Lusanne fietste op 25 augustus in Oldeberkoop naar school. De verdachte, verkleed als verkeersbrigadier, dwong het meisje in zijn auto. Volgens de officier van justitie W. ten Kate heeft S. haar tijdens de gijzeling niet goed behandeld. S. heeft de mond en ogen van Lusanne afgeplakt en haar een groot deel van de tijd in de kofferbak van zijn auto weggestopt. Hij zou haar ook hebben gedrogeerd met slaappillen.

S. heeft haar uiteindelijk vrijgelaten in Venlo. De politie hield hem anderhalve week later aan in zijn woonplaats Rypsterk. Hij bekende direct de ontvoering.

S. heeft voor de rechtbank verklaard dat hij Lusanne heeft ontvoerd omdat hij vermoedde dat familie Van der Gun, eigenaar van een kaasboerderij in Oldeberkoop, vermogend was. Hij is maandenlang bezig geweest met de voorbereiding, waartoe hij gedreven is door geldzorgen. Hij had 200.000 losgeld van de ouders geëist.

De verdediging van de verdachte vindt de eis te hoog in vergelijking met andere gijzelingszaken van minderjarigen en pleit voor een aanzienlijke vermindering. De officier van justitie meent evenwel dat deze zaak in heel Nederland tot veel beroering heeft geleid en dat dit strafverzwarend moet werken. Deskundigen van het Pieter Baan Centrum beschouwen na observaties S. als verminderd toerekeningsvatbaar en concluderen dat de tbs–maatregel niet hoeft worden opgelegd.

Zowel Lusanne van der Gun als haar ouders hebben een schadevergoeding van 5000 euro geëist. Het meisje is als gevolg van de ontvoering onder behandeling bij een kinderpsychologe. Haar ouders vrezen traumatische gevolgen.