Opinie

Israël voert rechtvaardige oorlog

De Israëlische premier Sharon wil gewoon oorlog, en de Palestijnse leider Arafat heeft zelfmoordterroristen niet in de hand, verklaren sommigen met de stelligheid van een ingehuurde academicus in een praatprogramma. Mark T. Clark keert zich tegen de idee dat beide partijen dezelfde blaam zou treffen. Volgens hem voert Israël een rechtvaardige oorlog.

19 April 2002 20:51Gewijzigd op 13 November 2020 23:32
„De oorlog tussen Israël en de Palestijnen is moreel volstrekt ongelijkwaardig.” - Foto EPA
„De oorlog tussen Israël en de Palestijnen is moreel volstrekt ongelijkwaardig.” - Foto EPA

Wie zegt dat Israël en de Palestijnen dezelfde blaam treft, heeft elk onderscheid tussen een rechtvaardige en een onrechtvaardige oorlog uit het oog verloren. Als de Verenigde Staten Israël zouden dwingen te stoppen met de zelfbescherming tegen de voortdurende aanvallen op zijn burgers, blokkeren ze een legitieme zelfverdediging - een verdediging tegen illegale en immorele slachtingen door zelfmoordterroristen. Laten we wel wezen: de oorlog tussen Israël en het Palestijnse terrorisme is moreel volstrekt ongelijkwaardig. Enkele verschillen.

Er is een verschil tussen de politieke regimes. Aan Palestijnse zijde controleert Yasser Arafat de Fatah-beweging, die op haar beurt de Palestijnse Autoriteit controleert. Arafat is nooit democratisch gekozen en heeft nooit verantwoording hoeven af te leggen aan het Palestijnse volk. Zijn organisatie is begonnen en voortgezet als een terroristische beweging, waarin hij slechts hoeft te zwaaien met z’n pistool om dissidenten tot conformiteit met de regerende coalitie te brengen. Vergelijk dit eens met Israël. Alleen al in het laatste decennium zijn daar zes verschillende premiers aan de macht geweest. Sharon kan uit de regering worden gestemd, en het kost hem aanzienlijk veel moeite zijn regerende coalitie overeind te houden.

Dan zijn er de verschillen tussen de politieke doelen die beide partijen nastreven. De officiële website van de Palestijnse Autoriteit vertelt het allemaal op een heldere manier: De kaarten van de regio tonen alleen Palestijnse gebieden, geen Israëlische. Als doelstelling handhaven de Palestijnen nog steeds de uitroeiing van de staat Israël. Ze waren niet bereid het voorstel van premier Barak, waarbij 97 procent van het omstreden land in Palestijnse handen zou komen, te accepteren. Aan Israëlische zijde is de politieke doelstelling het bewerkstelligen van vrede en de veiligheid van burgers. Vrede is echter onmogelijk bij een constante oorlogsdreiging in het Midden-Oosten.

Er zijn ook verschillen in strategie en tactiek. Onder leiding van Arafat is aan Palestijnse zijde gekozen voor het terroriseren van Israëlische burgers. Morele grenzen in het gebruiken van de middelen worden niet in acht genomen. De enige beperking tot op heden is strategisch van aard, want de Palestijnen kunnen Israël niet met conventionele militaire middelen verslaan. Aan de andere kant zouden de Israëli’s hele enclaves van Palestijnse terroristen kunnen schoonvegen. Ze hebben zich echter in de laatste campagne beperkt tot het aanpakken van de leiders van de terreur en tot het isoleren van Arafat in zijn hoofdkwartier.

Stembus
De Palestijnen hebben hun strijd vergeleken met die van de Verenigde Staten in 1776. Maar zijn deze twee oorlogen wel vergelijkbaar? Oké, het feit dat beide oorlogen asymmetrisch van aard zijn, is een overeenkomst. Maar in moreel opzicht verschillen ze radicaal. Het doel van de prille Verenigde Staten is nooit geweest Groot-Brittannië te vernietigen. Of de vrouwen en kinderen van Britse soldaten af te slachten. De zogeheten ”Founding Fathers” die aan de wieg stonden van de Verenigde Staten wilden een zelfbestuur dat verantwoording aflegt aan de burgers. En wat de opeenvolging van politieke regimes aangaat wilden ze kogels graag vervangen door de stembus. Van de beperkingen die zij zichzelf oplegden en van hun strijd tegen corruptie is bij de huidige Palestijnse leiders niets te vinden.

Palestijnse apologeten beweren dat Arafat de terroristen niet onder controle heeft. De Israëlische inval in een aantal terroristische enclaves toont het leugenachtige van deze bewering. Even afgezien van het probleem dat Arafat in het Engels andere dingen zegt dan in het Arabisch, moet gesteld worden dat hij het terrorisme zelf aanmoedigt. En daarin wordt hij bijgestaan door schurkenstaten als Iran, Irak en Syrië, die het terrorisme steunen met financiële middelen, wapens, charitatieve schenkingen aan de families van ”martelaren” en propaganda.

Met het Palestijnse regime is geen vrede mogelijk. Omdat vrede een compromis vergt. Israël kan geen compromis sluiten met een Palestijnse leiding die leugens gebruikt als tactiek in de onderhandelingen (zoals Arafat heeft gedaan), de vernietiging van Israël als doelstelling heeft en geen grenzen in acht neemt in de middelen om haar doel te bereiken. Er kan geen wederzijds vertrouwen zijn als je ziet dat je zelf wordt kapotgemaakt.

De Verenigde Staten voeren een rechtvaardige strijd door staten die terrorisme steunen te waarschuwen en aan te pakken. Evenzo voert Israël een rechtvaardige strijd door leiders van terrorisme op de Westelijke Jordaanoever onschadelijk te maken. Politieke oplossingen zonder militaire ondersteuning zullen slechts aanmoedigen tot meer eisen van Palestijnse zijde, en tot meer terreur.

De eerste stap op weg naar vrede is de vervanging van het Palestijnse regime - een regime dat geen onderscheid kent tussen een rechtvaardige en een onrechtvaardige oorlog. En de eerste stap voor westerse landen is het morele onderscheid goed in het oog te houden.

De auteur is verbonden aan het Amerikaanse Claremont Institute, dat zich bezighoudt met staatsrecht en politieke filosofie.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer