In het vangnet, toch geslaagd
Tienduizend Nederlandse kinderen en jongeren zaten het afgelopen jaar korte tijd of zelfs langdurig thuis. „Dat aantal moet omlaag. Elk kind heeft recht op onderwijs”, vindt staatssecretaris Dekker. Het reformatorisch onderwijs hing een vangnet op.
Op het terrein van De Hoop, de evangelische instelling voor verslavingszorg en hulpverlening net buiten de Dordtse wijk Dubbeldam, staat een schooltje. ’s Morgens krijgen er leerlingen les die voor een behandeling in de kliniek op het terrein verblijven, ’s middags jongeren die thuis wonen. Het andere dagdeel is gereserveerd voor persoonlijke begeleiding en behandeling.
Het onderwijs in beide groepen wordt verzorgd door De Rank, een reformatorische school voor speciaal onderwijs in Barendrecht en Sliedrecht. De klassen telden op het hoogtepunt in totaal 25 leerlingen. „Het aantal wisselt wekelijks”, zegt Els Weeda, een van de docenten van De Rank in Dordrecht.
Door de vorming van deze groepen hebben de reformatorische scholen vorig jaar een van de witte vlekken in het passend onderwijs ingevuld, zegt J. Flier, sinds 2013 directeur-bestuurder van het Reformatorisch Samenwerkingsverband Voortgezet Onderwijs (RefSVO). „We onderzoeken momenteel de mogelijkheden om ook in het midden of noordoosten van het land zo’n klas op te zetten. Gedacht wordt bijvoorbeeld aan Zwolle of Kampen. Kenmerkend voor deze aanpak is dat begeleiding en onderwijs plaatshebben op de behandellocatie. De samenwerking tussen onderwijs- en behandelingsinstellingen is zeer constructief, verloopt via korte lijntjes en is daardoor een van de belangrijkste succesfactoren. In Dordrecht verzorgt De Hoop de begeleiding, in de regio midden of noordoost is het de verwachting dat Eleos dat gaat doen.”
Tussenvorm
De Hoop had al enige tijd een klinische groep, zegt P. Mulder, die er als gezinstherapeut en ouderbegeleider werkt. „Die jongeren konden niet thuis blijven wonen, dus ze verblijven hier 24 uur per dag.”
Er bleek echter behoefte aan een tussenvorm voor jongeren die wel thuis kunnen blijven wonen, maar die op een reguliere school vastlopen. Eleos hád die vorm, maar moest die enkele jaren geleden om financiële redenen opheffen. De Hoop en Eleos sloegen de handen ineen en startten de deeltijdklas vorig jaar augustus weer op.
De Hoop had er een gebouw voor beschikbaar. Dat werd een nevenvestiging van De Rank. „Je schaart je samen om een kind over wie zorgen bestaan, bijvoorbeeld omdat het ADHD of een vorm van autisme heeft”, zegt J. F. Voorthuijzen, directeur-bestuurder van De Rank, De Wijngaard en De Akker, de reformatorische scholen voor speciaal onderwijs in Barendrecht, Sliedrecht en Werkendam. „We willen de ouders er nog meer bij gaan betrekken: zij vangen hun kind op als het ’s middags thuiskomt.”
Zeventig procent van de leerlingen komt van buiten de reformatorische kring. „De ouders kiezen voor de begeleiding bij De Hoop. Het is mooi dat De Rank de gelegenheid heeft het onderwijs te verzorgen. En de reformatorische leerlingen hoeven hierdoor niet naar een seculiere instelling.”
Schoolverzuim
Bij de leerlingen uit de groep die thuis woont en bij De Hoop onderwijs en begeleiding krijgt, was ambulante begeleiding onvoldoende om hun gedragspatronen te doorbreken. Daardoor ontstonden er op school steeds grotere problemen, waardoor soms het verzuim toenam.
„Het RefSVO moet de inspectie elke twee maanden het aantal thuiszitters in ons samenwerkingsverband melden, met de aard van de problemen en de verwachting die we hebben over hun terugkeer naar school”, zegt Flier. „Er is een groep bij wie die terugkeer zonder hulp niet lukt.”
Scholen proberen probleemleerlingen zo lang mogelijk binnenboord te houden, signaleren de drie woordvoerders. „Een jeugdzorginstelling als De Hoop denkt nogal eens: Had hem maar eerder naar ons gestuurd.”
