GezondheidDementie

Willem Eikelboom over de ziekte van Alzheimer: Trek op tijd aan de bel bij onbegrepen gedrag

Gedragsveranderingen bij dementie zorgen vaak voor verdriet, onbegrip en overbelasting. Door tijdige begeleiding houden mantelzorgers het langer vol, zegt promovendus Willem Eikelboom. „En er daardoor is minder frustratie bij mensen met dementie.”

12 January 2023 18:37Gewijzigd op 12 January 2023 18:40
„Leg mantelzorgers uit wat hersenbeschadiging teweegbrengt. Als hun naaste nog maar weinig initiatief neemt, is dat geen onwil, maar een gevolg van de ziekte”, adviseert neuropsycholoog Willem Eikelboom.  beeld ANP, Koen Suyk​
„Leg mantelzorgers uit wat hersenbeschadiging teweegbrengt. Als hun naaste nog maar weinig initiatief neemt, is dat geen onwil, maar een gevolg van de ziekte”, adviseert neuropsycholoog Willem Eikelboom.  beeld ANP, Koen Suyk​

De verbazing klinkt door in de stem van de Nijmeegse neuropsycholoog (28): „Een op de vijf Nederlanders krijgt dementie. Toch wordt er relatief weinig onderzoek naar deze hersenaandoening gedaan.”

Eikelboom brengt daar graag verandering in. Als promovendus bij het Alzheimercentrum Erasmus MC in Rotterdam onderzocht hij welke veranderingen in gedrag en emoties optreden in het beginstadium van de ziekte van Alzheimer, de meest voorkomende vorm van dementie.

Vrijdag promoveert hij op het onderwerp aan de Erasmus Universiteit in Rotterdam.

Wat brengt alzheimer teweeg?

„Ik heb vooral gekeken naar onbegrepen gedrag bij mensen die thuiswonen. Anders dan vaak wordt gedacht komt dat niet alleen in de laatste fase van de ziekte, maar ook in het beginstadium voor. Mensen met alzheimer zijn niet alleen vergeetachtig, maar ze kunnen ook somberder, sneller emotioneel, angstiger en achterdochtiger worden.

Mensen hebben soms een kort lontje, nemen steeds minder initiatief of hebben moeite met de dag opstarten. Ook kunnen ze dingen zien of stemmen horen die er in werkelijkheid niet zijn.”

Hoe gaat hun omgeving hiermee om?

„Uit mijn onderzoek komt naar voren dat veel mensen het lastig vinden om met deze symptomen om te gaan. Niet alleen mensen met dementie en mantelzorgers, maar ook artsen en andere zorgverleners. Het ís ook moeilijk als mensen zo sterk veranderen. Wanneer stoere stratenmakers veel sneller dan vroeger in tranen uitbarsten. Als je partner apathisch is of agressief reageert.

Omdat verschillende zorgprofessionals genoemde verschijnselen niet als symptomen van de beginfase van de ziekte van Alzheimer herkennen, krijgen mensen met deze aandoening en hun naasten vaak onvoldoende begeleiding. Ik hoop dat mijn onderzoek hierin verandering brengt.”

Welk effect goede begeleiding?

„Het brengt rust, en geeft minder frustraties en overbelasting bij alle partijen. Leg mantelzorgers uit wat hersenbeschadiging teweegbrengt. Als hun naaste nog maar weinig initiatief neemt, is dat geen onwil, maar een gevolg van de ziekte.”

Bij wie kunnen mensen aankloppen voor begeleiding?

„Bij zorgverleners is vaak onvoldoende duidelijk wie die begeleiding moet oppakken. Ziekenhuisartsen verwijzen naar huisartsen en omgekeerd. Hierdoor vallen mensen na de diagnose alzheimer regelmatig tussen wal en schip.”

Wat moet er veranderen?

„Laat mensen bij een niet-pluis-gevoel altijd bij hun huisarts aankloppen. Als de diagnose bekend is, kunnen zorgverleners een begeleidingstraject in gang zetten. Ik adviseer op basis van mijn onderzoek een meer proactievere rol voor het ziekenhuis. Als zorgprofessionals gedragsveranderingen eerder ter sprake brengen, voorkomt dit dat mensen pas hulp vragen als het thuis crisis is.”

Hoe kunnen mantelzorgers hun partner helpen?

„Zorg voor routine en rust om irritaties zo veel mogelijk te voorkomen. Tegelijkertijd moet je verveling voorkomen en zorgen voor voldoende fysieke inspanning, want dit vermindert gedragsproblemen. Om iemand die lusteloos is in de benen te krijgen, moet je dit anders aanpakken dan je gewend was. Vraag niet: „Ga je mee wandelen?”, maar zeg: „Kom, we gaan wandelen. Ik heb je jas al gepakt.”

Zoek naar aanpassingen waardoor je partner zijn of haar hobby kan blijven beoefenen. Probeer te achterhalen wat voor onrust zorgt en neem dit zo mogelijk weg. Vermijd confrontaties. Corrigeer je partner niet, maar leid hem of haar af met een kop koffie, een activiteit of een bepaald gespreksonderwerp. Doe niet alles in je eentje, maar vraag kinderen, buren en vrienden om hulp. Kijk eens op dementie.nl. Daar staat een onlinetraining over het omgaan met onbegrepen gedrag bij iemand met alzheimer.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer