Opinie

Profetische wijsheid ds. G. Boer voorbeeldig voor kerk van nu

Ds. G. Boer spreekt nog nadat hij gestorven is, in heel de gereformeerde gezindte. Maar kun je zo’n voorganger en zijn strijd op een symposium gedenken zonder hem ook ná te volgen?

Ds. C. Blenk
8 February 2023 18:19Gewijzigd op 9 February 2023 11:49
Na een ziekte in Katwijk aan Zee zei ds. G. Boer: „Nooit heb ik het verval der kerk dieper gelezen dan in de ogen van Christus.” De predikant stond in deze plaats van 1965 tot 1969. beeld Cees van der Wal
Na een ziekte in Katwijk aan Zee zei ds. G. Boer: „Nooit heb ik het verval der kerk dieper gelezen dan in de ogen van Christus.” De predikant stond in deze plaats van 1965 tot 1969. beeld Cees van der Wal

Vijftig jaar na het sterven van ds. G. Boer (1913-1973) werd een symposium over hem gehouden (RD 21-1). Dat raakte me want ik heb de man Gods nog horen preken én van nabij meegemaakt. Mede door (en om) hem werd ik hervormd, met vele voorgangers die door hem gevormd zijn. Wonderlijk hoe ds. Boer nog spreekt nadat hij gestorven is. En dat in de hele gereformeerde gezindte.

De sprekers op het symposium hadden zich echt verdiept in zijn erfenis en wat zij zeiden, herken ik: zijn levensweg, zijn prediking en zijn staan in de kerk. Ik moet dus blij zijn. Maar wat doet dan pijn? Kun je zo’n voorganger en zijn strijd gedenken, maar níet meer návolgen?

Voor een afscheiding kunnen best goede redenen aangevoerd worden, maar ook na ds. Boers overlijden (1973) bleef de Gereformeerde Bond zijn doel trouw: ”verbreiding en verdediging van de waarheid”. Een afgescheiden verband hoeft dat niet meer te doen, want dat heeft immers niet met dwalingen te maken. Op het symposium werd ds. Boer uit zijn context, die van het strijdperk, gelicht. Bovendien werd door ”hen die gingen” de strijd van ”hen die bleven” zwakker. Daarmee wordt niet alleen ds. Boer, maar meer dienaren tekortgedaan, zoals ds. L. Kievit, ds. C.A. Tukker en ds. J. van Sliedregt. Ook zij spreken nog nadat zij gestorven zijn. Laat hen dan uitspreken, ook over de kerk.

Augustinus

Gelukkig sprak op het symposium ook Augustinuskenner dr. J.B. ten Hove. De kerkvader zei: „De besten hebben de kerk verlaten”, doelend op de donatisten. Met die broeders voelde hij zich verbonden. Ze hadden geloof en hoop, zei hij, maar geen liefde (namelijk geen liefde tot de vervallen katholieke kerk). Hij wenste hen terug, maar dat wilden ze niet. Wat zou er gebeurd zijn als de donatisten de kerkvader herdacht hadden? Of is de strijd nu verlegd?

Trinitarische inzet

Bij de komst van ds. Boers biografie ”Passie voor het Evangelie” (door dr. Jan van der Graaf, 2005) was er ook een symposium. Daarop heb ik ds. Boers inzet (in de jaren 60) getypeerd als trinitarisch, aan de hand van drie aandachtspunten: 1. Zijn preken in Huizen over Gods schepping: „Ik ben de Alfa.” 2. Verzoening door voldoening: zijn op de synode gebrachte minderheidsrapport. 3. Wedergeboorte door én vervulling (!) met de Heilige Geest.

