Immigratie versterkt Deens isolement
De Deense regering doet naarstige pogingen om haar strikte immigratiebeleid te handhaven en tegelijk te voorkomen dat het land verder geïsoleerd raakt in de Europese Unie. Het Europese Hof van Justitie veegde in juli een deel van het toelatingsbeleid van tafel. De liberaal-conservatieve coalitie in Kopenhagen is er nog niet uit wat de oplossing moet zijn.
De regering ontleent haar populariteit in aanzienlijke mate aan de hoge dijken die na 2001 tegen de instroom van nieuwkomers zijn opgeworpen. De niet-regerende Deense Volkspartij werkte enthousiast mee.De coalitie had het behoorlijk moeilijk gemaakt om een allochtone partner uit een van de EU-lidstaten te halen, ondanks de regel dat er vrij verkeer van personen en goederen moet zijn. De vreemdelingendienst eiste een uitdrukkelijke binding, en bepaalde zelf in alle afzonderlijke gevallen of de binding uitdrukkelijk genoeg was. Het hof van justitie bepaalde echter dat een niet-EU-ingezetene alleen maar een werkvergunning in een lidstaat nodig heeft om te kunnen trouwen met iemand in Denemarken.
De uitspraak zadelt Kopenhagen op met een moeilijke keus. Enerzijds kan het (op straffe van forse boetes) het vonnis negeren. Anderzijds kan de regering toegeven en het beleid versoepelen. Maar daarmee valt de steun van de nationalistische Volkspartij weg en verliest de regering de steun van grote delen van het kiezerscorps.
Er is misschien nog een tussenweg, namelijk door in de rest van de Europese Unie steun te verwerven voor dit beleid. Dat is echter nauwelijks een optie, zo beseffen ook de meeste politici in Kopenhagen. Het zou een buitengewoon langdurige geschiedenis worden om 26 landen te overtuigen terwijl succes niet bij voorbaat verzekerd is. Eerder is het tegendeel het geval.
Het zo veel specifiek Deense politieke ellende veroorzakende vonnis komt erop neer dat EU-burgers niet het recht kan worden ontzegd om een huwelijkspartner en gezinsleden uit een derde land mee naar Denemarken (of welk ander EU-land dan ook) te nemen. Puur een kwestie van vrij verkeer van personen zoals de EU dat nu eenmaal in zijn verdragen duidelijk als doelstelling heeft vastgelegd, meent het Europese hof.
Denemarken is echter onder het liberaal-conservatieve bewind stelselmatig meer eisen gaan stellen aan burgers uit derde landen die zich in het land willen vestigen. Een exponent van dat beleid is dat iemand minstens 24 jaar moet zijn voordat hij als partner uit een land van buiten de EU naar Denemarken kan komen.
De Denen hoopten aanvankelijk dat het vonnis in alle regeringscentra in de EU een schreeuw van protest zou veroorzaken, maar die hoop blijkt tot dusver nergens op te stoelen. Ierland bijvoorbeeld -dat tal van verzoeken om verblijfsvergunningen had afgewezen en dat met een vergelijkbare uitspraak te maken kreeg- wijzigde direct na het vonnis het beleid en nodigde de gedupeerde burgers uit het verzoek opnieuw in te dienen. Maar de Deense vreemdelingendienst zoekt in opdracht van de regering nog steeds naar het antwoord op de vraag welke consequenties de uitspraak moet krijgen. Het is duidelijk dat het om de rechten van enkele duizenden mensen gaat die tot nu toe de mogelijkheid om in Denemarken te wonen is ontzegd.
Voor de regering in Kopenhagen komt de kwestie hoe dan ook zeer ongelegen. De beruchte scepsis waarmee de Deense kiezer alles wat uit Brussel komt bejegent, is er sterk door aangewakkerd. Dat zou op zich nog geen al te groot probleem hoeven zijn, ware het niet dat premier Anders Fogh Rasmussen juist met vergevorderde plannen rondliep om de positie van Denemarken in de EU te normaliseren. Terloops zou dit zijn kansen op een toppositie in de EU of de NAVO verbeteren.
Sinds de afwijzing van het Verdrag van Maastricht in 1992 wegens de negatieve uitslag van een referendum, is Kopenhagen in de EU een buitenbeentje. Nog steeds gelden uitzonderingsbepalingen ten aanzien van een Europese defensie, een Europees burgerschap, justitiële samenwerking op supranationaal niveau (belangrijk bij bijvoorbeeld terreurbestrijding) en de gemeenschappelijke munt. De Deense bevolking stemde bij een referendum in 2000 nogmaals tegen de gezamenlijke munt.
Rasmussen kan het volgens vriend en vijand in Kopenhagen voorlopig wel vergeten om die voorbehouden aan een volksstemming te onderwerpen. Het zou tegen de achtergrond van het EU-vonnis geheid op een afwijzing uitdraaien, zo geloven zij. De enige voorstanders van een referendum zijn de nationalisten van de Deense Volkspartij. Daarmee zou definitief het einde van het Deense EU-lidmaatschap zijn ingeluid. En dat is exact wat zij willen.