Tevreden gezichten in Yerseke
Tevreden gezichten in Yerseke bij mosselkwekers en -handelaren. Nog nooit waren de mossels zo vlezig en smakelijk als dit jaar. Ook de toekomst ziet er rooskleurig uit.
Twee jaar geleden was de situatie heel anders: een nare en allesverstikkende schuimalg, ook wel meisop genoemd, verwoestte zo’n 80 procent van de mosselvoorraad in de Oosterschelde. Het was een absoluut dieptepunt in de historie van het zwarte goud. Inmiddels zijn we twee jaar verder en is de situatie totaal anders, vertelt Wim van de Plasse, eigenaar van Delta Mossel. Samen met zijn kinderen runt hij in Yerseke een van de grootste mosselverwerkingsbedrijven ter wereld. Het bestaat uit vier takken: zoon Adriaan zwaait de scepter over Delta Ostrea, zoon Adriaan en dochter Carolein versterken het management van Delta Mossel, in Duitsland houdt Willem, de jongste telg van het gezin, kweekbedrijf Delta-Muschel-NF in de gaten. En tot slot kunnen de verse schelpdieren geproefd worden in het eigen restaurant, Oesterput14 in Yerseke.
Terwijl buiten vrachtwagens af en aan rijden om een verse lading mosselen te brengen of te halen en mosselkotters in het haventje van het bedrijf worden gelost, heerst er binnen een lawaaiige bedrijvigheid. Nadat schepen de schelpdieren hebben opgevist van de zogenoemde kweek- of verwaterpercelen en ze in big bags meenemen, worden ze in de fabriek eerst zes uur ondergedompeld in grote containers. Voordeel van de enorme zakken is dat ze niet meer met een grijper gelost hoeven te worden en er dus minder beschadiging optreedt.
„In die spoelcontainers raken ze het laatste beetje zand kwijt. Zodra het water uit die bakker wegloopt, komen de mossels droog te liggen en sluiten ze hun schelp. Vervolgens worden ze gewassen en op een rollerband ontdaan van hun baardharen. Personeel controleert aan een lopende band of er kapotte schelpen tussen zitten. De volgende stap is een koudwaterbad van rond de nul graden Celsius. Dat stopt de bacteriegroei, waarmee de levensduur in de verpakking wordt verlengd tot gegarandeerd zeven dagen.”
Na het machinaal sorteren rollen de mosseltjes in bak of zak en krijgen ze het predikaat Goudmerk, Jumbo, Imperial, Super of Extra en gaan ze op weg naar consument in binnen- of (vaker) buitenland. Het aantal stuks per kilo kan variëren van minder dan 45 tot meer dan 75 mosselen per kilo. Van de Plasse vermoedt dat zo’n 80 procent van de Nederlandse mosselvoorraad, en die is dit jaar een kleine 30 miljoen kilo, richting Frankrijk, België, Nederland en Duitsland gaat.
Immuunsysteem
In eigen land wordt de Hollandse lekkernij steeds populairder. Het mosselvlees zit boordevol eiwitten, omega-3-vetzuren en vitamine D. Vetten en koolhydraten zijn nagenoeg afwezig. Van vitamine D is bekend dat die het immuunsysteem versterkt en een preventieve werking heeft bij luchtweginfecties. Extra weerstand dus in coronatijd. „Veel mosseleters weten dat. Daarom was er vorig jaar, toen de horeca dicht moest, nauwelijks sprake van minder consumptie. Er is in 2020 veel meer via supermarkten verkocht”, vertelt de baas van Delta Mossel, Wim van der Plasse.
Wim van der Plasse hielp als schooljongen al in het mosselbedrijf van zijn vader en zijn vier ooms. In 1978 zag hij kans om in een oude loods aan de dijk voor zichzelf te beginnen. De dijkverzwaring van 1980 greep hij aan om op de huidige plek aan de Korringaweg, en met financiële hulp van zijn vader, een groter bedrijf neer te zetten. Inmiddels is Delta Mossel met de overname van een achttal andere kweekbedrijven, een van de grootste mosselverwerkers van Yerseke.
Vanginstallaties
Dat er weer hoop gloort van de mosselsector is mede te danken aan nieuwe initiatieven in de sector en het koude, doch zonnige voorjaar. De mosselpercelen van de ongeveer vijftig kwekers in de Oosterschelde zijn na het rampjaar 2019 schoongemaakt en voorzien van nieuw mosselzaad. Zonder dat, geen oogst.
