De oorlog die men niet vergeten kon
Titel:
”De stilte van de Salient, de herinneringen aan de Eerste Wereldoorlog rond Ieper”
Auteur: Johan Meire
Uitgeverij: Lannoo, Tielt, 2003
ISBN 90 209 5379 6
Pagina’s: 460
Prijs: € 29,95. De ”Groote Oorlog” ging aan Nederland voorbij. Maar in de buurlanden was de nawerking van de Eerste Wereldoorlog enorm. Een land als Groot-Brittannië, dat in ’14-’18, anders dan in de Tweede Wereldoorlog, het directe oorlogsgeweld bespaard bleef, had honderdduizenden doden te betreuren. Die waren voor het overgrote deel gesneuveld aan het westelijk front, waar de loopgravenoorlog bij uitstek de gruwelijkheid en de zinloosheid van de moderne oorlogvoering duidelijk had gemaakt.
Hoewel de generatie oud-strijders nagenoeg is uitgestorven, is zeker in het frontgebied de herinnering aan deze oorlog nog niet verdwenen. Nog elke avond wordt voor de Menenpoort in Ieper de Last Post geblazen, ter herinnering aan de vele Britse gesneuvelden.
Niet zozeer over de oorlogsvoering, maar over de wijze waarop na 1918 de oorlog herdacht werd en de oorlogsherinneringen werden verwerkt, gaat het boek van Johan Meire ”De stilte van de Salient”. Met de salient wordt de boogvormige frontlijn bedoeld zoals die heel de oorlog rond de Belgische stad Ieper liep. De Duitsers slaagden er nooit in Ieper te veroveren. Wel kostte de voortdurende strijd rond Ieper niet alleen tienduizenden gesneuvelden, hij leidde ook tot een totale vernietiging van de stad.
Vandaar dat na de oorlog serieus werd voorgesteld om de puinhopen van Ieper als monument in stand te houden. Het nieuwe Ieper kon dan een eindje verder worden opgebouwd. De bevolking voelde echter niets voor dat Britse plan. De wederopbouw van de stad, waarbij men zo veel mogelijk de oude situatie reconstrueerde, nam enkele decennia in beslag. De bouw van de in 1927 gereedgekomen Menenpoort als herdenkingsmonument, hoorde daar ook bij. Op de muren van dit reusachtige poortgebouw zijn de namen vermeld van 55.000 Britse soldaten, inclusief die uit de Britse koloniën, die in de oorlogsjaren sneuvelden, maar waarvan het lichaam niet is teruggevonden of niet geïdentificeerd kon worden.
Oorlogskerkhoven
De Menenpoort is niet het enige wat de bevolking en bezoekers van elders aan de oorlogsjaren herinnert. Rond Ieper ligt een groot aantal Britse oorlogskerkhoven. Dat is een gevolg van het besluit van de Britse regering om de oorlogsdoden niet te repatriëren. Andere landen deden dat wel. Van het beperkte aantal Amerikaanse gesneuvelden werd driekwart gerepatrieerd. Veel Franse gevallenen werden eveneens teruggebracht om in hun woonplaats begraven te worden.
Die andere aanpak versterkte de kritiek op het Britse regeringsbesluit. De achtergebleven families vonden dat zij recht hadden op het lichaam van hun geliefde doden, temeer daar het in de meeste gevallen niet ging om beroepsmilitairen, maar om burgersoldaten.
Om de critici de wind uit de zeilen te nemen beijverde de Imperial War Graves Commission zich voor een fraaie aanleg van de vele oorlogskerkhoven. In een tijd dat Britse arbeiders en hun familie veelal in een algemeen graf begraven werden, kregen alle gesneuvelden, ongeacht hun rang, een eigen graf en grafsteen. De commissie zorgde er ook voor dat de begraafplaatsen goed onderhouden werden. Dat is tot op heden het geval.
De begraafplaatsen trekken nog steeds veel bezoekers. Mensen reizen tegenwoordig gemakkelijker dan vroeger en vinden het kennelijk waardevol om een bezoek te brengen aan het graf van hun grootvader, overgrootvader of oudoom, ook al hebben ze die nooit gekend.
Merkwaardig en in feite onbijbels zijn de briefjes die de laatste decennia door bezoekers aan de grafzerken worden bevestigd. Daarin betuigen ze hun dankbaarheid aan de gesneuvelde voor het offer dat hij bracht en vermelden ze (alsof hij daarvan kennis kan nemen) wat er na zijn dood allemaal in de familie is gebeurd.
Twee minuten
Het thans algemeen gangbare gebruik om ter herdenking van omgekomen slachtoffers twee minuten stilte in acht te nemen, is een traditie die kort na de Eerste Wereldoorlog is ontstaan. In november 1919 kondigde de Britse regering af dat men op de wapenstilstandsdag (11 november) om elf uur ter herdenking van de gevallenen twee minuten stilte in acht zou nemen.
Dat ritueel, dat tijdens de oorlog al in Zuid-Afrika gepraktiseerd was, sloeg erg aan. Niet ten onrechte overigens typeert Meire het als een seculier gebed. Het is een ritueel dat ieder op z’n eigen wijze in kan vullen. Daarin ziet hij ook de kracht liggen van het blazen van de Last Post.
Het boek is een bewerkte en verkorte versie van een Leuvens proefschrift. Niettemin is deze ingekorte versie nog zeer omvangrijk. Voor de Nederlandse lezer af en toe wel eens te omvangrijk. Uiteraard is het Belgische lezerspubliek er meer bij betrokken.
Toch is het goed om geconfronteerd te worden met het leed dat de Eerste Wereldoorlog in miljoenen gezinnen en families teweegbracht. Om dan met Da Costa te bedenken dat op de bodem aller vragen ligt der wereld zondeschuld.
In 1914 was de oorlog aan beide kanten met enthousiasme begonnen. Later werd zij getypeerd als ”a war to end wars”. In werkelijkheid legde de Eerste Wereldoorlog met de harde vredesvoorwaarden van Versailles, veeleer de basis voor de Tweede.