Van Gogh Museum gaat voor duurzaam
De amandelboom is een van de vroegst bloeiende bomen, die al in februari de lente aankondigt. Vincent van Gogh schilderde de takken in 1890, als een cadeau voor zijn broer Theo en diens vrouw vanwege de geboorte van hun zoon Vincent Willem. Het schilderij hangt in het gerenoveerde Van Gogh Museum in Amsterdam, dat na zeven maanden op 1 mei zijn deuren weer opende.
Met 2300 vierkante meter vernieuwde parketvloer, 4300 vierkante meter nieuw plafond en nog eens 11.000 vierkante meter verse verf oogt het museum weer als nieuw. De wand achter de ”Amandelbloesem” heeft een diepblauwe kleur; die contrasteert sterk met het geboortecadeau.
Duurzaamheid was een belangrijke reden voor de renovatie. Het gebouw is nu dan ook voorzien van een moderne klimaatinstallatie. In een 160 meter diepe put onder het museum is een warmte-koudeopslag geplaatst, die in de zomer voor verkoeling zorgt en in de winter het gebouw verwarmt. Het volledige dak is vervangen en extra geïsoleerd, wat betekent dat 1500 vierkante meter dakbedekking en 199 daklichtkoepels zijn aangebracht.
Een aantal Nederlandse musea opent dit jaar na een verbouwingsoperatie de deuren weer voor het publiek. Een serie van acht portretten brengt deze musea in beeld. Vandaag deel 2: Van Gogh Museum Amsterdam.