Buitenland
Surinaamse ambassade in Jeruzalem definitief van de baan

Het plan van Suriname om een ambassade te openen in Jeruzalem is definitief van de baan. Op de begroting van 2024 is er geen geld voor vrijgemaakt en er zijn geen aanwijzingen dat dit in de komende jaren wel zal gebeuren.

Armand Snijders
De Surinaamse minister van Buitenlandse Zaken Albert Ramdin op bezoek bij zijn Israëlische ambtgenoot Yair Lapid. beeld GPO
De Surinaamse minister van Buitenlandse Zaken Albert Ramdin op bezoek bij zijn Israëlische ambtgenoot Yair Lapid. beeld GPO

De Surinaamse minister Albert Ramdin van Buitenlandse Zaken verraste een kleine twee jaar geleden vriend en vijand door tijdens een bezoek aan Israël ambtgenoot Yair Lapid te beloven dat zijn land van voornemen was in Jeruzalem een ambassade te openen. Het werd wereldnieuws, omdat weinig landen Jeruzalem als hoofdstad van het land beschouwen. Alleen de Verenigde Staten, Kosovo, Guatemala en Honduras hebben er hun diplomatieke vertegenwoordiging; andere landen in Tel Aviv.

Suriname heeft nog geen ambassade in Israël. De aankondiging om er eentje in Jeruzalem te openen, leidde zowel in eigen land als internationaal tot felle protesten. Niemand in Suriname –zelfs het parlement niet– was vooraf op de hoogte gesteld van het voornemen van de regering. Ook organisaties van moslims, die bijna 20 procent van de Surinaamse bevolking vertegenwoordigen, waren in hun wiek geschoten.

Een parlementariër uit de regeringspartij tilde zo zwaar aan de kwestie dat hij dreigde uit de coalitie te stappen. En grote meerderheid in het parlement gaf te kennen geen toestemming te zullen verlenen voor de opening van een ambassade; al helemaal niet in Jeruzalem. President Chan Santokhi, die door de kwestie ernstig in verlegenheid was gebracht, kon niets anders dan dat het plan van zijn minister in de ijskast zetten. Wel werd vorig jaar een niet-residerende ambassadeur benoemd.

Maar definitief een streep door het voorstel halen, deed hij tot nu toe niet. Santokhi wilde de Israëliërs niet voor het hoofd te stoten. Dat zou ten koste kunnen gaan van de regelmatige donaties en schenkingen die vanuit Israël komen. Vorig jaar bedroegen die nauwelijks 60.000 euro. Maar het nagenoeg failliete Suriname kan iedere gift uit het buitenland goed gebruiken.

In de Israëlische pers had men inmiddels al de conclusie getrokken dat de toezegging van Ramdin onzin was. Op de begroting van dit jaar, die momenteel in het parlement wordt behandeld, wordt met geen woord gerept over de oprichting van de ambassade of andere diplomatieke post in de Joodse staat. Daarmee kan worden aangenomen dat deze volledig van de baan is. In Israël is men diep teleurgesteld over de handelswijze van de regering in Paramaribo en zou men overwegen de toch al niet zo levendige bilaterale relatie verder te bekoelen. De Surinaamse regering heeft nog niet gereageerd.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer