Aangifte tegen leiders piramidespel Orpiton
De curator van het failliete piramidespel Orpiton heeft aangifte gedaan tegen bestuurder A.S. (Stok) en vier medewerkers. Er bestaat volgens C. Hamm ernstige verdenking tegen het vijftal van onder meer verduistering, oplichting en deelname aan een criminele organisatie.
De 40-jarige Dordtenaar S. geldt nog steeds als hoofdverdachte in het tijdrovende onderzoek naar de verdwenen miljoenen. Een 29-jarige Dordtse was zijn rechterhand. Minstens 40 miljoen gulden belegden veelal christelijke deelnemers in het piramidespel. Ze vertrouwden blind op de irreële rendementen die S. hen beloofde. Al het geld is verdwenen.
Een man uit IJsselstein trad op als adviseur voor het piramidespel. Hij hield de belastingdienst buiten de deur, deed de administratie, stelde de contracten met de beleggers op, beschikte over het geld en beheerde de rekeningen.
Zeven medewerkers stonden op de loonlijst van de failliete onderneming. Ze volgden de orders op van de tweekoppige leiding en zijn daar volgens de curator vermoedelijk niet strafbaar voor. Ongeveer zestig zogenoemde leiders zorgden voor de aanwas van nieuwe beleggers, geldinning en tot 1997 zelfs uitbetaling. Zeker twee leiders maakten volgens de curator deel uit van de criminele organisatie Orpiton. Zelfs nadat het piramidespel klapte en niet meer uitbetaalde, bleven ze beleggers werven.
De rechtbank in Dordrecht veroordeelde de uitbater van Orpiton in maart 1997 wegens overtreding van de Wet Toezicht Kredietwezen tot een boete van 25.000 gulden. De curator beschuldigt S. van dezelfde overtreding plus nog van vier andere economische delicten.
Voor oplichting bestond destijds onvoldoende bewijs meende de Hoge Raad. De overdracht van de huidige aangifte en het bewijs aan het openbaar ministerie is door de rechter-commissaris in Dordrecht goedgekeurd.