Buitenland

In Somaliland zijn waterputten van levensbelang

JAMA QAMAR – De woestijn bloeit. Jonge, malse blaadjes en groene besjes verschijnen aan droge, stekelige struiken. In de Hoorn van Afrika zijn eind vorig jaar weer regens gevallen, ook in Somaliland. Vorige zomer luidden de Verenigde Naties de noodklok: 12 miljoen mensen lijden honger in de Hoorn van Afrika, van wie 1,4 miljoen in Somaliland. Nu lopen de berkads, de traditionele waterbekkens, weer vol.

Henrique Staal
6 January 2012 20:26Gewijzigd op 14 November 2020 18:34
AMA QAMAR – In de stoffige woestijn van Somaliland zijn dieren van levensbelang voor de rondtrekkende boeren. Foto Jaco Klamer
AMA QAMAR – In de stoffige woestijn van Somaliland zijn dieren van levensbelang voor de rondtrekkende boeren. Foto Jaco Klamer

„Maar waarvan moeten we leven”, zucht Fadumo Mohammed (34). „Al onze dieren zijn van honger omgekomen.”

„Oh kameel, je bent mijn alles. Je draagt mijn water en mijn eten, je draagt mijn spullen naar huis. Zonder jou zou ik niet bestaan. Ik waak over je als je slaapt. Oh kameel, je betekent alles voor mij.” Luid zingend put herder Saiid Jibril (40) water voor zijn kamelen. Dieren zijn van levensbelang voor de rondtrekkende veeboeren in de droge, stoffige woestijn van Somaliland. Somaliland is een semionafhankelijke regio in het noorden van Somalië.

Somaliland, Somalië en Djibouti bestonden in de koloniale tijd uit Brits, Italiaans en Frans Somaliland. Somaliland viel toen, militair gezien, onder het Britse garnizoen van Aden, in Jemen, aan de andere kant van de Golf van Aden. De Britten noemden Brits Somaliland „de slagerij van Aden” omdat het land, via de havenplaats Berbera, vlees leverde aan de Britse troepen in Aden. Toen Brits en Italiaans Somaliland in 1960 vlak na elkaar onafhankelijk werden, vormden ze samen Somalië. In 1991 verklaarde het vroegere Brits Somalië zich onafhankelijk van het vroegere Italiaans Somaliland, nu Somalië. Somaliland is door de internationale gemeenschap niet erkend als onafhankelijke staat.

Nog steeds lopen er Engelse blaarkoppen rond in Somaliland en is de verkoop van dieren belangrijk voor de economie van het land. Maar veehouders kunnen niet profiteren van de gestegen prijzen en toegenomen vraag naar vee. Door de droogte raken de belangrijkste voedselbronnen van Somalië snel uitgeput en sterft het vee. Zonder vee hebben de nomadische veehouders en hun gezinnen zelf ook geen vlees en geen melk. Bovendien stijgen de kosten van graan snel door grote tekorten, waardoor het ook steeds moeilijker wordt alternatief eten aan te schaffen.

Gezonde nomadengezinnen raken zo in korte tijd ondervoed en slaan op de vlucht naar de stad, op zoek naar water en eten. „We waren een rijke familie”, vertelt Shurkri Ali Yusuf met haar ondervoede dochter Rahma in haar armen. „We hadden 300 schapen, maar er zijn er nog 40 in leven.”

Karkassen

Sayneb Mohamed (29) is dankbaar voor de noodhulp die ze krijgt van de christelijke hulporganisatie Medair. Samen met haar jongste zoontje Jimcale is ze in het afgelegen dorp Gumburu Xangeyo gaan wonen, om hulp te krijgen voor Jimcale. Haar vijf oudere kinderen, tussen de 5 en 12 jaar, zwerven met haar man door de woestijn, op zoek naar water en gras voor hun kudde. „Jimcale en ik woonden ook buiten het dorp, in de woestijn, maar onze dieren stierven”, zegt Sayneb. „Jimcale was uitgeput door gebrek aan vlees en melk, dus bracht ik hem naar het dorp. Hij kon nauwelijks nog bewegen en sliep het grootste deel van de dag. Jimcale was er slecht aan toe.”