Persoonlijke aandacht
Bij De Hoop komen de leerlingen in een speciale klas terecht. „Hier hebben we hen goed in beeld, want ze zijn hier zeven uur per dag. Ze zijn gebaat bij persoonlijke aandacht van een leraar in een kleine groep, terwijl ze op dezelfde locatie intensieve begeleiding en behandeling ontvangen. Groepstherapie is onderdeel van de hulp: de jongeren spreken elkaar op hun gedrag aan.”
De leerlingen komen uit alle niveaus en nemen het lesmateriaal van hun school mee. „Feitelijk krijgen ze hier dus individueel les. Tijdens de behandeling wordt er behoorlijk aan hen gepeuterd, dus ze zijn blij dat ze de andere helft van de dag naar school kunnen.”
Maximum
De jongeren blijven maximaal veertien weken in de deeltijdgroep. „Dan gaan ze terug naar hun school, óf we concluderen dat ze beter af zijn in het speciaal onderwijs, óf ze gaan naar de klinische groep en komen hier dan op het terrein wonen. Als ze in elk geval maar niet thuis komen te zitten zonder ergens naar school te gaan.”
Het past in de trend dat behandelingen niet te lang meer mogen duren. „De overheid heeft de norm om financiële redenen aangescherpt, waardoor er wat meer druk op de ketel staat. Eigenlijk is dat wel positief: er moet echt aan het probleem worden gewerkt.”
Toch geslaagd
Tijdens het traject is er nauw contact met de school van herkomst. „De leerlingen kunnen hier slechts de helft van de tijd aan onderwijs besteden, omdat het andere dagdeel voor behandeling nodig is. We willen echter vertraging in de schoolloopbaan voorkomen, want dat zou hen bepaald niet stimuleren.”
De resultaten zijn positief. „Door de begeleiding hier gaan leerlingen soms toch over. Daarmee voorkom je voortijdige schooluitval. Het afgelopen jaar hadden we zeven leerlingen uit examenklassen. Zes van hen hebben mede dankzij onze begeleiding toch examen kunnen doen, en vijf van hen zijn geslaagd.”
Vergoeding
De organiserende instellingen zijn tevreden, maar ze hebben nog tal van wensen. Allereerst financieel. „De overheid baseert de vergoeding op het aantal leerlingen per 1 oktober, terwijl leerlingen gedurende het hele jaar in- en uitstromen. Daarom willen we met de school van herkomst afspreken dat de leerling daar ingeschreven blijft staan en dat de school ons een weekvergoeding verstrekt. Hopelijk blijft de school van herkomst zich voor de leerling verantwoordelijk voelen.”
Daarnaast zou het onderwijsaanbod verder moeten worden uitgebreid. De klassen in Dordrecht vangen alleen leerlingen uit het voortgezet en middelbaar beroepsonderwijs op. Het aantal leerlingen uit de laatstgenoemde sector stijgt. „We zouden ook iets willen beginnen voor de uitvallers uit de bovenbouw van het primair onderwijs.”
Witte vlekken
Ook in het voortgezet onderwijs blijven er nog dingen te wensen over, stellen Voorthuijzen en Flier. „De jongeren in de klinische groep komen uit het hele land, omdat De Hoop de enige christelijke instelling voor jeugd-ggz is. Voor de deeltijdgroep zijn reistijden van meer dan een uur echter niet wenselijk.”
Het samenwerkingsverband wil er daarnaast voor zorgen dat er op reformatorische middelbare scholen en het Hoornbeeck College ambulante hulp beschikbaar is. „Behandeling en onderwijs moeten iets gezamenlijks worden.”
Er zijn jongeren die behoefte hebben aan een combinatie van begeleiding, onderwijs én een vorm van dagbesteding. „Die hebben we ook nog niet. Een andere witte vlek: er zijn leerlingen in het praktijkonderwijs (pro) die behandeling nodig hebben. Zij passen eigenlijk niet in de twee klassen die we nu bij De Hoop hebben. Voor hen zou afzonderlijk iets moeten worden georganiseerd.”
„We willen de deeltijdbehandeling ook gaan aanbieden voor DD’ers: jongeren met een dubbele diagnose”, zegt Mulder. „Zij kampen bijvoorbeeld behalve met een probleem in het autistisch spectrum met excessief alcohol- of drugsgebruik. We hopen hen hier te helpen hun leven weer op de rails te krijgen. We laten hen ervaren dat je geen verdovende middelen nodig hebt om uit een dip te komen; een goed gesprek kan ook helpen. Onderzoek wijst uit dat als je 42 dagen ander gedrag traint, de verslaving doorbroken is.”
Dit is het eerste deel in een tweeluik over reformatorisch passend onderwijs. Volgende week dinsdag deel 2.
----Aantal thuiszitters moet omlaag