Alle seinen springen op rood als de ouders een soort „zelfmoordbrief” van hun zoontje Pascal vinden. Hij is dan 13. „Ik weet dat ik nu veel mensen pijn doe, maar het leven wat ik had was geen leven. Ik deed alleen mijn ouders pijn en verdriet, terwijl ik het helemaal niet wou”, schrijft de jongen in zijn brief. „Hartverscheurend”, noteert vader Keijzer in zijn boek. Een kinderpsychiater stelt ADD vast, een stoornis binnen de diagnose ADHD waarbij iemand moeite heeft zich ergens op te concentreren.
Tot schrik van Jack Keijzer en zijn vrouw blijkt hun zoon drugs te gebruiken. De puber belandt in een scene van hardcore en drugsgebruik en -handel. De ontsporing van Pascal drukt zijn ouders terneer en plaatst hen voor akelige dilemma’s. Zo belt Jack Keijzer de politie als hij in huis herhaaldelijk kennelijke sporen van drugs van Pascal vindt. De politie slaat de jongen in de boeien. „Pascal raakte overstuur, sloeg om zich heen. Hij raakte de agent, sloeg een deuk in onze koelkast”, schrijft Keijzer in zijn boek.
Keijzer worstelde met zijn besluit de politie te bellen. Pascal nam het zijn vader kwalijk dat hij die had ingeschakeld. Keijzer schrijft dat de kwestie een wig had gedreven tussen hem en zijn zoon. „Van dat telefoontje heb ik best lang last gehad.”
Vernietigend
Rechtszaken tegen hoofdverdachte Emiel T. en medeverdachte Michel van B. vallen de nabestaanden van Pascal zwaar. In zijn boek haalt Jack Keijzer met name uit naar Emiel T., moordenaar van zijn zoon. Als Keijzer in de rechtszaal een slachtofferverklaring voorleest, interesseert dat T. „niets”. „Hij keek me met een zekere regelmaat vernietigend aan. Soms zag ik een glimlach, die me misselijk maakte. Het was walgelijk, alsof het aan ons lag dat hij daar zat”, schrijft Keijzer, die tientallen jaren bij een bank werkte en daarna docent werd.
Remy, het enige broertje van Pascal, zit vol onvrede over de rechtsgang. De jongen, op dat moment een jaar of 15, vindt de straf die in 2009 in hoger beroep geëist wordt tegen medeverdachte Michel van B. veel te laag. Keijzer schrijft: „Vol onbegrip, woedend en vol verdriet liep hij de rechtszaal uit (…). Ik liep achter hem aan, zag hoe hij een stoel die vlakbij de ingang stond aan diggelen sloeg, compleet over zijn toeren. Het was een akelig gezicht. Ik kon maar een ding doen. Ik pakte hem vast, voelde hoe zijn lijf van top tot teen bibberde.”
Het is voor Pascals nabestaanden een bittere pil dat Emiel T. „na nog geen tweederde van zijn straf” te hebben uitgezeten, weer vrijkomt. Hij blijft in de gemeente Stede Broec wonen, op luttele kilometers afstand van de familie Keijzer. Pogingen, onder meer via de autoriteiten, om T. te laten verhuizen mislukken. Ook een ingezonden brief in een krant, waarin Keijzer Emiel T. heeft „gesmeekt” Stede Broec te verlaten, mag niet baten. „Het zou voor ons ondraaglijk zijn hem te zien, met zijn in detentie verwekte kinderen. Niet dat die kleintjes er iets aan kunnen doen, wij wensen hen al het geluk van de wereld. Maar dat gezin, dat wél compleet is, te zien wandelen, het zou te zwaar zijn. Te confronterend.”
Gebiedsverbod
Meer leed treft Jack Keijzer en zijn vrouw Jolanda. Hun enig overgebleven zoon Remy, tegelzetter, worstelt met de gewelddadige dood van zijn broer Pascal.
Remy wordt somberder, begint „te diep in het glaasje te kijken” en „probeert rust te vinden in het blowen”. De jongeman vertelt een psycholoog over zijn suïcidale gedachten. Keijzer schrijft: „We hielden vast aan de woorden die steevast volgden: „Ik zal het nooit doen, ik wil mijn ouders niet kinderloos achterlaten.” We vertrouwden erop.”
Bij Remy wordt een posttraumatische stressstoornis (ptss) vastgesteld. Die aandoening heeft alles te maken met de gewelddadige dood van zijn broer Pascal. Een EMDR-behandeling moet Remy helpen bij het verwerken van zijn trauma’s. „Maar de storm in zijn hoofd bleef. Zo kwam er meer drank, meer wiet”, schrijft vader Keijzer. Tijdens een behandeling in Thailand hoort Remy dat zijn problematiek „uitzonderlijk diep” zit.
