Zorgen rond de zorgpolis
De 19e november – het laatste moment waarop zorgverzekeraars hun premies voor 2017 bekend mogen maken. Spanning en stress bij de consument. Wie is het goedkoopst? Welke dekking het best? „Voor een paar euro’s nemen sommigen enorme risico’s en zetten al hun principes opzij.”
Een lagere premie, betere dekking en een collectiviteitskorting zijn de belangrijkste redenen om naar een andere zorgverzekeraar over te stappen. Het grote vergelijken begint als de nieuwe tarieven op tafel komen. Tienduizenden Nederlanders leggen polis A naast polis B en duiken diep in de kleine lettertjes om maar bij de beste (lees: de goedkoopste) verzekering uit te komen. (Onafhankelijke) vergelijkingssites als Independer maken overuren, terwijl de overstapdeadline van 31 december steeds dichterbij komt. Theo Renes, campagnemanager bij Pro Life, schat dat in de maanden november en december 30 procent van de markt zich oriënteert. „Uiteindelijk stapt waarschijnlijk zo’n 9 tot 10 procent daadwerkelijk over.”
Voor veel mensen is het vergelijken van zorgpolissen een lastige klus. Een site als Independer kan wel wat hulp bieden, maar alleen op hoofdlijnen, geeft Marga den Hartog, verkoopadviseur bij Pro Life aan. „Vergelijkingssites zoomen niet in op details, terwijl het ’m daar wel in zit. Neem de wachttijden van zorgaanbieders – die worden vaak niet meegenomen in de vergelijking.”
Heeft al dat vergelijken eigenlijk wel zin? Verschillen de diverse polissen nou echt zoveel van elkaar qua prijs? „Ja”, zegt Marga. „De ene verzekering is euro’s per maand goedkoper dan de andere. Maar besef goed waarvoor je kiest: goedkoop betekent in vrijwel alle gevallen ‘met veel risico’.”
Ook wat betreft dekking bestaan er heel wat verschillen tussen de polissen. Marga: „Neem onze Principe Polis – het is de enige Nederlandse basisverzekering, die geen vergoedingen voor levensbedreigende handelingen als abortus provocatus en euthanasie uitkeert. De vraag is: laat je dit soort zaken meespelen in je afweging?”
Wie overweegt over te stappen, moet allereerst kiezen tussen drie ‘hoofdtypes’ verzekeringen: budgetpolis, naturapolis en restitutiepolis. De eerste kent de laagste maandpremies, maar kan achteraf toch het duurst uitvallen. De clou is dat de budgetpolis alleen zorg vergoedt van (een beperkt aantal) zorgverleners, met wie de verzekeraar een contract heeft. Zoek je hulp bij iemand die niet op zijn lijstje staat, dan krijg je niets of bijna niets vergoed. Marga: „Pro Life biedt de budgetpolis niet aan. Ik ben daar blij mee. Als verkoopadviseur wil ik klanten goed duidelijk kunnen maken wat de risico’s van een bepaald product zijn en dat is bij de budgetpolis heel lastig.”
Ambassadeur
Ambassadeur Dirk van Voorthuysen is het helemaal met Marga eens. „Ik vind dat je, zeker vanuit je christelijke identiteit, helderheid moet kunnen geven, dat je moet kunnen waarmaken wat je belooft. En dat lukt bij de huidige budgetpolissen gewoon niet altijd.”Het tweede hoofdtype verzekering is de naturapolis, bij Pro Life bekend onder de naam Principe Polis. Die polis biedt 100 procent vergoeding bij een groot aantal ziekenhuizen, behandelcentra en zorgverleners die bij de verzekeraar onder contract staan. Stapt een klant toch naar een niet-gecontracteerde zorgaanbieder, dan ontvangt hij een vergoeding van 75 procent van de gemaakte kosten.
Het laatste hoofdtype verzekering is de restitutiepolis, die bij Pro Life ”Principe Polis Restitutie” heet. Mensen met die polis zijn vrij in hun keuze van een zorgaanbieder. Mocht de verzekeraar geen contract met hem hebben, dan wordt toch 100 procent van de gemaakte kosten vergoed, tot het maximaal wettelijk vastgestelde tarief. Is dat er niet, dan wordt er 100 % vergoed tot het gemiddelde tarief waarvoor de zorgverzekeraar een behandeling gecontracteerd heeft.
Eigen risico
Is de keuze voor een van de drie polissen gemaakt, dan moet de klant de hoogte van zijn eigen risico bepalen. Het wettelijke minimum is 385 euro per jaar, maar hij kan dat met stapjes van 100 euro verhogen tot 885 euro. Wie voor het maximum gaat, bespaart dan ruim 20 euro op zijn maandpremie. Dirk: „Vooral jongeren spreekt zo’n besparing enorm aan.” Marga: „Ik waarschuw hen wel. Juist hen. Jongeren hebben vaak niet veel te makken en een financiële klap van 885 euro kunnen ze dan niet aan. Eén klap, één rit per ambulance naar het ziekenhuis en je zit er al aan!” Dirk: „Ik neem mezelf vaak als voorbeeld. Tot mijn 59e had ik best het maximale eigen risico kunnen kiezen, maar toen was daar opeens een operatie van 138.000 euro...”Eigen risico vastgesteld? Dan is het tijd voor de vraag of een aanvullende verzekering gewenst is. Pro Life heeft er vier -Smallpolis, Mediumpolis, Largepolis, Extra Largepolis- en drie tandartsverzekeringen. Marga: „Ik adviseer de meeste mensen om een aanvullende verzekering te nemen. Ik snap niet dat mensen voor zichzelf meer risico nemen dan voor hun auto. Die krijgt een all risk-dekking met extra’s voor kleding van inzittenden, cd-speler en ga zo maar door, terwijl zij zelf -en hun gezinsleden- het soms met een basispolis en een enorm eigen risico moeten doen.”
Dirk: „Ik was een poosje geleden bij een docent met twee thuiswonende kinderen. Hij zei: ‘Dit keer maar eens een jaartje geen tandartsverzekering. Mijn gebit ziet er goed uit.’ Ik zei: ‘Laat eens zien, dan.’ Hij moest er hartelijk om lachen. In zo’n geval ga ik niet aandringen op een aanvullende verzekering, maar ik vroeg hem wel om de kosten komend jaar goed in de gaten te houden. ‘Ik kan volgend jaar altijd nog een tandje bijzetten’, reageerde hij.”
Marga: „Als je in een jaar alleen maar consulten hebt, kan dat ook best. En als je vijf gaatjes hebt, en geen pijn, dan lukt het ook nog wel. Maar stel dat je hevige steken in je kaak hebt, dan ken ik niemand die zegt: ‘Ik wacht met een behandeling tot volgend jaar, zodat ik nog even een tandartsverzekering kan afsluiten.’ En dat betekent dat je opeens toch heel wat geld moet neertellen.”
Dirk: „Sommige klanten nemen vanuit hun levensovertuiging geen aanvullende verzekering. Zij redeneren als volgt: ‘De basisverzekering is min of meer wettelijk verplicht, dus die zal ik afsluiten. Maar er is ook een God die ons leven leidt, dus allerlei bijkomende risico’s zijn voor mijn eigen rekening.’ Ik kan me dat voorstellen en ga er dan niet keihard tegenin om toch maar die aanvullende verzekering aan te smeren.”
Wat Dirk en Marga betreft, redeneren meer mensen vanuit hun principes dan (alleen maar) vanuit hun portemonnee. Dirk: „Ik kom wel bij mensen die zeggen: ‘Eigenlijk zou ik naar Pro Life moeten overstappen, want die verzekeraar staat het dichtst bij Gods Woord, maar ja…’ Soms zit ’t ’m vast op een paar euro’s.”
Marga: „Ik schrik er soms van als ik zie hoe gemakkelijk consumenten tot de keus voor een bepaalde zorgverzekeraar en polis komen. Voor een paar euro’s nemen sommigen enorme risico’s en zetten ze al hun principes opzij. Stel dat je psychische problemen krijgt, dan wil je toch hulp van een christelijke psycholoog? Als je een budget- of naturapolis bij een niet-christelijke verzekeraar hebt, is het maar de vraag of die op zijn contractlijstje staat…”
Sommige dingen zijn nu eenmaal niet in geld uit te drukken, aldus Marga. „Christelijke zorg is een groot goed. Als Pro Life er niet is, welke zorgverzekeraar maakt zich dan in Den Haag sterk vóór het leven? Wie verzet zich dan tegen een pil die mensen met een off-day de kans biedt het leven te verlaten? Wie sluit er dan bewust juist met christelijke zorgaanbieders contracten? Dé toegevoegde waarde van Pro Life is zorg met een identiteit!”
„Dat is christelijke zorg, gebaseerd op Bijbelse normen en waarden”, vult Theo Renes aan. „Zorg die wordt gegeven vanuit naastenliefde. De meerwaarde daarvan ontstaat in situaties waarbij geloof en zorg elkaar raken. Bijvoorbeeld bij ingrijpende gebeurtenissen in het leven. Dan is het belangrijk dat de zorgverlener begrijpt waarom iemand bepaalde keuzes maakt.”
