Sinds de grote EU-uitbreiding van 2004 en 2007 taande het enthousiasme voor het verwelkomen van nieuwe leden. Maar nu Rusland en China hun invloed in landen op de Balkan en aan de oostrand van Europa proberen uit te breiden of die landen zelfs binnenvallen gaan er meer stemmen op om ze veilig in de unie op te nemen. Daarvoor moet nog wel veel gebeuren. Tot dusver waagden veel leiders zich nog niet aan een concrete datum.

Maar het noemen van zo’n datum „toont dat we het menen”, zei Michel maandag op een conferentie met tal van Europese leiders in het Sloveense Bled. In 2030 moet de EU haar regels voor bijvoorbeeld het nemen van beslissingen volgens hem zo hebben aangepast dat het werkbaar blijft met de nieuwe leden erbij. De kandidaat-landen moeten in de tussentijd zorgen dat ze bestuurlijk en economisch genoeg op de EU lijken om te kunnen aansluiten.

De aspirant-leden moeten voortaan „toekomstige lidstaten” heten, vindt Michel. „Het is tijd om de tweeslachtigheden achter ons te laten. Om geloofwaardig te zijn moeten we spreken over tijdsbestek en huiswerk, vind ik. Ik denk dat we, aan beide kanten, gereed moeten zijn om uit te breiden in 2030.”

De volgende meerjarenbegroting van de EU (voor de jaren 2028-2034) moet daarop al voorbereiden, stelt Michel. Dat geeft het werk aan de uitbreiding „momentum” en helpt de aspirant-lidstaten bijvoorbeeld om investeerders aan te trekken. De regeringsleiders zullen zich volgens Michel de komende toppen over de uitbreiding buigen, zeker over het openen van toetredingsonderhandelingen met Oekraïne en Moldavië.

Naast Oekraïne heeft ook Moldavië sinds een ruim jaar de status van kandidaat-lid. Bosnië had die al, en kandidaat-lidstaten Albanië, Noord-Macedonië, Montenegro, Servië en Turkije zijn al aan de onderhandelingen begonnen. Die maken een land klaar voor toetreding, al kunnen ze ook volstrekt verzandden zoals bij bijvoorbeeld Turkije is gebeurd.