Waandenkbeelden
De jongeman kampt met psychotische waandenkbeelden. Remy wordt „de nieuwe koning”, zo vertelt hij zijn vader „bloedserieus”. In Den Haag zwerft de jongeman rond op blote voeten. Remy vertelt zijn ongeruste vader dat hij „een opdracht van boven” had gekregen om zijn telefoon onder een grafsteen ergens in Den Haag te leggen. De psychisch zieke jongeman wijst naar een appartement. „Kijk pap, dat appartement is van Amalia en daar gaan wij over een tijdje wonen.” Keijzer schrijft: „Ik vond het steeds beangstigender worden. Remy sprak bloedserieus, maar wat hij vertelde sloeg nergens op.”
Kort na zijn 22e verjaardag vertrekt Remy, geboeid in een politiewagen, naar een psychiatrische crisisopvang. Hoewel de jongeman boos is vanwege zijn „onrechtmatige arrestatie”, begrijpt hij ook wel dat het „in zijn hoofd een chaos was, een ongekende chaos noemde hij het zelfs”.
Keijzer schrijft: „Remy waande zich God, Jezus en Sinterklaas. Hij was de uitverkorene, door God aangewezen om de wereld te redden. Bloedserieus praatte Remy hierover. Wij praatten maar gewoon met hem mee.”
Jack en Jolanda Keijzer verliezen hun tweede zoon in mei 2016. Remy heeft zichzelf in de ouderlijke woning van het leven beroofd. Terugkomend van zijn werk treft vader Jack het levenloze lichaam aan. „Ik slaakte een enorme gil en viel op de grond. Mijn keel deed er zeer van. Als een marionetpop zakte ik ineen”, schrijft Jack Keijzer. Even later arriveert zijn vrouw. „We vlogen elkaar in de armen. Ik voelde haar schokken en beven. Ze huilde, gilde alles bij elkaar.” Keijzer schrijft dat hij de daad van zijn zoon geen zelfmoord wil noemen. „Jolanda en ik vinden dat Remy zich van zijn leven heeft bevrijd.”
Dankbaar
Keijzer schrijft „dankbaar” te zijn dat hij en zijn vrouw altijd bij elkaar bleven, ondanks al het verdriet. „Wij weten dat zo’n 80 procent van de ouders die een kind hebben verloren uiteindelijk uit elkaar gaat (…). Wij gaan het elkaar niet aandoen om de ellende nog groter te maken dan deze al is (…). De kinderen zouden het toch vreselijk vinden als wij uit elkaar zouden gaan. Wij ook. Gaat niet gebeuren.”
Ondanks het gemis genieten Keijzer en zijn vrouw van mooie zaken, schrijft hij. Ze willen vanaf dit jaar, als ze met pensioen gaan, de wereld over reizen. „Wij danken God op onze blote knieën dat wij in staat waren om de draad van het leven weer enigszins op te pakken ondanks het immense verdriet dat wij hebben. Jolanda en ik hebben de overtuiging dat onze jongens niet hadden gewild dat wij ons verdere leven zouden gaan treuren (…). Wij missen hen ongelofelijk veel. Maar wij zijn zo ontzettend gelukkig dat wij 16 respectievelijk 22 jaar de trotse ouders mochten zijn van onze lieve zonen.”
Oprecht
Bijzonder is dat Jack Keijzer in 2023 een verzoenend gesprek voerde met medeplichtige Michel van B., die veroordeeld is in verband met de gewelddadige dood van Pascal. Van B. benadert zelf Keijzer en zegt dat hij „veel last van zijn geweten” heeft. Keijzer werd geïnspireerd door de film ”Jesus Christ Superstar”. Hij schrijft: „In de film sprak Jezus de woorden uit: „Vader, vergeef hun, ze weten niet wat ze doen.” Woorden die je aan het denken zetten (…). Persoonlijk denk ik dat ik vergevingsgezind ben. Dat voelt ook goed; je kunt met de ander weer verder.”
Samen met een journalist reist Keijzer af naar de woning van Van B., ergens midden in Nederland. Keijzer en Van B. spreken zo’n twee uur met elkaar. De veroordeelde man „was heel veel aan het woord en beantwoordde mijn vragen uitgebreid waar het kon. Het klonk allemaal oprecht. Zó oprecht dat ik hem uiteindelijk vergiffenis heb geschonken. Dat voelde en voelt goed. Nog steeds.”
Hebt u hulp nodig? Dan kunt u contact opnemen met 113 Zelfmoordpreventie via 113 of 0800-0113 (24 uur bereikbaar) en 113.nl.