Buitenland

Voorarrest verdachten van 21 juli verlengd

De rechtbank in Bow Street in Londen heeft maandag de voorlopige hechtenis van drie van de vier hoofdverdachten van de mislukte aanslagen van 21 juli op het openbaar vervoer in de Britse hoofdstad verlengd tot 14 november.

Buitenlandredactie
9 August 2005 11:22Gewijzigd op 14 November 2020 02:50

Muktar Said Ibrahim (27), Ramzi Mohammed (23) en Yassin Hassan Omar (24) werden afgelopen weekeinde formeel aangeklaagd wegens samenzwering tot het plegen van moord, poging tot moord, het maken of bezitten van explosieven met de bedoeling levens in gevaar te brengen of ernstig lichamelijk letsel te veroorzaken en samenzwering om explosieven te gebruiken. Alle drie bevestigden zij hun namen, maar deden er verder het zwijgen toe.

De vierde hoofdverdachte, Osman Hussein of Hamdi Issac (27), zit in afwachting van de behandeling van een Brits uitleveringsverzoek vast in Rome. De vier worden ervan verdacht aanslagen te hebben willen plegen in drie metrotreinen en een bus. Hun bommen kwamen niet tot ontploffing, vermoedelijk doordat de zelfgemaakte explosieven te snel verouderd waren.

Een andere verdachte wiens voorarrest tot 14 november werd verlengd is Manfo Kwaku Asiedu (32). Hij is eveneens aangeklaagd wegens samenzwering tot moord en het gebruik van explosieven. Volgens de Britse pers was hij vermoedelijk de drager van een rugzak met daarin een onontplofte bom die op 23 juli in een plantsoen in het noordwesten van Londen werd gevonden.

De aanslagen van 21 juli volgden twee weken nadat bij vier soortgelijke aanslagen 56 doden waren gevallen, onder wie de vier vermoedelijke daders. In verband met de aanslagen van 7 juli is nog niemand gearresteerd. De Britse politie hield zondag wel de Brit Haroon Rashid Aswat aan nadat hij door de Zambiaanse autoriteiten was uitgeleverd. Aswat zou met enkele van de daders van de aanslagen van 7 juli een stuk of twintig telefoontjes hebben gepleegd, maar de Britse politie arresteerde hem op grond van een Amerikaans opsporingsverzoek. Aswat zou tussen oktober 1999 en april 2000 in de staat Oregon een trainingskamp hebben opgezet voor ”jihadstrijders” die naar Afghanistan wilden. Een Britse rechter verlengde zijn voorarrest tot een volgende zitting op donderdag.

Ook het voorarrest van drie anderen die maandag moesten voorkomen werd tot donderdag verlengd. De mannen, Siraj Yassin Abdullah Ali, Wharbi Mohammed en Asias Girma, worden ervan beschuldigd verdachten te hebben geholpen aan arrestatie te ontkomen. Vorige week verschenen al zes personen voor de rechtbank op de aanklacht dat zij informatie over de verblijfplaats van Hamdi Issac hadden verzwegen. Onder hen waren de vrouw en de schoonzus van Issac.

De Pakistaanse president Pervez Musharraf zei maandagavond in een vraaggesprek met de Britse omroep BBC dat de Britse regering „te soft” is in haar aanpak van extremistische activiteiten. Musharraf sprak zijn zorg uit over de daden van radicale moslimgroepen in Groot-Brittannië en riep de Britse regering ertoe op harder op te treden. „Ik vind dat ze in hun eigen belang moeten handelen en in het belang van onze strijd tegen het terrorisme”, aldus het Pakistaanse staatshoofd.

Musharraf zei verder niet te geloven dat zijn land een sleutelrol heeft gespeeld bij de aanslagen in Londen op 7 juli.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer