Buitenland

Rechtbank blokkeert uitzetten Palestijnen

Het Israëlische hooggerechtshof heeft dinsdag de uitzetting van drie familieleden van Palestijnse terreurverdachten van de Westoever naar de Gazastrook geblokkeerd. Het Israëlische leger moet van de rechter binnen vijftien dagen duidelijk maken waarom de uitwijzing noodzakelijk is.

Buitenlandredactie
14 August 2002 09:15Gewijzigd op 13 November 2020 23:44

Een militaire rechtbank had maandag tot de uitwijzing besloten, maar de drie Palestijnen gingen tegen de uitspraak in beroep. Mensenrechtenorganisaties lieten weten dat zij zich tegen de uitwijzing zullen verzetten.

Een woordvoerder van de Vereniging voor Mensenrechten in Israël noemde de beslissing van de militaire rechtbank illegaal, immoreel en in strijd met alle menselijke waarden. Verder vond hij de beslissing een aanfluiting, want „als deze mensen zo gevaarlijk zijn, waarom worden ze dan op de Gazastrook vrijgelaten?”

Het hooggerechtshof heeft met het tegenhouden van de uitwijzing aangegeven dat er juridische haken en ogen zitten aan de uitwijzing, zegt de juridische analist Moshe Negbi. Volgens hem voorziet het hof mogelijk een procedure tegen Israël bij het Internationaal Strafhof.

De drie uit te wijzen Palestijnen zijn Intisar en Kifah Ajouri, de zus en broer van Ali Ajouri, die ervan verdacht wordt plegers van zelfmoordaanslagen te hebben voorzien van explosievengordels, en Abdel Nasser Asidi, de broer van een Hamas-activist die verdacht wordt van moord op verscheidene Israëliërs.

Uitwijzing van familieleden is een nieuwe Israëlische tactiek om Palestijnen te ontmoedigen aanslagen te plegen. Een andere methode is het vernielen van de huizen van gezinsleden van aanslagplegers. Zelfmoorddaders zullen zich misschien bedenken als zij zien dat hun familie zal moeten lijden onder de gevolgen van hun daden, luidt de Israëlische redenering. De Palestijnen zien beide methoden als een vorm van collectieve straf.

Israëlische militairen hebben gisternacht twee huizen verwoest van vermoedelijke aanslagplegers, heeft het leger gemeld. De huizen stonden in Dahariya, ten zuiden van Hebron, en in Doha, nabij Bethlehem. De woning in Dahariya zou de verblijfplaats zijn geweest van een Palestijn die Israëlische soldaten zou hebben beschoten in de plaats Beersheva, waarbij twee militairen werden gedood.

Vanochtend werd in Tel Aviv het proces opgeschort tegen Marwan Barghouti, na Yasser Arafat de populairste Palestijnse leider. Hij wordt beschuldigd van betrokkenheid bij aanslagen. Zijn zaak, die vandaag had zullen beginnen, start nu pas op 5 september.

Barghouti, de leider van Arafats Fatah-beweging op de Westelijke Jordaanoever, speelde een belangrijke rol bij de Palestijnse straatprotesten aan het begin van de tweede intifada in september 2000. Hij liep vaak voorop bij anti-Israëlische demonstraties en stak vlammende toespraken af. Zelf zegt hij alleen een politicus te zijn, maar volgens Israël heeft hij aanslagen gefinancierd en later ook helpen plannen.

Het Israëlische leger arresteerde Barghouti op 15 april. Sindsdien heeft hij vastgezeten zonder in staat van beschuldiging te zijn gesteld. Barghouti wordt aangeklaagd wegens moord, poging tot moord en betrokkenheid bij terroristische organisaties, verklaarde het ministerie van Justitie.

Israël hoopt aan te tonen dat de hoogste regionen van het Palestijnse leiderschap direct verantwoordelijk zijn voor aanslagen op Israëlische doelen. Barghouti’s advocaat Khader Shkirat wil met het proces de Israëlische bevolking er juist van overtuigen dat het Palestijnse verzet gelegitimeerd is.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer