Houdt God zich te goed verborgen?
Als God bestaat, waarom houdt Hij Zich dan zo goed voor ons verborgen? Dit is een vraag die met enige regelmaat wordt gesteld, vooral door hen die menen dat God niet bestaat. Merken we eenvoudigweg te weinig van God om voldoende reden te hebben om te geloven dat Hij bestaat?
JA
Een dergelijk argument tegen het bestaan van God heeft twee premissen. De eerste is dat als God bestaat, Hij het redelijkerwijs niet zal nalaten om Zich in meer dan voldoende mate aan de mensheid bekend te maken. Volgens de tweede premisse houdt God Zich echter juist heel goed voor de mensheid verborgen. We zien, horen of voelen nooit iets van God. God is de grote afwezige in ons leven hier op aarde, aldus de aanhangers van dit argument. Uit beide premissen volgt dan logisch de conclusie dat God niet bestaat.
NEE
Dit argument is echter niet overtuigend. Allereerst is het niet onredelijk om te denken dat God, als Hij bestaat, tot een radicaal andere bestaanscategorie behoort dan de mens en zijn natuurlijke leefwereld. God is als de absolute grond en oorsprong van de werkelijkheid namelijk een oneindig en transcendent wezen, terwijl de mens een eindig en immanent wezen is. Het is dan ook niet vreemd dat God, in tegenstelling tot de natuur, een zekere mate van verborgenheid voor ons heeft.
Stel bovendien dat God Zich al te nadrukkelijk aan ons bekend zou maken. In dat geval zouden wij niet langer oprecht in volkomen vrijheid voor het goede kunnen kiezen. Wie zou immers nog naar het kwade neigen wanneer God alle mogelijke twijfel over Zijn bestaan voorgoed zou wegnemen door de gehele mensheid een onfeilbare en onuitwisbare indruk van Zijn aanwezigheid te geven? Het is echter redelijkerwijs een groot goed om als mens in vrijheid voor het goede te kunnen kiezen. Alleen zo kunnen we werkelijk morele keuzes maken en morele beslissingen nemen. Dit is een van de belangrijkste existentiële waarden van het mens-zijn. Maar dan moet God in een bepaalde mate voor ons verborgen blijven.
God kan zich dus niet al te veel aan ons opdringen. En dit sluit ook aan bij Zijn wens om met elk van ons een liefdevolle relatie aan te gaan. Want ga maar na, zou jij van iemand kunnen houden die zich voortdurend overal aan je opdringt? De vraag stellen is hem beantwoorden.
Daarnaast is het nog maar de vraag of God Zich zo goed verborgen houdt voor wie werkelijk naar God op zoek gaat. Er zijn immers voldoende aanwijzingen die eenieder op z’n minst op de gedachte kunnen brengen dat het allesbehalve irrationeel is om te denken dat God bestaat. Hierbij kan onder andere gedacht worden aan (1) het feit dat er überhaupt iets is en niet veeleer niets, (2) het bestaan van contingente oftewel niet-noodzakelijk bestaande objecten, (3) de persistentie van objecten in de tijd, (4) het feit dat de moderne wiskunde ons inmiddels leert dat waarheden over het oneindige nodig zijn om alle waarheden over het eindige te kunnen afleiden, (5) de objectiviteit van het verleden, (6) het bestaan van een groot aantal uniforme, universele en stabiele natuurwetten, (7) het feit dat het universum geen eindeloos verleden heeft maar in plaats daarvan een absoluut begin heeft gehad oftewel een eindige tijdsduur geleden is ontstaan, (8) de opmerkelijke elegantie en effectiviteit van de wiskunde als beschrijvingstaal van de natuur, (9) de saillante ”fine tuning” van de kosmos, (10) het bestaan van bewustzijn dat niet tot materie te herleiden is, (11) het bestaan van vrije wil die niet tot natuuroorzaken te herleiden is, (12) het gerechtvaardigde vertrouwen in de betrouwbaarheid en het enorme wetenschappelijke verklaringssucces van ons redevermogen en onze zintuigen, (13) de ervaring van de objectiviteit van morele waarden en verplichtingen, (14) de vele ervaringen van schoonheid en het sublieme, (15) het gegeven dat theïsme de meest gewortelde, oude, brede en wereldwijd verspreide praktijk van consistente, coherente en inclusieve wereldduiding is, (16) het bestaan van vele vormen van mystieke en religieuze ervaring, en (17) de bijzondere existentiële contrastervaring van esthetische sublimiteit, ethische waarachtigheid, wijsgerige diepte en religieuze genialiteit die juist het lezen van Bijbelverhalen kan oproepen. Wie zoals de Engelsen het zo mooi zeggen een ”sincere seeker” is en werkelijk openstaat voor de mogelijkheid van Gods bestaan, zal op grond van alleen al deze uiteenlopende fenomenen het bestaan van God alleszins redelijk en waarschijnlijk achten. In verschillende bijdragen hier en elders heb ik dat voor elk van deze zeventien verschijnselen uitgebreid toegelicht.
DUS
Kortom, zo verborgen houdt God Zich niet voor wie daadwerkelijk oog en gevoel heeft voor de ons omringende wereld. God is juist goed zichtbaar voor wie Hem werkelijk wil zien. „Wie Mij zoekt, zal Mij vinden” lezen we dan ook in de onder (17) genoemde Bijbelverhalen.
Dr. ir. Emanuel Rutten is als onderzoeker verbonden aan het Abraham Kuyper Centrum voor Wetenschap en Religie van de Vrije Universiteit in Amsterdam.