Pro Life laat die identiteit in elk product en in elke polis naar voren komen. Daarom dekt Pro Lifes basisverzekering bewust geen levensbedreigende handelingen en geslachtsveranderende operaties. Daarom is er in de aanvullende verzekeringen aandacht voor zaken als christelijke kraamzorg, verantwoorde IVF en christelijke psychosociale hulp. Marga: „We willen onze klanten zorg bieden die bij hen past.”
„Zorg verlenen is anders dan een brood verkopen”
Stef Groenewoud is als gezondheidswetenschapper en ethicus verbonden aan het Radboud Universitair Medisch Centrum in Nijmegen. Daarnaast heeft hij zitting in de Pro Life raad. Hieronder zet hij uiteen waarom hij tegen de budgetpolis is.Twee veelgehoorde argumenten voor het bestaan van budgetpolissen zijn: ze vergroten de (keuze)vrijheid van de consument en zorgen voor ”efficiency” op de zorgmarkt. „Ten aanzien van selectief contracteren en budgetpolissen kunnen we constateren dat de keuzevrijheid afneemt indien de zorgverzekeraar voor je bepaalt naar welke zorgaanbieder je wel of niet mag. Een tegenargument zou kunnen zijn dat niemand verplicht is een budgetpolis te kiezen. Ik twijfel hier ernstig aan. Voor mensen met een lager inkomen zou de druk om een budgetpolis te kiezen wel eens groter kunnen zijn dan voor mensen die meer te besteden hebben. Dan verandert vrijheid in dwang.”
Met betrekking tot het punt van de ”efficiency” wijst Groenewoud erop dat de afschaffing van de vrije artsenkeuze weliswaar een besparing van 1 miljard euro opleverde, maar dat dit niet betekent dat de zorg aan consumenten van voldoende niveau is. „Allereerst moet goed worden bepaald wat kwaliteit van zorg precies is en vervolgens wat die zorg mag kosten. Deze twee zaken moeten niet ten koste gaan van de waarde van de zorg voor cliënten. Selectieve contractering staat hier vaak haaks op.
Zo blijkt uit alle onderzoeken naar zorginkoop dat zorgverzekeraars meer inzicht hebben in kostencomponenten dan in kwaliteit. Maar nog belangrijker is dat het commerciëler maken van zorg voor belangrijke onderdelen van die zorg een uithollend effect zal hebben. Dit botst namelijk met een belangrijke karaktereigenschap van zorg: de „waarde van het geven”. Als ik een brood koop bij de bakker, geef ik hem het geld en hij mij brood. In die transactie zelf ligt geen meerwaarde. Dat is anders in de zorg, waar een belangrijk deel van de waarde is gelegen in de identiteit van de betrokken personen, hun onderlinge relatie, het liefdadige karakter van het helpen, en ten slotte de zorgende handeling zelf.”
Pro Life in vogelvlucht
Pro Life is in 1986 opgericht, zes jaar na de invoering van de abortuswet, op initiatief van NPV, RMU, GMV, Nederlands Artsen Verbond en de VBOK. Binnen een jaar bedroeg het ledenaantal 1500. In februari 2015 telde Pro Life meer dan 100.000 verzekerden.De naam ”Pro Life” betekent: voor het leven! De verzekeraar ziet het leven als een geschenk van God: waardevol, maar ook kwetsbaar. „Als je het leven zo ziet, blijft het leven van waarde, zelfs als gezondheid afneemt. Juist dan verdient het leven zorg, aandacht en bescherming.”
Pro Life wil daarom zorgverzekeringen bieden die passen bij deze visie op het leven, consumenten helpen om zorg te vinden die het beste bij hen past en goede christelijke zorg beschikbaar maken voor iedereen.
Keuzehulp
Wie wil overstappen naar Pro Life en daarbij hulp nodig heeft, kan een afspraak maken met een ambassadeur, zoals Dirk of Marga. Hij of zij komt langs, bespreekt de behoefte aan zorg en geeft advies op maat. Bel voor het maken van een afspraak met 088-1303105.Daarnaast is het mogelijk om de online Keuzehulp van Pro Life te gebruiken. De tool richt zich alleen op producten van Pro Life en adviseert welke polis het best in een situatie past. Verder toont hij direct met welke zorgverleners Pro Life een contract heeft. Wie al klant van Pro Life is, kan ook bellen met de Klantenservice: 033-422 8188.
Klik hier voor meer artikelen over Pro Life.