Meditatie: God weet meer
1 Johannes 3:20
„Want indien ons hart ons veroordeelt, God is meerder dan ons hart, en Hij kent alle dingen.”
De duivel heeft geen lichaam om daarmee uit te drukken het kwaad dat in zijn hart verborgen is. „De hel en het verderf zijn voor de Heere, hoeveel te meer de harten van de mensenkinderen” (Spreuken 15:11). De meeste uitleggers verklaren daarmee de verdoemde geesten in het verderf. Hel en verderf samengevoegd, geven de verdoemenis aan. Hij redeneert van meer tot minder. Als God kent dat zwaarder is, veel meer kent Hij dat lichter is. Als God kent wat in de hel is om de geestelijke boosheid in hun natuur uit te drukken, is het voor Hem veel gemakkelijker de harten van de mensen te kennen. Gods alziend oog houdt in dat het eigen geweten van de mens zich van de meest verborgen dingen bewust is. Wel, als een schepsel, van een beperkt verstand, weet wat verborgen is, dan moet de Schepper zeker veel meer kennen. Dit bewijs geeft ook de Schrift: „Want indien ons hart ons veroordeelt, God is meerder dan ons hart, en Hij kent alle dingen” (1 Johannes 3:20). Indien het hart van de mens, het geweten, hem over dat kwaad veroordeelt, hoeveel te meer weet God het. Als het geweten van de mens zo vaardig de meest verborgen dingen beseft, hoeveel meer kent God alle dingen. Als het geweten van de mens zo veel weet, God weet nog veel meer.
Christopher Love, predikant te Londen
(”De alomtegenwoordigheid en alwetendheid Gods”, 1690)