Sayneb zegt dat er in het dorp ook dieren doodgingen „Het lag er bezaaid met karkassen, de geur was ondraaglijk. We moesten vanuit het dorp acht uur lopen om water te halen in de bergen, vier uur lopen heen, vier uur lopen terug.”

„De voedselcrisis in de Hoorn van Afrika is een veecrisis”, werd vorig jaar geconstateerd op een conferentie over de voedselcrisis in de Hoorn van Afrika. De beste manier om hongersnood in droge gebieden te voorkomen is dan ook ervoor zorgen dat er tijdens droge seizoenen graas- en drinkplaatsen zijn voor het vee.

Woestijnbewoners weten het: regenwater moet worden opgevangen in waterbekkens, zogenaamde berkads. Zonder bekkens is vrijwel onmogelijk dieren tijdens de droogte in leven te houden. Maar veel berkads zijn vervallen, of verwoest tijdens de onafhankelijkheidsoorlog waarbij Somaliland zich in 1991 afscheidde van Somalië.

De kapotte bekkens probeert Medair nu met man en macht te herstellen. „Het staaldraad moet tot aan de bodem van de berkad worden gebruikt, anders scheurt het onder de druk van het water.” Medewerker Daniël geeft dorpelingen nauwkeurig aanwijzingen voor het herstel van hun verwoeste waterbassin. Als het bekken hersteld is, zal het regenwater via een filter de berkad binnenstromen, genoeg voor 250 mensen en hun vee, een halfjaar lang.

„Dit was de ergste droogte die ik ooit heb meegemaakt”, zegt de 17-jarige Suleman Mohamed Jirde in Jama Qamar. „Tijdens eerdere droogtes hadden we nog een beetje water, nu konden we nergens water vinden.”

In Kaladhac is onlangs een waterbekken hersteld. Dorpshoofd Mohamed Mohamed voelt zich de koning te rijk. „We waren blij en gelukkig toen de regen kwam en het water in onze berkad stroomde. We hebben een kostbaar bezit teruggekregen dat we door de oorlog waren kwijtgeraakt. Ons leven staat of valt met water, het is belangrijker voor ons dan we in woorden kunnen uitdrukken. Water betekent leven.”

Putten

Herder Saiid Jibril zucht. „Ik had een grote kudde kamelen, schapen en geiten”, zegt hij. „Maar ik verloor veel dieren door de droogte.” Jibril leidde zijn kamelen vanuit zijn dorp Kalecheex naar Wadamago, drie uur verderop, waar waterputten waren geslagen. De waterputten moeten voorkomen dat herders hun gebied verlaten, op zoek naar water.

De bestaande putten waren beschadigd en ingestort en nauwelijks nog bruikbaar. Mest gleed zo de putten in en ook kinderen maakten wel eens een onverwachte val in een put. Nu zijn de putten voorzien van betonnen randen, verstevigd met staaldraad en met balken om het omhoog takelen van volle emmers water te vergemakkelijken. De deksels zijn belangrijk om het water in de putten schoon te houden, maar ook zeer gewild. Ze worden vaak gestolen. De eigenaar van de put is verantwoordelijk voor het deksel.

Zo’n 500 families uit Wadamago profiteren van de putten, maar ook rondreizende herders laten hun kuddes drinken bij de drenkplaats. Water maakt Wadamago ook tot een populaire plaats voor veehandelaars. In de schaduw van een boom verwisselen geiten van eigenaar, grote geiten kosten vijftig euro, kleinere dertig.

„Ja, ik was een rijke herder”, zegt Jibril. „Ik heb momenteel drie vrouwen, achttien kinderen en veel dieren: tachtig kamelen en zestig schapen en geiten. Vóór de droogte waren dat er veel meer, toen had ik 260 schapen en geiten. Er stierven 160 dieren door de droogte en ik verkocht er een paar om te overleven. Ik verloor ook kamelen door de droogte, vooral vrouwtjes en jonge kamelen. Mannetjes zijn iets sterker.

Jibril denkt dat het minstens vijf jaar zal duren voordat hij zijn kudde weer compleet heeft. „Zelfs als er goede regens vallen en het gras welig zal groeien, duurt het jaren. Alleen Allah weet wanneer mijn kudde weer groot genoeg zal zijn om goed van te kunnen leven.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer