Speuren naar de wilde tulp

Paulus zette er voet aan wal. Zijn zendingsreis voerde hem dwars door Cyprus. Ook nu doorkruisen veel mensen wandelend het eiland. Om heel andere redenen.

7 January 2010 17:05Gewijzigd op 14 November 2020 09:33
Met zo’n rustplek op het puntje van het Cypriotische schiereiland Akamas weet iedere wandelaar weer waarom hij de tocht is begonnen. Foto RD
Met zo’n rustplek op het puntje van het Cypriotische schiereiland Akamas weet iedere wandelaar weer waarom hij de tocht is begonnen. Foto RD

Het is voor gids Alexandros Nikolaou niet moeilijk kiezen. De meest noordwestelijke wandelroute, die over het schiereiland Akamas loopt, is de mooiste. Logisch. Voor een botanicus als hij is dit deel van het land het summum. Er komen op het schiereiland maar liefst 600 verschillende planten voor, waaronder 35 inheemse. Nikolaou hoopt vooral de wilde tulp tegen te komen. Die behoort tot de strengst beschermde soorten en laat zijn rode kelk alleen tussen half maart en half april zien.

Het 7,5 kilometer lange Aphroditepad begint bij de plek waar, volgens een mythe, de Griekse godin van de liefde ooit baadde. Een toeristentrekker, gezien de vele parkeervakken, die op dit vroege tijdstip echter nog leeg zijn. Over het bad doen veel verhalen de ronde. Die over de eeuwige jeugd trekt waarschijnlijk de meeste mensen. Wie er een duik neemt, zou daardoor voor altijd jong blijven. Dit verhaal zal wel altijd wel een mythe blijven, want zwemmen is op het idyllische plekje tussen de rotsen strikt verboden.

Vanaf het bad loopt de route omhoog, de heuvel Moutti tis Sotiras (370 meter) op. Al snel is duidelijk waarom wordt aangeraden goede schoenen, een zonnepet én drinken mee te nemen. De weg is vrij steil en goed opletten is noodzakelijk. De gids raakt steeds zo in vervoering door de verschillende bomen en planten die hij móét laten zien, dat we vanzelf aan pauzes toekomen.

Eerlijk is eerlijk: de johannesbroodboom, aan het begin van de tocht, hadden we niet willen missen. De peulen van de boom worden ook wel het goud van Cyprus genoemd, en dat zegt genoeg. Er wordt niet alleen stroop van gemaakt, maar ze worden –gemalen– ook gebruikt als verdikkingsmiddel in de voedingsindustrie. Leuk om te weten: omdat het gewicht van de zaden van deze boom vrijwel constant is –te weten 0,2 gram– werden zij ooit gebruikt als gewichtjes bij precisiewegingen van bijvoorbeeld goud.

Het zal niet het laatste verhaal zijn dat de gids vertelt. En terwijl Nikolaou praat, klinkt tussen de zinnen over anemonen, cyclamen en vergeet-me-nietjes door het verhaal van Cyprus’ bewogen geschiedenis. Want de prachtige planten en kruiden zijn meegekomen met Egyptische, Griekse, Franse en Italiaanse veroveraars.

Dé tulp heeft de groep nog niet gezien. Dus gaat de klim verder. Een halfuurtje later is de verbazing groot als twee Engelse dames op slippers de berg af huppelen. Ze groeten beleefd, maar wij staren hen met open mond na. Doen we toch iets verkeerd?

Er is weinig tijd die vraag te beantwoorden. Een Akamas-hagedis, genoemd naar het schiereiland waar hij voorkomt, trekt de aandacht. Hij zit roerloos op een steen. Het is natuurlijk aardig om hem op de kortst mogelijke afstand op de gevoelige plaat te zetten. Dus staren we terug, met ingehouden adem, tot het moment dat het diertje wegschiet.

De gids kijkt van een hagedis niet op, hij wijst op de zeven slangensoorten die op het eiland voorkomen. Slechts een daarvan is echt gevaarlijk, de Levantijnse adder (Vipera lebetina). Maar de kans dat je die op z’n staart trapt, is volgens Nikolaou erg klein.

Even later verschijnen er enkele berggeiten. Ze begeleiden ons het laatste stukje naar de picknickplek, onder een eik van 250 jaar oud. Hier tussen de bomen hebben we geen last van de zon, die zich ook in april al van zijn warme kant laat zien. Het uitzicht op de verschillende dorpen in de om­geving is mooi en de verwachting is dat het uitzicht dat komt dat van nu nog zal overtreffen.

Echt blij is onze gids niet met de geiten, die zich inmiddels in een grote kudde bevinden. Nog niet zo lang geleden werd Cyprus „overspoeld” door deze dieren. Dat was een ramp voor de jonge aanwas van planten op het eiland. Het aantal geiten wordt nu streng in de gaten gehouden, maar Nikolaou ziet nog steeds met lede ogen aan hoe de beesten zíjn planten opvreten.

De top is nu echt in zicht. Even later weet iedere wandelaar meteen waarom hij de tocht is begonnen: een geweldig uitzicht op de azuurblauwe kustlijn! Het water is groenblauw en helder tot op de bodem. De camera’s klikken, terwijl Nikolaou uitlegt dat die helderheid een keerzijde heeft. Het water bevat weinig plankton en vissen laten zich er dan ook steeds minder vaak zien.

De terugweg gaat via kleine kronkelpaadjes de berg af. Opletten dus, hoewel het van belang is niet alleen op je voeten te letten. Daar is het hier nu net te mooi voor. Nikolaou is inmiddels wat stil geworden. Zijn tulp is hij nog niet tegengekomen. En dat frustreert hem zichtbaar. Het is dan ook niet verwonderlijk dat hij even later in een restaurantje dat we bezoeken voor onze lunch –echt Grieks: veel salades, veel vlees– een heftig gesprek voert met de eigenaar die op tafel een grote bos –jawel– wilde tulpen heeft neergezet. Pas als hij zich ervan heeft overtuigd dat de tulpen écht uit eigen tuin komen, keert de rust terug. Ach, morgen nog een ‘zoektochtje tulp’ is geen straf.


Cyprus te voet
Cyprus? Daar gaan mensen naartoe om aan het strand te liggen. En dan bruin te bakken. De mooie stranden aan de oostkust zijn niet voor niets bezaaid met hotels en appartementen. Ze trekken vooral veel Britten. Maar Cyprus heeft meer dan alleen stranden. En een grotere doelgroep dan alleen Groot-Brittannië. Dus timmert het verkeers­bureau aan de weg om toeristen ook „het andere Cyprus” te laten zien.

Een goede mogelijkheid om het binnenland te ontdekken, is via het Europese wandelpad E4. Dat is sinds 2005 doorgetrokken van Kreta naar Cyprus. De 560 kilometer lange route loopt van de luchthaven Pafos naar het vliegveld van Larnaka. Een aardige trip voor wie tijd heeft een sabbatical in te lassen.

Maar voor al die toeristen die niet zo lang van huis kunnen, kent het eiland ook zeventig losse natuurpaden, de zogenoemde Nature Trails, waarbij volgens de boekjes vooral „kennis­making met de natuurlijke omgeving” vooropstaat. Alle wandelpaden zijn goed bewegwijzerd.

www.visitcyprus.com.


Grotere kaart weergeven

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer