Oostenrijkse kanselier al afgewezen als chef Europa
Voor zover de Oostenrijkse bondskanselier Wolfgang Schüssel al plannen had om voorzitter te worden van de Europese Commissie, het dagelijks bestuur van de EU, kan hij die beter maar meteen opbergen. De socialisten in het Europees Parlement vinden hem „onacceptabel" voor deze functie.
Volgens voorzitter Enrique Baron Crespo van de socialistische PES–fractie in het EP heeft Schüssel zijn kansen volledig verspeeld door in 2000 een coalitie aan te gaan met de extreemrechtse FPö van Jörg Haider. Dat Baron Crespo dit dinsdag openlijk tijdens een persconferentie zei, is een teken dat de naam van Schüssel al serieus circuleert in Europese kringen als opvolger van Romano Prodi per 1 november van dit jaar.
Het Europees Parlement moet bij meerderheid instemmen met de kandidaat–voorzitter van de Europese Commissie, die de EU–regeringsleiders juni dit jaar zullen aanwijzen. De christen–democraten eisen de functie nu al voor zich op, omdat zij verwachten na de EU–verkiezingen van juni de grootste partij te worden in het Europees Parlement.
Zonder steun van de socialisten zou een kandidaat het wel tot commissievoorzitter kunnen schoppen, maar het draagvlak voor een legislatuur van vijf jaar is dan wel erg klein. Naast Schüssel vallen in christen–democratische kringen ook de namen van de Belgische oud–premier Jean–Luc Dehaene, lijsttrekker voor zijn partij bij de Europese verkiezingen, aftredend Spaans premier José–Maria Aznar en de huidig Luxemburgse regeringsleider, Jean–Claude Juncker.
Juncker is volgens Baron Crespo een „respectabele" man. Hij maakt in de ogen van de Spanjaard van Europa echter te veel een tweede keus door bij de parlementsverkiezingen in Luxemburg van juni een gooi te doen naar een derde termijn als premier. Juncker heeft gezegd daar de voorkeur aan te geven. Baron Crespo vindt dat de Luxemburger duidelijk voor Europa moet kiezen.
Dehaene zegt geen kandidaat–voorzitter te zijn. Aznar hult zich in stilzwijgen. Juncker is de favoriet van vele andere regeringsleiders, hoewel de Luxemburger Jacques Santer er tussen 1994 en 1999 een potje van maakte als commissievoorzitter. Juncker heeft echter de steun van Berlijn en Parijs. Frankrijk, dat in 2000 de tijdelijke boycot van Oostenrijk bij de belangrijkste EU–besluitvorming regisseerde, zag Schüssel hoe dan ook niet zitten.
Dat nam niet weg dat zijn naam de laatste maanden steeds vaker werd genoemd als kandidaat–voorzitter van de Europese Commissie. Momenteel hebben alleen de Finse ex–premier Paavo Lipponen en de Portugese eurocommissaris voor justitie Antonio Vitorino zich officieel gemeld als kandidaten voor de opvolging van Prodi.
Zij hebben echter het nadeel socialisten te zijn. De socialisten houden er intern ook rekening mee na de EU–verkiezingen van juni opnieuw niet als grootste fractie uit de bus te komen. Dat verkleint de kansen voor een kandidaat van linkse signatuur ernstig.