Economiede zaak
’s Werelds beste kaas komt uit Bleskensgraaf

Kaas maken, dat kúnnen ze bij de coöperatieve zuivelonderneming De Graafstroom in Bleskensgraaf. Zo goed zelfs, dat ze keer op keer in de prijzen vallen bij internationale keuringen.

Directeur Raymond Noordermeer (r.) en coöperatievoorzitter Henk van der Wind in het kaaspakhuis van De Graafstroom. beeld RD, Anton Dommerholt
Directeur Raymond Noordermeer (r.) en coöperatievoorzitter Henk van der Wind in het kaaspakhuis van De Graafstroom. beeld RD, Anton Dommerholt

Bij de Global Cheese Awards, een jaarlijkse competitie in het Britse graafschap Somerset, werd de overjarige Goudse van De Graafstroom afgelopen zomer zelfs uitgeroepen tot ”overallwinnaar”, oftewel ’s werelds allerbeste kaas.

Directeur Raymond Noordermeer en coöperatievoorzitter Henk van der Wind glimlachen. Natuurlijk zijn ze trots op de onderscheidingen die ‘hun’ kazen in de wacht slepen. De plaquettes hangen in de directiekamer. Maar slechts een klein deel van de 45 miljoen kilo kaas die per jaar de fabriek verlaat, vindt onder de merknaam De Graafstroom zijn weg naar speciaalzaken in Nederland en België. Verreweg de meeste kaas wordt onder private label geproduceerd voor supermarkten.

Fusie

Dat De Graafstroom zich zo zou onderscheiden, was vijftien jaar geleden niet te voorzien. De fabriek was onderdeel van zuivelreus Campina, die in 2008 fuseerde met Friesland Foods tot FrieslandCampina. De fabriek, genoemd naar het kanaal dat de Alblasserwaard doorsnijdt, moest daarbij worden verkocht. Het fusiebedrijf dreigde volgens de mededingingsautoriteiten anders een te dominante positie te verkrijgen bij de verwerking van rauwe melk (boerderijmelk).

20016777.JPG
Herinnering aan een eerdere prijs. beeld RD, Anton Dommerholt

Een groepje van nog geen vijftig boeren, de leden van leveranciersvereniging DeltaMilk, besloot de fabriek over te nemen. De vereniging werd omgezet in een coöperatie. Tegenwoordig telt die zo’n 200 leden, afkomstig uit het Groene Hart en de omgeving van de Gelderse Vallei en de Utrechtse Heuvelrug.

De boeren zijn erg betrokken bij het bedrijf, stelt Noordermeer. „Ze kiezen rechtstreeks het coöperatiebestuur, dat samen met de directie de verantwoordelijkheid draagt.” Van der Wind vult aan: „We houden van korte lijntjes. Een lid met een vraag kan rechtstreeks met de directeur spreken.”

Als de fabriek meer melk nodig heeft, worden nieuwe leden gericht geworven. Van der Wind: „We zoeken ondernemers die een goede bedrijfsvoering combineren met de bereidheid om in te spelen op maatschappelijke wensen, zoals grondgebondenheid en duurzaamheid.”

Boeren kijken vaak naar de melkprijs die de fabriek betaalt. Noordermeer: „Dat klopt, maar onze leden vinden het ook belangrijk dat ze hier niet anoniem zijn.” Over de vergoeding die de leden per liter melk ontvangen, doet De Graafstroom geen mededelingen. Van der Wind wil alleen kwijt dat de maandelijkse voorschotprijs gelijk is aan die van FrieslandCampina.

Warmtewisselaar

De onderlinge verbondenheid tussen de aangesloten boeren blijkt ook uit de brede steun voor een miljoeneninvestering in de energietransitie. Dat besluit werd genomen voordat de energieprijzen fors gingen stijgen, benadrukt Van der Wind. Het gaat om een reusachtige warmtewisselaar, die deze winter in bedrijf wordt genomen. „We denken straks twee derde van ons gasverbruik te kunnen uitsparen”, zegt Noordermeer. Van der Wind: „Als het met het bedrijf goed gaat, tikt dat ook door in het rendement van de boer.”

In de toekomst komt er in Nederland minder melk beschikbaar, omdat de overheid de veestapel wil inkrimpen om stikstofbelasting van kwetsbare natuur tegen te gaan. Is dat een bedreiging?

Van der Wind nuanceert: „Ik vermoed dat die krimp minder rigoureus uitpakt dan gevreesd. Wij hoeven trouwens weinig moeite te doen om nieuwe leden binnen te halen. Ik heb meer zorgen over de afbouw van de derogatie (Brusselse ontheffing waardoor Nederlandse boeren onder voorwaarden extra mest mogen uitrijden, TR). Het is belachelijk dat die moet vervallen om de waterkwaliteit te verbeteren, terwijl juist derogatiebedrijven het op dat punt goed doen.”

Intussen gaan de kaasmakers door met waar ze goed in zijn: kaas maken, in verschillende varianten. Noordermeer: „Wij waren de eerste fabriek die E-nummervrije kaas op de markt bracht. Momenteel is het de trend om minder zout te gebruiken, maar dat mag niet ten koste gaan van de kwaliteit.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl
Meer over
De Zaak

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer