Conferentie biologische wapens mislukt
Na drie weken vergaderen is vrijdag een conferentie over de aanscherping van de biologische-wapenconventie uit 1972 zonder resultaat afgebroken.
De Verenigde Staten stelden op het laatste moment voor om het voorstel van een groep landen voor de handhaving van het verdrag te verwerpen en de groep haar mandaat te ontnemen. De vertegenwoordigers van de 143 andere deelnemende landen besloten de besprekingen vervolgens op te schorten tot 11 november 2002.
Zelfs bondgenoten van de VS die vrijdag de hele dag met de Amerikaanse delegatie hadden overlegd, werden verrast door de actie van de Amerikanen. „Binnen vijf minuten hadden ze iedereen tegen zich", zei een diplomaat.
Veel landen en wapenexperts hoopten dat de VS ondanks de moeizame onderhandelingen uiteindelijk hun verzet tegen het voorstel zouden opgeven, maar het tegenovergestelde gebeurde. De Amerikaanse onderminister van Buitenlandse Zaken, John Bolton, zei dat hij tot de laatste dag van de conferentie had gewacht met zijn verklaring omdat de laatste dag nu eenmaal bedoeld is om te onderhandelen.
De VS waren het niet eens met het inspectiesysteem dat de zogenoemde ad-hocgroep van landen had voorgesteld voor de controle op de naleving van de wapenconventie. Het systeem is volgens de VS niet waterdicht en zou tegelijkertijd geheime informatie van de Amerikanen blootstellen aan de blikken van potentiële vijanden of rivalen. De VS willen landen die het verdrag schenden, slechts publiekelijk aan de schandpaal nagelen en onder druk zetten, of de VN-Veiligheidsraad de bevoegdheid geven de naleving van het verdrag af te dwingen.
Het verdrag is tijdens de Koude Oorlog opgesteld, in de veronderstelling dat geen enkel land zou proberen biologische wapens te gebruiken.