Verliefd op een verguisde Volvo

Erg populair zijn ze nooit geweest. En erg populair zullen ze waarschijnlijk ook nooit worden. Toch verzamelt Jack van den Bergh uit Velddriel verguisde Volvo’s uit de 300-serie. Waarom eigenlijk? „Da’s moeilijk te zeggen. Het is een onderschatte auto. Een auto met karakter.”

30 January 2004 18:52Gewijzigd op 14 November 2020 00:55
Jack van den Bergh
Jack van den Bergh

Het erf van Van den Bergh staat vol Volvo’s. Naast de schuur pronken vijf exemplaren, achter de schuur vijf en binnen nog eens acht. Volvo’s in verschillende varianten. Diverse 343’s, drie 345’s, een stel 340’s en enkele 360’s. Twee exemplaren zijn volledig gestript. Ruiten, portieren en stoelen ontbreken.

Van den Bergh is verliefd op zijn hoekige Volvootjes. Het eerste exemplaar van zijn verzameling -een groene- is hij twee jaar geleden min of meer toevallig tegen het lijf gelopen op de website van DAF-club Nederland. „De auto wilde niet meer starten. Een 345 GL met origineel schuifdak uit 1982. Of ik ’m wilde ophalen. In Aalsmeer. Gratis.” Een blik onder de motorkap leerde dat alleen de accu leeg was.

Daarna is het snel gegaan. Van den Bergh heeft inmiddels vijftien vergelijkbare Volvootjes in bezit, waarvan vijf voor onderdelen. „Ik realiseerde me dat dit soort auto’s regelrecht naar de sloop zou gaan. De dagwaarde is nihil. Minder dan de kosten voor reparatie.”

Zijn liefde voor het model is zo groot dat hij samen met iemand die hij op internet heeft ontmoet, de Volvo 300-club -kortweg de V3C- heeft opgericht. De vereniging telt ruim 150 leden, Van den Bergh is voorzitter. De verzamelaar is inmiddels gewend aan de meewarige blikken van kennissen en collega’s. „Deze auto heeft geen stroomlijn en ook geen imago, althans nog niet. Deze Volvo rijdt echter wel met de geavanceerde variomatic, de traploze automaat van het ”pientere pookje”. Bovendien is het de laatste auto van Nederlands fabrikaat. Het is een auto met talent.”

Volgens Van den Bergh zijn de verfoeide Volvo’s onderschat. „De 360 met zijn 2-litermotor was een snelle auto, die moeiteloos 185-200 km/u haalde. Een tegenhanger van de BMW 3-serie en de Golf GTI.” De gewichtsverdeling is uniek vanwege de achterin geplaatste versnellingsbak. „Bovendien zijn deze types redelijk exclusief aan het worden, vooral de 360 GLT.”

Nachtmerrie

De eerste Volvo in de 300-serie dateerde uit 1976. De nieuwe vierwieler -de 343- was in feite niet meer dan een doorontwikkelde DAF. Motor en versnellingsbak waren praktisch hetzelfde als de DAF of Volvo 66. Alleen was de carrosserie in lengte, breedte en hoogte gegroeid, terwijl de aandrijfas een stukje dikker was en de motor 100 tot 300 cc groter.

Dealers van het gerenommeerde merk uit Zweden moesten het vehicle met Renault-motor aan de man zien te brengen. De eerste 343’s vormden een nachtmerrie voor hen. „Meer dan een prototype was het nog niet.” Tot oktober 1982 liepen de 343 en de 345 van de band.

Het model met de legendarische variomatic sloeg echter niet aan bij het volk. „Wij Europeanen zijn geen automaatrijders.” Volvo kampte met een groot imagoprobleem. De voertuigen kregen het minachtende predikaat ”DAF-Volvo”. De autofabrikant sloeg daarom nieuwe wegen in. „De modellen kregen een groter onderscheidend vermogen, er kwam meer klassenverschil.”

Volvo nummerde zijn types om tot 340 en 360. De eerste kreeg een 1400-motor, de tweede een 2-litermotor. Het tij leek te keren. Op het hoogtepunt van de 300-carrière, in 1987, leverde Volvo 100.000 voertuigen per jaar af. De belangrijkste afzetmarkt was Engeland. Verder vonden honderden 340’s en 360’s hun weg naar Indonesië en Maleisië, om fiscale redenen als bouwpakket.

Om de fabrikant een steuntje in de rug te geven, koos de rijks- en gemeentepolitie tussen 1981 en 1989 voor dit type Volvo. Eind jaren ’80 verdwenen de 340’s en de 360’s langzaam uit beeld. De laatste sedan werd gebouwd in 1989. In hetzelfde jaar stopte de productie van de 360 2 liter. In 1991 viel het doek definitief. In totaal heeft Volvo 1.139.689 Volvo’s van de 300-serie op de weg gezet.

Top-5 pechauto’s

Het aantal 340’s en 360’s in Nederland schommelt op dit moment ergens rond de 20.000. Wereldwijd rijden er misschien nog 40.000 rond. „Je ziet ze nog redelijk veel in het straatbeeld.” Vorig jaar stond de Volvo in de Wegenwacht-top-5 van pechauto’s. „Het is een studentenauto. Geschikt voor een publiek dat goedkoop wil rijden en geen onderhoud uitvoeren.” De verguisde types schijnen vooral rond universiteitssteden als Delft populair te zijn.

Onderdelen zijn op de sloop volop verkrijgbaar. Restauratie van een Volvo 340 of 360 komt nauwelijks voor. „Het is de moeite niet waard. De voertuigen zijn geen lor waard.” Een doorsnee 340 of 360 kost maximaal 400 euro. Een exemplaar in topconditie met weinig kilometers op de teller wil nog wel eens een uitschieter maken naar de 500 euro. Maar dan houdt het ook echt op.

Veel geld steekt Van den Bergh niet in zijn hobby. „Reken maar uit: tien auto’s maal 400 euro is 4000 euro. Waar heb je het dan over? Afgezien daarvan kost de hobby me geen cent. Af en toe verkoop ik er eens een. Daar verdien je dan wat aan.”

Veel waarde zullen de 340’s en 360’s waarschijnlijk nooit krijgen. „Zo’n Volvo is nog geen cult. Een DAF al wel. Vergeet niet dat deze voertuigen tien jaar jonger zijn dan de Dafjes. Misschien wordt de 340 ooit nog eens een hype.”

Maar zelfs Van den Bergh twijfelt daar openlijk aan. „Het doet er ook niet toe. Het is gewoon een leuke auto met een geheel eigen karakter.”

Meer info: www.volvo300club.nl

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer