Afval scheiden; waarom zou ik?
Elke Nederlander krijgt ermee te maken: de circulaire economie. Nederland moet in 2050 volledig gaan draaien op herbruikbare grondstoffen: afval bestaat niet meer. Een afgedankte smartphone levert zo de grondstoffen voor een nieuwe.
Nederland is nu al kampioen hergebruiken, liet staatsecretaris Dijksma van Infrastructuur en Milieu zich onlangs ontvallen. Maar met het zogeheten grondstoffenakkoord dat ze eerder deze maand aankondigde, wil ze de omslag maken naar een volledig circulaire economie waarin afval grondstof wordt.
Om van afval grondstoffen te kunnen maken, moet het zo zuiver mogelijk worden ingezameld. Gescheiden inzameling is de boodschap. De meeste huishoudens gooien daarom glas, papier, gft, en soms nog veel meer in aparte bakken en kliko’s. „Hoe schoner ingeleverd, hoe minder geld en tijd het kost om het achteraf te sorteren om het te recyclen”, weet Klaske Kruk, programmadirecteur van Circle Economy in Amsterdam, een stichting waarvan vrijwel alle afvalverwerkers en tal van andere bedrijven lid zijn.
„Hoe de afvalinzameling plaatsheeft, hangt grotendeels af van de afspraken die gemeenten maken met de afvalinzamelaar”, weet Kruk. „In mijn woonplaats Spaarndam stoppen we alles nog in de vuilniszak. Met name gemeenten als Almere en ook een aantal Zuid-Hollandse gemeenten lopen voorop. Daar worden textiel, plastic, metaal, drankkartons, gft en elektronisch afval apart ingezameld.”
In het algemeen zijn plattelandsgemeenten verder met afval scheiden dan steden. „Als mensen over meer ruimte beschikken, zijn ze meer bereid om afval gescheiden in te zamelen. Stel je voor dat iemand in Amsterdam op vijfhoog vijf kliko’s op zijn balkon moet hebben; dat is niet realistisch.”
Afvalverwerker Suez in Arnhem geeft echter de voorkeur aan afval dat bij de bron gescheiden is, verklaart Nout van Kempen, directeur material resource management van het afvalbedrijf. „De grondstoffen uit plastic afval kunnen de concurrentie aan met ruwe olie, terwijl recycling van oud papier heel wat bomen spaart. Het is dus voor ons: bronscheiding waar mogelijk; dat levert het zuiverste materiaal op. Maar we kunnen ook begrijpen dat iemand op een flat geen rij kliko’s op zijn balkon wil hebben; in dat geval vinden wij achteraf scheiden ook prima.”
In totaal produceerde elke Nederlander in 2014 gemiddeld 206 kilogram ongescheiden restafval per jaar, zo blijkt uit cijfers van Rijkswaterstaat; van de totale 498 kilogram afval wordt dus een kleine 60 procent gescheiden ingezameld. Maar er bestaan grote verschillen tussen de gemeenten.
Wat Klaske Kruk betreft kan het sluiten van kringlopen snel voor elkaar zijn. „Schuif alles een afvalverbrandingscentrale in, haal er energie uit en de kringloop is gesloten. Maar dat is niet het idee van een circulaire economie: het gaat erom dat we juist zo veel mogelijk waardevolle materialen uit restafval terugwinnen.” Het verbranden maakt de afvalinzameling op de lange termijn overigens ook steeds duurder.
Betaalbaar
Afvalverbranding is een vorm van laagwaardig hergebruik, legt Kruk uit. Ze bepleit een getrapte benadering bij het sluiten van kringlopen. „Neem een smartphone. Is die kapot, dan kun je hem weggooien. Maar als je hem repareert, levert dat veel minder afval op. Is reparatie niet meer mogelijk, dan kunnen de goede onderdelen mogelijk nog gebruikt worden in andere apparaten. Komt de telefoon ten slotte toch bij het afval terecht, dan is verbranden niet de enige optie”, vervolgt Kruk. „Plastic brandt heel goed, maar haal je er dan ook de meeste economische waarde uit? Je kunt het materiaal ook hergebruiken voor de productie van een nieuwe mobiele telefoon; dat belast het milieu veel minder dan het maken van nieuw plastic uit aardolie. Lukt dat allemaal niet, dan is verbranden een allerlaatste mogelijkheid.”
