Koerdische Ruhef kan Psalm 23 opzeggen
Tijdens een bezoekje aan een bijlesklas, hartje Beiroet, steekt een meisje haar vinger op: „Mijnheer, ik kan Psalm 23 opzeggen.” Even later kijken twee ogen strak voor zich uit en klinkt in het Koerdisch: „De Heere is mijn Herder” en wat daarop volgt. In het Koerdisch, want het meisje –Ruhef heet ze– komt uit Koerdisch gebied in Syrië. Net als haar zusje Lucine trouwens, die naast haar zit.
In de streek waar de twee vandaan komen wordt nog dagelijks gevochten, en dat was ook zo toen ze met hun ouders deze kant op vluchtten. „Al ging ik ook in een dal der schaduw des doods”, klinkt het die middag. Het zou zomaar kunnen dat Ruhef en haar zusje tijdens die bange tocht door Syrië daarvan heel concreet iets hebben meegemaakt.
Maar laten we het over die bijlesklas hebben, want de Armeense protestantse kerk doet kennelijk meer dan vanachter een loket gezinnen helpen om eten te kunnen kopen. Zo trekken maatschappelijk werkers geregeld de wijk in om families thuis te bezoeken. Wat ze ook doen? Bijles organiseren voor kinderen en tieners uit de wijk. Voor meisjes als Ruhef en Lucine, die in Syrië traumatische dingen beleefden en zich daardoor op school nauwelijks kunnen concentreren. Voor jongeren uit Armeense gezinnen die thuis geen leven hebben omdat daar grote geldzorgen zijn, spanningen en ruzies. In het gebouw waar de kerk haar hulppost heeft, zijn ze welkom om huiswerk te maken, of voor bijles.
Dat Ruhef Psalm 23 kan opzeggen is intussen ook om iets anders bijzonder. De Armeense protestantse kerk hecht waarde aan Bijbelkennis! En dat in een land waar de orthodoxe kerk bepaalt wat christen-zijn inhoudt: kaarsen branden en relikwieën kussen in plaats van Bijbellezen. Het belang dáárvan wordt hun hier bijgebracht.
Het zal Ruhef als vluchteling vaak zijn gevraagd als ze weer eens moest verkassen: Heb je alles bij je? Die vraag zal ze niet meer horen, gelukkig maar. Wel een andere, die verband houdt met de reis van haar leven. Heb je alles bij je, gééstelijk gezien? Het antwoord mag ze hier leren. Ruhef was er al een beetje mee bezig toen ze de Psalm opzegde. En ze in haar eigen taal prevelde: „Mij ontbreekt niets.”