Commentaar: Spiritualiteit en stilte
Zaterdag begint de zogenoemde Maand van de Spiritualiteit, die twee weken duurt. Het thema is ”Stilte”. Vandaar ook dat de organisatoren van de maand –onder andere het dagblad Trouw, de KRO en het magazine Hapinnez– vrijdagavond een stiltemeditatie organiseerden op het Museumplein in Amsterdam.
Het begrip spiritualiteit wordt door de organisatoren uiterst breed geïnterpreteerd. Je kunt ook zeggen: opgerekt. De spiritualiteit kan aan religie gekoppeld zijn, maar kan ook met levenskunst te maken hebben. Levenskunst met een hoofdletter geschreven, dat ook nog. Een eer die religie nog maar zelden te beurt valt.
Het is niet moeilijk om vanuit christelijk perspectief zo veel vraagtekens bij het initiatief te zetten dat het goede wat er in het prachtige thema ”Stilte” te vinden is, volledig ondergesneeuwd raakt. In de Maand van de Spiritualiteit worden elementen uit verschillende religies, levensbeschouwingen of wijzes van leven bij elkaar geharkt. Vervolgens wordt boven al dat verschillende de paraplu ”stilte” uitgeklapt. Maar de verschillen tussen alles onder die paraplu worden daarmee natuurlijk niet minder.
Het gevaar is zeker ook aanwezig dat alles wat onder de paraplu van de spiritualiteit schuilt meer van doen heeft met psychologie dan met religie. Het is een trend in onze maatschappij dat zij die afscheid genomen hebben van de kerk, hun ‘heil’ zoeken bij of in de psychologie. Omdat de behoefte aan zingeving blijft, ook als de kerkdeur bewust in het slot is gegooid. Niet zelden krijgt dan de therapeut de rol van de predikant en wordt de eredienst vervangen door de therapeutische sessie, al of niet met een stiltemoment.
Ondertussen blijft het thema van de maand, stilte, iets waar ook christenen wel eens wat langer dan een paar minuten de aandacht op mogen richten. Stilte is voor veel reformatorische christenen een wat verdacht begrip. Stilte richt de blik naar binnen en daar komen we geen verlossing brengende zaken tegen. Die liggen buiten ons. In Christus, het vleesgeworden Woord. Het christendom is dan ook een godsdienst van het woord. Een religie waarin het Woord aan het woord komt. Of moet komen.
Toch heeft stilte wel degelijk een plaats in de Bijbel. God laat Zich niet kennen in wind, vuur en aardbeving, maar in een zachte stilte. Hij laat zich evenmin kennen in vrijzinnige religieuze drukte of in het orthodox-religieuze lawaai. Als calvinisten moeten we niet vergeten dat er een groot verschil is tussen woorden en woorden. Ook met een veelheid van degelijk klinkende woorden kan het Woord tot zwijgen gebracht worden.
In Psalm 65 zingt David ook over stilte: „De lofzang is in stilheid tot U, o God”. Wie die psalm in de Statenvertaling leest, ziet dat het woord ”in” schuingedrukt staat. Dat wil zeggen dat dit woordje er in de Hebreeuwse grondtaal niet staat. Het is tussengevoegd vanwege de leesbaarheid.
In de kanttekeningen schrijven de vertalers bij deze tekst: „Of: zwijgende, dat is, in Uw kerk prijst men U met stilheid en geduld, verwachtende en waarnemende Uw weldaden.”
Noem dit gerust een hyperactuele kanttekening.