CPB: BIK-regel leidt niet tot veel investeren
De belastingkorting die het kabinet de komende twee jaar aan bedrijven geeft als ze behoorlijk investeren, zorgt er maar in beperkte mate voor dat er meer wordt geïnvesteerd.
Toch heeft de regeling meer effect dan alternatieven zoals een verlaging van de winstbelasting of verhuurderheffing. Dat meldde het Centraal Planbureau (CPB) dinsdag in een analyse.
De baangerelateerde investeringsregeling (BIK) moet er vooral voor zorgen dat investeringen naar voren worden gehaald. Volgens het CPB heeft de korting op korte termijn het meeste effect vanwege de tijdelijkheid. Als de BIK meer op kleine bedrijven gericht zou zijn, zou dit volgens het planbureau waarschijnlijk tot een grotere toename van de investeringen leiden.
Door de coronacrisis zijn bedrijven minder happig op het doen van investeringen dan de doorrekening van het CPB aangeeft. Dit omdat in de prognose geen rekening wordt gehouden met verhoogde onzekerheden die een rem op investeringen kunnen zetten.
Ook is niet meegenomen dat bedrijven die hard zijn geraakt door de crisis mogelijk minder extra investeren door een beperkter fiscaal voordeel dan normaal.
Verlaging
Om de werkloosheid te laten dalen, ziet het CPB meer heil in een verlaging van werkgeverspremies dan in de BIK, zeker als de verlaging permanent is.
Samen met de verlaging van de winstbelasting lijken deze maatregelen volgens het CPB meer geschikt als structurele hervorming en minder als tijdelijke impuls voor investeringen.
Verder is het goed mogelijk dat na afloop van een tijdelijke investeringskorting de werkloosheid iets oploopt, omdat de productie iets kapitaalintensiever is geworden. Ook wijst het CPB erop dat een verlaging van de verhuurderheffing alleen een beperkt effect heeft op investeringen in woningen en op huren, en nauwelijks een breder economisch effect.