Niet ruilen met de rijkste multimiljonair
Naam: A. Boeter-Driesse
Leeftijd: 86
Woonplaats: Middelharnis
Ze maakte ooit een Rijnreis, sloeg vakanties daarna jaren over, maar is op advies van haar vier dochters deze zomer toch meegegaan met een vakantieweek voor lichamelijk gehandicapten. „De sfeer, de verzorging, de omgang met elkaar en, niet te vergeten, de Bijbelstudies: het bevalt me allemaal goed. Ook al ben ik alleen, ik sluit me makkelijk aan bij anderen. Niet bij iedereen, maar ik merk al vrij snel of het klikt. Dat gebeurt gevoelsmatig.”
Als christelijke gereformeerde voelt ze zich geen buitenbeentje in het overwegend hervormde gezelschap. „Natuurlijk, er zijn soms best verschillen, maar die accepteer ik. Ik zit ook niet met iedereen van mijn eigen kerk op één lijn. Waar de Heere echter werkt, daar zijn de kerkmuren laag. Vooral tijdens de Bijbelbesprekingen heb ik soms goede gesprekken; dat je elkaar in het hart kijkt. Dat iemand iets zegt waarvan ik denk: Tjoh, dat had ik van jou niet gedacht.”
Of ze in de toekomst nog eens meegaat met een vakantieweek? „Als ik het lichamelijk zou kunnen, graag. Maar ik vrees dat het niet meer gaat. Ik heb last van vocht achter m’n longen. Het lopen gaat steeds moeilijker –ik heb twee kunstheupen– en mijn lendenwervels zijn versleten. Daarnaast heb ik last van astma. Binnen gebruik ik de stok, buiten de rollator.”
Ondanks de lichamelijke kwalen wil mevrouw Boeter niet klagen. „Ik ben 86. Er zijn veel jongere mensen in de groep met ernstiger handicaps. Ik behoor wat gezondheid betreft tot de betere gasten, zeker voor het oog.”
Al 42 jaar is mevrouw Boeter weduwe. Haar man overleed in 1968 aan kanker. „Er was geen redden meer aan.” Ze bleef achter met vier meisjes van negen tot veertien jaar. „Het was een moeilijke tijd. Een zee aan verdriet, geen schouder om tegen aan te leunen. Maar de Heere heeft me erdoor geholpen; tot op de dag van vandaag. Ik heb wel eens met m’n vinger in een open Bijbel gebeden: „Heere, hier staat het: dat U een man van de weduwe wilt zijn.” Hij heeft het waargemaakt; ik kan niet anders zeggen.”
Mevrouw Boeter heeft twaalf kleinkinderen en zeventien achterkleinkinderen. „De laatste is tijdens de vakantieweek in Doorn geboren.” Ze lacht. „Ik zeg wel eens: Vermenigvuldigen gaat hard.” De toekomst houdt haar bezig. „Als je 86 bent, is het einde dichtbij. Maar de Heere heeft me beloofd: „Mijn oog zal op u zijn.” Dat is mijn troost. Als Zondag 1 van de catechismus mag leven in je hart, dan wil je met de rijkste multimiljonair niet ruilen.”
Dit is het vierde artikel in een zesdelige serie over mensen die meedoen aan een vakantieweek voor lichamelijk gehandicapten in het Roosevelthuis in Doorn. De vakantie gaat uit van de Hervormde Vrouwenbond op gereformeerde grondslag. Volgende week donderdag deel 5.