Eenzelfde getrapte verwerking ziet ze ook gebeuren bij afgedankte textiel. „Verschillende afvalbedrijven hebben een eigen winkeltje opgezet waarin ze goede tweedehands kleding opnieuw verkopen. Daarnaast is het ook mogelijk om kapotte kleding te herstellen. Lukt dat niet, dan is een wollen trui bijvoorbeeld helemaal uit elkaar te halen tot een enkele draad. Daarmee kan weer een nieuwe trui worden gebreid. Is de draad daar niet meer geschikt voor, dan kan er isolatiemateriaal van worden gemaakt. Dat is een vorm van laagwaardig hergebruik.”
Kruk noemt ook de mogelijkheid van ”upcycling”, „het meer waard maken van de oorspronkelijke trui door de draad te verwerken in een dure damestas.”
Noodzaak
Dat staatssecretaris Dijksma aan het einde van het jaar een grondstoffenakkoord wil sluiten, vindt Kruk niet meer dan logisch. En dat een circulaire economie daarin heel belangrijk wordt, is pure noodzaak, stelt Van Kempen. „We hebben te maken met eindige grondstoffen. Daarom moeten we de grondstoffen in ons afval in ere houden en steeds opnieuw blijven gebruiken.”
Kruk: „We zijn voor onze grondstoffen ook enorm afhankelijk van het buitenland. We moeten slimmer omgaan met de beschikbare materialen, zowel voor onze economie als voor onze ecologie.”
Bedrijven zien de kosten van grondstoffen voortdurend stijgen. Om hun voortbestaan te garanderen, zullen ze moeten overstappen op het sluiten van kringlopen, op hergebruik van materialen; nieuwe grondstoffen zijn straks onbetaalbaar door toenemende schaarste, verwacht Kruk. „De wereldvoorraad zilver, onmisbaar voor de productie van smartphones, is bijvoorbeeld nog toereikend voor slechts twintig jaar.”
Ook om de klimaatdoelstellingen te bereiken, zal Nederland stappen moeten nemen in de richting van een circulaire economie. De rechter oordeelde vorig jaar in de zogeheten Urgendazaak dat de staat ervoor moet zorgen dat de uitstoot van broeikasgassen in Nederland in 2020 ten minste 25 procent lager is dan die in 1990. En in Parijs kwamen de 197 deelnemende landen vorig jaar overeen dat de temperatuur op aarde niet verder dan 1,5 graden mag stijgen ten opzichte van die in 1990.
„Met het huidige beleid gaan we dit echt niet halen; een tandje erbij kan beslist geen kwaad”, meent Kruk. „Een circulaire economie sluit hier naadloos op aan: hergebruik van afval bespaart fossiele brandstoffen en vermindert de bijbehorende uitstoot van broeikasgassen zoals CO2.”
Milieubelasting
Daarnaast vindt ze dat milieubelastende producten duurder moeten worden. „Ze zijn nu nog vaak goedkoper dan de milieuvriendelijk geproduceerde. Doorberekening van de milieubelasting in de prijs van producten kan hieraan een einde maken.”
Als de omschakeling naar een circulaire economie doorzet, zullen fabrikanten hun verdienmodellen moeten herzien. „In de wegwerpmaatschappij van vandaag hebben fabrikanten baat bij een snelle doorlooptijd van hun product. In een circulaire economie dient afval echter te worden voorkomen; producten moeten dus langer meegaan en gemakkelijker te repareren zijn”, analyseert Kruk.
„Ook blijkt dat Nederlanders tot 35 jaar steeds minder hechten aan het bezit van producten; ze willen echter wel toegang tot het gebruik. Wanneer fabrikanten overstappen van het verkopen op het verhuren of leasen van hun producten, houden ze ook zelf de regie over de grondstoffen. Kapotte apparaten komen dan automatisch weer bij hen terug.”
Dat Nederland langzaamaan rijp wordt voor een omschakeling naar een circulaire economie blijkt uit de opstelling van de grote banken. ING, Rabobank en ABN AMRO gaven al eerder aan investeringen in circulaire projecten te willen ondersteunen. Ze zien er kennelijk brood in.
Kruk refereert aan een TNO-rapport waaruit blijkt dat de circulaire economie in Nederland tot 2023 jaarlijks 7,3 miljard euro waard is. Ook levert deze 54.000 banen op. „De kost gaat voor de baat uit. Alle innovaties kosten nu geld, in de verwachting dat ze straks wat gaan opleveren.”
Dit is het eerste deel in de serie ”Afval als grondstof” over hergebruik van grondstoffen naar aanleiding van het aangekondigde grondstoffenakkoord. Woensdag in het RD deel 3: afvalverbranding.