Opinie

Predikant moet eigen tijd kennen

Wie het Evangelie wil verkondigen in deze tijd, kan niet om de moderne literatuur heen, meent dr. C. A. van der Sluijs. De vakantietijd is een goede gelegenheid om daar ernst mee te maken.

28 July 2009 09:52Gewijzigd op 14 November 2020 08:22Leestijd 4 minuten

Taal is een heel wezenlijk scheppingsmedium. Onze God doet zich immers kennen in woorden. Als zodanig noemt K. H. Miskotte taal indirect ”gewijd”. Het Woord werd zelfs vlees in onze Heere Jezus Christus.Predikanten zijn geroepen tot het uitzeggen en het uitleggen van de woorden van God. Dat betekent dat als onze woorden afgestemd zijn op het Woord van God, ze tegelijkertijd ook vlees zullen worden in de woorden en in het taaleigen van onze tijd en cultuur. Anders gezegd: ons theologisch denken zal heel wezenlijk contextueel bepaald zijn, terwijl het tegelijk verbonden is met de Bijbel en binding houdt met de christelijke traditie.

Dat betekent dat de crisis van de huidige cultuur onmogelijk buiten ons om kan gaan. We dienen dan ook te weten wat de mens vandaag, in de kerk en buiten de kerk, bezielt en niet bezielt en in welke taalvelden dit tot uitdrukking wordt gebracht.

Daarom is het van het meest wezenlijke belang dat we onszelf kennen in de godlozen en de goddelozen van vandaag. Bijbels gezien is deze zelfkennis volgens Calvijn altijd verbonden met Godskennis, om zó hartgrondig en diepgaand onze medemens te kennen. Wie het Evangelie wil overdragen staat voor de gigantische opdracht de eigentijdse mens te kennen in zijn gemeente en daarbuiten.

Herkenning

Betrokkenheid op God en op de mensen van deze tijd impliceert een grondige kennis van het huidige levensgevoel. Dit komt ons niet aangewaaid, of het moest zijn door de wind van de Heilige Geest vanuit de Heilige Schrift, want ook de prediker en de pastoraal werker en de catecheet zijn opgenomen in de los-van-God-beweging sinds de verlichting. Laat niemand zich dienaangaande ook maar iets verbeelden, ook al zouden we ons verschuilen achter de vijgenbladeren van een eigengemaakte godsdienst.

Een goed middel om indringend kennis te nemen van het eigentijdse levensgevoel is de moderne literatuur. Wie daarvoor wegkruipt, als ware dit alleen maar een zeer onstichtelijke bezigheid, die kent zichzelf niet. En die communiceert niet, zoals Jezus, met de tollenaren en zondaren van zijn eigen tijd.

Iemand die hier heel diep doorheen ging, was de reeds genoemde Miskotte. Kennisname van kunst en cultuur van zijn tijd werd voor hem onontbeerlijk voor de verkondiging van het Evangelie. Dieper dan welke andere theoloog na de Tweede Wereldoorlog zag hij dat romans, verhalen en poëzie impliciet en onbewust verwijzen naar de vervulling van de onrust en het gemis die het mens-zijn door alle eeuwen heen wezenlijk kenmerken.

Augustinus wees daar al op: „Ons hart is onrustig in ons tot het rust vindt in U, o God!” Juist de moderne literatuur geeft ons inzicht in deze chronische onrust van het mensenhart. Het afwijzen van God is een schreeuw naar de afwezige God en ten diepste een verlangen naar Gods aanwezigheid. Veel buitenkantgodsdienst onder het reformatorische volksdeel zou ten diepste wel eens zo’n heidense hang naar geborgenheid kunnen zijn.

Zo kunnen wij de moderne literatuur lezen met een stuk herkenning. Zij vertelt ons wie wij ten diepste zijn. Zij houdt ons een spiegel voor, waarin wij kunnen zien welke vragen vandaag kennelijk brandend actueel zijn. Alleen zó leren wij scherp zien wat er eigenlijk gaande is om ons heen en wat ons ten diepste zelf beroert als mensen van deze tijd.

Jan Siebelink

Wie vandaag leiding mag geven in de kerk, kan een brede belezenheid dan ook niet missen. Naast theologische en stichtelijke lectuur moeten we kennisnemen van wat atheïstische romanschrijvers als Harry Mulisch en Thomas Rosenboom te zeggen hebben. Maar ik denk ook aan hedendaagse literatuur waarin een karikatuur wordt gegeven van het christendom in het algemeen en van het calvinisme in het bijzonder. Neem bijvoorbeeld Jan Siebelink! Maar ik denk ook aan auteurs die nog iets met het christendom hebben, zoals Pieter Nouwen, Vonne van der Meer, Mance ter Andere en Geert Mak.

Ik denk ook aan evangelicale Amerikanen als Frank Peretti en Randy Alcorn, om de evangelische wereld te leren kennen. Francine Rivers en Lynn Austin zijn daarvan ook prachtige voorbeelden en zeer lezenswaardig. Ten slotte vermeld ik alleen nog de prachtige literatuur van de liberale Jood Chaim Potok, die een schitterende inkijk geeft in de wereld van het Joodse leven.

Kennisname van de moderne literatuur is zonder meer geboden, willen we een woord voor de wereld hebben, in de kerk en buiten de kerk. We worden alleen serieus genomen als we ernst maken met God en Zijn wereld. De vakantietijd is een goede gelegenheid om daar werk van te maken.

De auteur is hervormd emeritus predikant.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer