Benijden
Wilt u rijk worden, gaat u dan met uw arme hart naar de rijke Jezus, Die alles ziet. Hij zal u brood geven om te eten en kleren om aan te trekken en een huis om in te wonen. Kind des Heeren, wees niet boos als iemand in de wereld wat meer heeft dan u. Alle goederen die zij hebben, hebben zij buiten God - en wat hebben ze er dan aan? Kijk dan niet met een nijdig oog naar uw naaste. Zie het aan en denk: Ik ben rijk, want ik heb alles in Gods gunst. Laat niet één boze gedachte in uw hart opkomen over datgene wat zij bezitten. Zij vrezen God niet en hun goederen is al wat zij hebben. Daarmee gaan ze naar de rampzalige eeuwigheid.Vrezen zij God, benijd het hun niet, want uw Vader heeft het hun gegeven en dat is Zijn wijs welbehagen. Wees verbaasd en verwonderd over de goedheid en de vrije genade die God aan u geschonken heeft. Wat zijn er velen in de wereld die daarvan verstoken zijn. Wat is dat toch een rijkdom dat Hij Zijn Zoon aan u heeft gegeven. Wees verwonderd en zeg: Ik zo’n doodwaardige, ik zo’n ellendige, moest ik nu het voorwerp zijn van Uw genade? Heeft U naar mij omgezien en bent U anderen voorbijgegaan? David zei: Wat is dit aan Uw knecht gedaan? Heeft God niet verkoren de armen van deze wereld om rijk te zijn in het geloof (Jakobus 2:5)?
Wil je rijk worden, neem dan alle genademiddelen biddend waar.
Henrikus van Rijp, predikant te Utrecht (Verzameling van enige predikaties, 1690)