OpinieWeerwoord
Waar laten wij ons aan binden?

Wij moeten mensen binden aan Gods Woord, willen we polarisatie voorkomen.

Ds. A. Schot
„De prediker dient achter de kanselbijbel te staan en niet daarvoor of zelfs daarbovenop.” beeld RD, Henk Visscher
„De prediker dient achter de kanselbijbel te staan en niet daarvoor of zelfs daarbovenop.” beeld RD, Henk Visscher

Zowel in het maatschappelijke als in het kerkelijke leven kan men bezorgd zijn over toenemende polarisatie. Polarisatie is niet nieuw. Die kwam reeds voor in de tijd van de apostel Paulus. Hij schreef aan de gemeente van Korinthe: „Maar ik bid u, broeders, door de Naam van onze Heere Jezus Christus, dat gij allen hetzelfde spreekt en dat onder u geen scheuringen zijn, maar dat gij samengevoegd zijt in één zelfde zin en in één zelfde gevoelen. (…) En dit zeg ik, dat een iegelijk van u zegt: Ik ben van Paulus, en ik van Apollos, en ik van Céfas, en ik van Christus. Is Christus gedeeld? Is Paulus voor u gekruist? Of zijt gij in Paulus’ naam gedoopt?” (1 Korinthe 1:10-13).

Uit deze vermaning blijkt dat het bij polarisatie niet zozeer gaat over zaken, maar met name over personen. De oorzaak daarvan kan bij de personen zelf liggen. Wij moeten mensen niet binden aan onszelf, maar aan Gods Woord! De prediker dient achter de kanselbijbel te staan en niet daarvoor of zelfs daarbovenop. De prediker mag wel beseffen dat hij zelf niets is, zoals Paulus dat noemt: „Zo is dan noch hij die plant iets, noch hij die natmaakt, maar God Die de wasdom geeft” (1 Korinthe 3:7). De oorzaak van polarisatie kan ook bij de kring rond de persoon liggen, omdat men de persoon zelf véreert in plaats van eert. Mensen zijn daar nu eenmaal vatbaar voor en men vergeet dat de persoon ook weer van het voetstuk af moet. Dit gebeurt in de wereld en de kerk. Vraagt men in de kerk dan naar de persoonlijke beleving van het Woord, dan staat de wagen vaak stil. Het gaat immers vooral over de persoon of om de (bij)zaak en niet om het persoonlijk zielenheil.

Mensen die polariseren, gebruiken daarvoor vaak extreme uitspraken en bewandelen extreme wegen. Zij doen het voorkomen alsof zij dingen te zeggen hebben die nog nooit iemand gezegd heeft. Of men denkt van de persoon dingen te horen die men nog nooit van een ander gehoord heeft. Dat extreme is ook wel nodig als men zich als persoon van iedereen wil onderscheiden. Dan kom je er niet met het eenvoudig naspreken van Gods Woord. Juist dat extreme trekt aan en stoot af.

Polarisatie komt ter linker- en ter rechterzijde voor, als ik die termen gebruiken mag. Het begrip polarisatie heeft te maken met de twee polen van een magneet. Rond de polen ziet men de polarisatie zich voltrekken. De waarheid is echter niet toebetrouwd aan één of enkele personen, of aan één of enkele plaatselijke gemeenten. Het is pure hoogmoed om dat te denken. Zich laten binden aan een persoon is ook gevaarlijk. Als deze omvalt of wegvalt, is men ineens alles kwijt en moet men op zoek naar een ander. Mogelijk nog extremer dan de vorige persoon, anders kan hij de leegte niet opvullen. Het is ook gevaarlijk voor de persoon zelf. Er zijn voorbeelden genoeg voorhanden die laten zien dat verering plotseling kan omslaan in verguizing, als men niet meer aan de verwachtingen kan voldoen. Die persoon staat dan helemaal alleen.

Ik zeg niet dat de personen er totaal niet toe doen. De binding aan het Woord geeft ook binding aan personen: „Ik ben een vriend, ik ben een metgezel, van allen die Uw Naam ootmoedig vrezen” (Psalm 119:32 berijmd). Maar die band ligt dan verankerd in het Woord. Die band blijft zelfs als men met de persoon zou omvallen. Opmerkelijk is dat Maria met Pasen toch naar Petrus gaat… En de binding aan het Woord stoot inderdaad ook personen af. Wie onder de sleutelfunctie van het Woord niet buigt, zal afscheid nemen van de persoon die het Woord recht bedient. Het Woord is nu eenmaal een tweesnijdend scherp zwaard. Dat zwaard snijdt in de eerste plaats in het eigen vlees van de prediker en de hoorder. Het moet wel wat kunnen lijden als het Woord Gods wordt bemind. De liefde tot het Woord staat in nauw verband met de liefde tot Gods eer. Hadden we het maar meer over de ere Gods, dan zou men geen lust meer hebben in polarisatie. „Beminnaars van de Heer’, Verbreiders van Zijn eer, Hoopt steeds op zijn genade, En haat altoos het kwade” (Psalm 97:6 berijmd).

De auteur is predikant van de gereformeerde gemeente in Nunspeet. Weerwoord gaat in op vragen die in deze tijd op christenen afkomen.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl
Meer over
Weerwoord

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer