De proef op de som: afkicken van de smartphone
Dat de smartphone en sociale media veel tijd kunnen opslurpen, is een open deur van jewelste. Misschien wel omdat bijna iedereen dat dagelijks ondervindt. Daarom nam ik de proef op de som en kickte af van de apps van Facebook, Twitter en Instagram. Ook de mobiele telefoon moest eraan geloven. En dat bleek lastig zat.
Eerlijk gezegd dacht ik lange tijd dat ik de baas was over de smartphone: ik kies ervoor wanneer ik hem wel en niet gebruik. Langzaam maar zeker ging er een lichtje branden: de invloed van het apparaat op mijn alledaagse leven is groter dan gedacht.
Deskundigen riepen het al langer. Soms met boude uitspraken –”Hoe wij ons verstand kapotmaken”– die niet altijd op echt onderzoek zijn gestoeld, zoals de Duitse psychiater Manfred Spitzer deed in zijn boek ”Digitale dementie”. Soms met heel overwogen analyses, zoals de Amerikaanse schrijver Nicholas Carr in ”Het ondiepe”. Dat laatste boek las ik als e-book op de iPad. Het kostte me moeite om hele hoofdstukken ineens uit te lezen zonder tussendoor te switchen naar de Twitter-app of een nieuwssite. Mijn gedrag bewees dat Carr gelijk heeft: internet beïnvloedt de manier waarop we lezen en onthouden. En die invloed is bepaald niet positief.
Gijzelen
Pas na het verschijnen van een pil van de Vlaamse hersenonderzoeker Theo Compernolle viel het kwartje echt. Daar zorgt de boektitel voor (”Ontketen je brein”) en anders de tweede zin op de cover wel: ”Hoe hyperconnectiviteit en multitasking je hersenen gijzelen en hoe je eraan kunt ontsnappen”.
Compernolle beweert dat we veel tijd laten opslokken door te reageren op impulsen die binnenkomen via sociale media, waardoor er voor ons brein nauwelijks capaciteit overblijft voor concentratie en diep nadenken. Onze hersenen zijn verslaafd aan de dopamine die vrijkomt bij het zien van iets nieuws, een berichtje, een like, aldus Compernolle.
Dat ging me te ver: verslaafd zijn aan bliepjes, trillingen, nieuwtjes en informatieshotjes. Hoog tijd om af te kicken. Dat begon een paar weken geleden met het verwijderen van de Facebook-app van de smartphone. De magnetische kracht van het sociale medium bleek best groot, terwijl de opbrengst na een bezoekje aan de app doorgaans tegenviel. Natuurlijk is het mooi om via Facebook op de hoogte te blijven van de levens van familie en bekenden. Maar eens per dag de site van Facebook bezoeken op de laptop moet toch voldoende zijn.
Dat bleek lastiger gezegd dan gedaan. Na een paar dagen stond mijn Facebookpagina standaard open in de browser op de smartphone. Kennelijk was de aantrekkingskracht groter dan gedacht. Inmiddels is het afkicken aardig gelukt. Facebook raadpleeg ik nog zelden via de mobiele telefoon. Inmiddels verwijderde ik de app Messenger (de chatfunctie van Facebook) ook maar.
Tegenstribbelen
Toch bleek Compernolle gelijk te hebben: mijn hersenen zijn gewend aan de dopamine van nieuwe updates van sociale media. Nam het gebruik van Facebook af, het aantal keren dat ik de Twitter-app bezocht steeg. Begin vorige week volgde daarom stap twee van het experiment: het verwijderen van de Twitter-app van de smartphone. Een stemmetje vanbinnen stribbelde nog even tegen: „Twitter is toch heel handig voor je werk: op de hoogte blijven van het laatste nieuws en de laatste ontwikkelingen op het gebied van nieuwe media en media-opvoeding.”
Het werd hardhandig het zwijgen opgelegd: ook de Twitter-app verdween van de mobiele telefoon. En eerlijk gezegd: ik mis niet echt veel. Zeker, op werkdagen gebruik ik Twitter nog steeds geregeld via de laptop, maar die staat ’s avonds gelukkig vaak uit.
Stap drie van de proef: vorige week zaterdag besloot ik een dag geen smartphone te gebruiken. De zaterdag leek daarvoor een uitgelezen dag. Soms was het wel lastig, moet ik bekennen. Even de buienradar raadplegen voor vertrek naar de stad zat er niet in. En hoe laat het was tijdens het bezoek aan de tweedehands winkel? Geen idee: sinds ik een mobiele telefoon heb, ligt het horloge in een bureaula. Even een fotootje maken van een mooie spreuk op het boekenrek was er niet bij. Er zat niets anders op dan hem te onthouden: „Overal heb ik rust gezocht maar nergens gevonden, behalve in een hoekje met een boekje.” Nog waar ook, zolang er geen smartphone bij is.
Hoe langer de zaterdag duurde, hoe minder ik aan de smartphone op de kast dacht. Even moest ik hem nog gebruiken, om de code af te lezen die nodig is om in de systemen van de Erdee Media Groep in te loggen. Maar daarna lag hij weer snel op z’n plek. Het plan staat vast: smartphoneloze zaterdagen gaan er meer komen, naast medialoze zondagen.
Begin deze week volgde stap vier in het experiment: de app Instagram moest eraan geloven. Dat heeft wel een nadeel. Hoewel dat sociale medium wel te bereiken is via een gewone website, is het niet mogelijk updates te plaatsen via de computer.
Maar niet getreurd: de ervaring is dat de smartphone een steeds saaier apparaat wordt met minder aantrekkingskracht. Met tot gevolg: meer rust aan mijn hoofd en meer tijd voor andere dingen. Het afkicken is tot nu toe gelukt. Nu nog volhouden.