Het jonge broed wordt voor een groot deel uit de Waddenzee gehaald op de zogenoemde vrije gronden. Maar een steeds belangrijker aandeel krijgen de kunstmatige mosselzaadinvanginstallaties (mzi’s). Dat zijn touwen of netten die aan boeien of buizen in het water hangen en waaraan de mossellarven zich kunnen hechten. Zo wordt de mosselvisserij steeds duurzamer en hoeft er minder gebruik gemaakt te worden van de bodemzaadvisserij die voornamelijk in Natura 2000-gebieden in de Oosterschelde en Waddenzee plaatsheeft.
Toch kan de sector niet zonder dat bodemzaad, waarschuwt Van de Plasse voor al te veel optimisme. En ook de arbeidsintensieve mosselhangcultuur zal nooit de reguliere mosselvisserij kunnen vervangen.
Beschutting
Om optimaal te profiteren van het mosselbroed wordt dat zoveel mogelijk vanuit de Waddenzee naar de Oosterschelde gebracht. „Hier ligt het meer beschut tegen zware weersomstandigheden. Op het wad heb je veel instabiele percelen. Het ene jaar vallen ze bijna droog, terwijl je het jaar later er bijvoorbeeld op 3 meter diepte moet vissen.”
Goede mosselpercelen die beschut liggen tegen weer en wind, zijn voor kwekers van levensbelang. „Daarom is met natuurorganisaties in de Waddenzee afgesproken dat er iedere vijf jaar een optimalisatieronde plaatsvindt. Oude en voor ons minder interessante gebieden kunnen we dan inruilen voor stabiele percelen. Dat biedt ons een stuk bedrijfszekerheid.” Ander goed nieuws voor de kwekers is de toestemming om in 2022 als proef de mosselkweek uit te breiden in de Zeeuwse Voordelta
Vrije kwekers
In goede jaren kan Delta Mossel met vijf schepen en flink wat mosselpercelen zichzelf redelijk bedruipen en aan de vraag van klanten voldoen. In magere jaren moet er flink bijgekocht worden bij de zogenoemde vrije kwekers. Voorheen werd de prijs van die leveranciers bepaald op de mosselveiling, per afslag. Inmiddels fungeert het mosselkantoor vooral als administrateur en komt de prijs vooral tot stand door onderling overleg tussen kweker en handelaar. „Het blijft altijd wel een kwestie van vraag en aanbod.”
De natuur zorgde twee jaar geleden voor een enorme sterfte onder de mosselen. Dit jaar, door vermoedelijk de koude maar zonnige lente, is er sprake van een ongekende groei. „Er zat begin juli al 30 procent vlees in de mossel. Dat heb ik nog niet eerder meegemaakt”, vertelt de senior visserman. „Een sluitende verklaring hebben we niet, maar het is goed mogelijk dat er meer voedsel in het water zit voor verhoudingsgewijs minder mosselen. Ze hebben dus per stuk meer te eten.”
Flinke voorraad
Mosselproducenten wrijven daarom in hun handen. Een smakelijke, malse en grotere mossel dit jaar, maar ook een flinke voorraad in het vooruitzicht voor het jaar 2023. Mits er zich natuurlijk geen nieuwe calamiteiten voordoen, waarschuwt Van de Plasse. „Een mossel blijft een natuurproduct.”
Dat het zwarte goud dit jaar beperkt voorradig is, betekent niet dat de consument nu de hoofdprijs moet betalen. De sector past er voor op om de stabiele markt te frustreren met hoge prijzen. „In de supermarkt heb je al een bak mosselen van 2 kilo voor nog geen 10 euro. Dat is 600 gram supergezond vlees, zo direct uit de natuur.”
Kweekgebied
Ze mogen dan wel Zeeuwse mosselen genoemd worden, maar de dieren komen daar lang niet allemaal vandaan. Althans, niet van ‘geboorte’. De Waddenzee is het belangrijkste kweekgebied. Mosselvissers uit Yerseke, Zierikzee en Bruinisse hebben daar zo’n 7000 ha. aan kweekpercelen. Daar groeit het mosselzaad uit tot consumptiegeschikte exemplaren. Ook uit het Duitse en Deense waddengebied en uit een aantal baaien in Engeland en Ierland, worden mosselen geïmporteerd. In de Oosterschelde komen ze tot rust in de verwaterpercelen en krijgen ze de eigen Zeeuwse smaak, met bijbehorend predikaat.