De overheidstekorten van alle negentien eurolanden samen namen in het tweede kwartaal af tot gemiddeld 1,5 procent van de omvang van de economie (bbp). Daarmee was het gat op de begrotingen een fractie kleiner dan in de eerste drie maanden van dit jaar. In het tweede kwartaal van 2015 kwam het tekort nog uit op gemiddeld 2,1 procent. In de Europese boekhoudregels geldt een maximum van 3 procent.

Nederland hoort met Duitsland bij de landen met de sterkste overheidsfinanciën. Het CBS meldde eind september al dat Nederland in het tweede kwartaal een overschot van 0,5 procent heeft geboekt, na een tekort van 1,1 procent in de eerste drie maanden van dit jaar. Het Centraal Planbureau rekent vooralsnog op een tekort van 1,1 procent over heel 2016.

De staatsschuld van de eurolanden bedroeg in het tweede kwartaal gemiddeld 91,2 procent van het bbp, tegen iets meer dan 92 procent een jaar eerder. De Nederlandse schuld liep terug van 67 naar 63,7 procent. Daarmee komt Nederland in de buurt van het Europees vastgestelde maximum van 60 procent.