Commentaar: Geen grote wonderen te verwachten van toenadering Cuba en VS
Het was strikt genomen niet de eerste keer dat de Amerikaanse president Barack Obama de hand drukte van zijn Cubaanse ambtgenoot Raul Castro. Bij de begrafenis van de Afrikaanse oud-president Nelson Mandela, bijna anderhalf jaar geleden, deden ze dat in het voorbijgaan. Maar het was afgelopen dagen wel de eerste officiële ontmoeting tussen beide regeringsleiders. Een historisch moment, na meer dan vijftig jaar dat men elkaar het licht in de ogen niet gunde.
Sinds december vorig jaar is er sprake van toenadering tussen Havana en Washington. Nee, grote veranderingen zijn er nog niet te constateren. Er is bijvoorbeeld nog steeds niet besloten tot het openen van ambassades. De kritiek op elkaar is ook nog steeds onverminderd. Maar de toonzetting van de retoriek en de houding –jarenlang gekenmerkt door uitgesproken wederzijdse afkeer– lijken te veranderen. Dat is winst.
Niemand mag ook direct grote koerswijzigingen verwachten. Daarvoor is er te veel gebeurd en daarvoor zit de antipathie in beide landen te diep. Dat poetst men met enkele vriendelijke woorden en een handdruk niet weg.
Nog steeds ziet Cuba het naburige Amerika als de mogendheid die hem het leven zuur maakt; als een natie die bedreigend is of kan zijn voor de veiligheid van het eiland. Weliswaar kan het geen recente daden van militaire agressie aanwijzen, maar de Cubaanse leiding weet dat Washington er niet om zal rouwen wanneer er in Havana een regimewisseling richting meer democratie zal plaatsvinden. De steun die Amerika aan Cubaanse dissidenten geeft, is daarvan een overtuigend bewijs. Bovendien lijdt het land schade door de economische sancties die de VS tegen Cuba hebben getroffen en die nog steeds gelden. Een echte vriend van Amerika is Cuba voorlopig zeker nog niet en een redelijk goede buur evenmin.
Ook bij de Amerikanen zal er nog veel moeten veranderen. Zeker bij de Cubaanse ballingen die de VS tellen leeft er veel verzet tegen erkenning van en toenadering tot het regime in Havana. De Republikeinen, die momenteel het Congres domineren, moeten niets hebben van een ommezwaai in de politiek tegenover Cuba. Elk plan daartoe dat aan hen wordt voorgelegd, zullen zij met hoongelach wegstemmen. Belangrijke vraag is ook wat de volgende president zal doen. Het staat niet bij voorbaat vast dat die de aanpak van Obama zal overnemen, zelfs niet als er in 2017 weer een Democraat in het Witte Huis zal gaan wonen.
De ontmoeting van eind vorige week blijft desondanks historisch. Na ruim een halve eeuw elkaar te hebben genegeerd en te hebben uitgemaakt voor een ”satanisch bewind” zaten de regeringsleiders vrijdag met elkaar om de tafel. Weliswaar was het kort, maar het feit dat men bereid was met elkaar te praten is een eerste stap naar normalisering van verhoudingen.
Daarbij zijn de twee regeringsleiders het in ieder geval over één ding eens geworden: We zijn het nog op tal van punten met elkaar oneens. Maar laten we wel met elkaar in gesprek zijn en blijven. Dat is beslist winst.