„Helft minder armoede in 2015 wel haalbaar"
Het is nog steeds mogelijk om de armoede in de wereld in 2015 te halveren. De doelstellingen die wereldleiders in 2000 op de Millenniumtop in New York hebben gesteld, zijn haalbaar en daar is niet eens veel extra geld voor nodig. Dat staat in het rapport dat 265 deskundigen hebben opgesteld en dat maandag aan secretaris–generaal Kofi Annan wordt aangeboden.
Uit het rapport (Investing in Development) blijkt dat er wel degelijk successen zijn behaald. Zo hebben meer mensen toegang tot goed drinkwater. Als het gaat om onderwijs en kindersterfte, ligt de wereld echter nog lang niet op schema. Als de rijke landen hun ontwikkelingshulp de komende tien jaar verdubbelen, zijn 30 miljoen kinderlevens te sparen. Meer dan 500 miljoen mensen komen dan uit de diepste armoe en 250 miljoen wereldburgers gaan niet meer hongerig naar bed, berekenen de opstellers.
In het rapport, waar ook directeur J. Broekmans van KNCV Tuberculosefonds en voormalig Unilevertopman H. Eenhoorn aan meewerkten, staan concrete aanbevelingen om de strijd aan te gaan met problemen als honger, ziekten als tbc, aids en malaria en de internationale schuldenlast. Snelle resultaten moeten gehaald worden met praktische zaken als het afschaffen van schooluniformen en het invoeren van gratis basisonderwijs, het verbeteren van de landbouw in bepaalde Afrikaanse landen, verspreiding van gratis geïmpregneerde klamboes in malariagebieden.
De plannen moeten ervoor zorgen dat de doelstellingen worden gehaald zoals landen hebben afgesproken op een VN–top in 2000. Overheden van arme landen moeten zelf ook meewerken. Anders heeft het geen zin. Bovendien moeten de rijke landen op zijn laatst in 2015 0,7 procent van hun bruto nationaal product afstaan aan ontwikkelingssamenwerking. Nederland is een van de vijf landen die dat al tijden doen. België heeft beloofd dit in 2007 te doen, Frankrijk en Engeland hebben inmiddels ook een datum genoemd, maar veel andere landen laten het nog afweten. De Verenigde Staten geven er – van 22 geïndustrialiseerde landen – het minste aan uit: 0,15 procent. Gevolgd door Italië (0,17 procent) en Japan (0,2 procent).
Hoofdauteur Jeffrey Sachs stelt in het rapport dat „het systeem nu niet werkt. Het heeft te lang geduurd om een tactiek te bedenken die effectief is. Nu is een kwestie van leven en dood geworden". Het gaat nu om snelle plannen, die meteen winst opleveren, zoals het verstrekken van aidsmiddelen, kunstmest en gratis eten en kleding op scholen.
„De wereld kijkt nu naar de tsunami. Maar nog steeds is er nauwelijks aandacht voor de stille tsunami van doden door malaria. Daardoor sterven elke maand het aantal mensen dat nu bij de ramp in Azië is omgekomen", aldus Sachs.