Ds. Boer sprak werkelijk niet alleen over de rechtvaardiging. Denk ook aan zijn diepe vraag aan het Contact Orgaan Gereformeerde Gezindte (1963): „Verliet Christus de Hervormde Kerk in 1834, toen ds. De Cock in de gevangenis zijn psalmen zong?” Denk ook aan het Getuigenis (1971) tegen links apostolaat. Hoe spande het toen ter synode! Ds. Boer liet dr. W. Aalders, die niet tot de Gereformeerde Bond behoorde, ook preken in Katwijk aan Zee en Zoetermeer. Bij een symposium over ds. Boers ”Verzameld Werk” (2016) sprak ik over ”Geesteswerk bij ds. Boer”. Gods beloften? Jazeker, maar niet als automaat. Kenmerken? „In Uw licht zien wij het licht.” En kras: scholastiek „vermoordt” het geestelijk leven.

Geen nieuwe afscheiding

Ds. Boer noemde de invoering van de vrouw in het ambt (1959) onwettig. Maar de Gereformeerde Bond bleef in de kerk. Waarom? „…zoals in een ruïne overblijfselen zijn van een huis, zo zijn ook in haar overgebleven tussen veel puin de grondslagen van de reformatorische leer. Binnen haar is het Woord, het sacrament, het verbond, de prediking, de Heilige Geest, ja de levende God, Die in haar heeft het overblijfsel naar de verkiezing der genade.”

Maar juist de gereformeerde gezindte staat schuldig, waar ze zo weinig de lof van God heeft bezongen en in velerlei opzicht belast is met dode traditionele vormen en bijzaken. „Een nieuwe afscheiding of doleantie lokt ons allerminst. De versplintering is een teken aan de wand.”

Het ging om „priesterlijke solidariteit” (Passie, pag. 247). Na een ziekte in Katwijk aan Zee (1965) zei ds. Boer: „Nooit heb ik het verval der kerk dieper gelezen dan in de ogen van Christus.”

„Afscheiding” vond ds. Boer „geen optie”. Waarom niet? Dan neem je jezelf mee! Als een synodevergadering teleurstelde, zei hij op de preekstoel: „We moeten hoger en lager kijken.” Hij bedoelde: naar de Heere en naar de gemeente. Toen het mis ging met de theologische faculteit in Utrecht zei hij: „Weer een zorg erbij.” Ging het over tucht, dan zei hij: „Je moet een kind geen mes geven.” Ik heb in Zoetermeer gezien hoe hij in de nieuwbouw loyaal wilde rouleren met het ”midden”, maar dat de Centrale Kerkenraad dat afwees. De grote man verloor en vond een nevenweg. Wie kan in de kerk nog tegen zijn verlies?

Zelfonderzoek

„Hervormd gereformeerden moeten aan zelfonderzoek doen”, las ik in het RD-verslag. Want: waar hoor je nog over wedergeboorte en de twee wegen? Die vraag moeten we serieus nemen. Bij ds. Boer vergeleken haal ik die maat zelf niet. Maar wat mij bij hem opviel, was dat hij die hoge maat niet aanlegde bij jonge dienaren! Hij wierf hen juist! Het deed me denken aan Paulus, die hoog en diep reikte, maar een stille Timotheüs aanvaardde in Christus. „Geen baby’s met een baard.” Maar ook minder profetische collega’s zag ds. Boer als broeders. Eliza begeerde Elia’s mantel maar was geen ”zoon des donders”.

Maar kerkelijk zelfonderzoek is nodig: zijn ook ”wij die bleven” moe geworden? En hebben wij als Gereformeerde Bond inmiddels modaliteiten geaccepteerd omdat wij zelf als minderheid gerespecteerd worden?

Ik kijk nog even verder in de krant. De voorpagina gaat over tanks voor Oekraïne. Duitsland aarzelt, want het vreest een derde wereldoorlog. En je hoort Gods vraag aan de profeet Jeremia (12): „In een vredig land voelt ge u niet veilig; hoe zult u het dan maken bij de verheffing van de Jordaan?” Ds. Boer: „We leven onder de donderwolken van Gods gerichten over kerk en volk, maar aan de randen valt reeds het licht van Hem, Die onderweg is…”

De auteur is hervormd emeritus predikant.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer