„Met name over de aftocht van de gewapende rebellen is geen akkoord bereikt”, volgens Ryabkov, „omdat de Verenigde Staten onacceptabele voorwaarden stellen.” Volgens Ryabkov gaan de onderhandelingen daarom in Genève nog door.

De strijders zouden met medeneming van lichte wapens met hun gezinnen langs vooraf vastgestelde corridors de stad mogen verlaten. De opstandelingen mogen daarheen gaan waar zij willen, met uitzondering van aanhangers van de jihadistische Jabhat Fateh al-Sham (het voormalige Nusra-front), die alleen naar de provincie Idlib mogen. Voor de aftocht, die onder toezicht van de Verenigde Naties zou moeten plaatsvinden, wordt 48 uur uitgetrokken.

De rebellen hebben nog niet op het plan gereageerd. Ze zijn de afgelopen dagen door het Syrische leger in het nauw gedreven. De overwegend soennitische opstandelingen in Aleppo omvatten groepen die gesteund worden door de Verenigde Staten, Turkije en Arabische Golfstaten. Onder hen ook enkele jihadistische groepen, die geen steun krijgen van het Westen.

Als Aleppo volledig in handen komt van het Syrische leger, is dat de grootste overwinning van president Assad. Zaterdag meldde het Russische ministerie van Defensie dat ruim duizend rebellen zich hadden overgegeven. Volgens het Syrisch Observatorium voor de Mensenrechten hebben inmiddels al 120.000 inwoners de belegerde stad verlaten.

In Palmyra verloor het Syrische leger zondag echter de controle over de oasestad. IS veroverde de stad in 2015 en blies er Romeinse tempels, een triomfboog en een antieke toren op. IS werd er eerder dit jaar nog verdreven.